31 311 Zelfstandig ondernemerschap

Nr. 221 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 januari 2020

Bijgaand treft u de zesde voortgangsrapportage rentederivaten van de Autoriteit Financiële markten (AFM) aan1. De rapportage ziet op de voortgang van de uitvoering van het Uniform Herstelkader (UHK) door de betrokken banken tot en met 31 december 2019. Hieronder ga ik in op de belangrijkste bevindingen uit deze rapportage en de vervolgstappen.

Afronding uitvoering Uniform Herstelkader

De AFM meldt dat alle zes betrokken banken aan al hun klanten2 die binnen het toepassingsbereik van het UHK vallen een aanbod tot compensatie hebben gestuurd. Bij het vorige peilmoment, eind mei 2019, had de bank met de meeste klantdossiers aan bijna 75% van haar klanten een aanbodbrief verstuurd.3 In de tweede helft van 2019 heeft deze bank in alle nog openstaande klantdossiers een compensatievoorstel gedaan. In totaal hebben de banken ruim € 1,4 miljard aan compensatie aangeboden aan hun klanten.

Hiermee is per peildatum van 31 december 2019 aan in totaal 18.907 klanten die binnen het toepassingsbereik van het UHK vallen compensatie aangeboden. Dit markeert de afronding van een belangrijke stap in de uitvoering van het UHK.

Acceptatiegraad

De rapportage geeft weer dat de acceptatiegraad van de aangeboden compensatie hoog is. Eind mei 2019 waren 14.156 (86%) van de tot dan toe aangeboden compensaties door de klanten geaccepteerd. Dit is per 31 december 2019 gestegen naar 16.798 (89%) van de in totaal 18.907 aangeboden compensaties. Na acceptatie wordt de compensatie door de banken uitbetaald, en worden zo nodig conform het UHK lopende derivaten en/of leningen aangepast. In totaal is door de banken € 1.384,3 miljoen uitgekeerd aan compensatie of voorschotten aan 17.211 klanten. Voor 670 klanten liep hun reactie- en acceptatietermijn (van ten minste 12 weken) nog op de peildatum. Zij hebben reeds een voorschot op de aangeboden compensatie ontvangen.

Klanten hebben de mogelijkheid inhoudelijk op het aanbod te reageren en op bepaalde aspecten bindend advies te vragen bij de Bindend Adviescommissie. Per peildatum 31 december 2019 hebben 79 klanten een aanvullend aanbod ontvangen op basis van nieuw aangeleverde informatie, waar de bank bij het berekenen van de compensatie niet over beschikte. Ook kunnen klanten de bank om een heroverweging vragen indien zij van mening zijn dat de bank het UHK niet juist heeft toegepast. 92 klanten die hiervan gebruik hebben gemaakt hebben aanvullende compensatie ontvangen.

Het aantal bindend advies verzoeken is gestegen ten opzichte van het vorige peilmoment. 51 klanten hebben het aanbod voorgelegd aan de Bindend Adviescommissie, per mei 2019 waren dit 33 dossiers. Van de 21 bindendadviesverzoeken die reeds zijn afgehandeld, zijn 8 verzoeken (gedeeltelijk) toegewezen.

Laatste werkzaamheden en vervolgstappen

Alle aanbodbrieven die banken versturen worden gecontroleerd door een externe dossierbeoordelaar (EDB). Bij vier van de zes banken, die in 2018 hun laatste aanbodbrieven verstuurd hebben, zijn deze beoordelingswerkzaamheden door de EDB reeds voltooid. De resterende EDB-werkzaamheden bij de laatste twee banken, met de meeste klantdossiers, worden naar verwachting later dit jaar afgerond. Indien uit de beoordeling door de EDB blijkt dat de bank te weinig compensatie heeft toegekend zal de klant een aanvullende vergoeding ontvangen.

Na afronding van de EDB-werkzaamheden zal de AFM een eindrapportage publiceren, met daarin onder meer een overzicht van de toegekende compensatie en het aantal in aanmerking komende klanten en dossiers per herstelstap in het UHK. Uw Kamer heeft mij middels de motie van de leden Leijten en Van der Linde4 verzocht het afwikkelingsproces grondig te evalueren en lessen te trekken voor eventuele toekomstige compensatie van zorgplichtschendingen. Deze evaluatie zal starten zodra ook de werkzaamheden door de EDB zijn afgerond.

Tot slot

Ik vind het positief dat nu alle klanten een aanbod tot compensatie hebben ontvangen. De laatste dossiers zijn zorgvuldig afgehandeld door de banken. Daarmee is een belangrijke stap in de afwikkeling van dit dossier afgerond. Nu rest nog een fase waarin de nog resterende aanbodbrieven worden beoordeeld door de EDB. Hiermee komt de afronding in zicht van dit dossier waarvan de afwikkeling zeer veel vertraging heeft opgelopen. Veel klanten die lang in onzekerheid hebben gezeten over hun compensatie, kunnen dan eindelijk deze periode afsluiten.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Behoudens 3 klanten waar het versturen van de aanbodbrief bemoeilijkt is doordat bijvoorbeeld de entiteit is ontbonden.

X Noot
3

Kamerstuk 31 311, nr. 218

X Noot
4

Kamerstuk 32 013, nr. 162

Naar boven