Ontvangen ter Griffie van de Tweede Kamer op 15 oktober 2010.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 15 november 2010.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 oktober 2010
Hierbij leg ik u, mede namens mijn ambtgenoot van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het Ontwerpbesluit houdende vaststelling
van een algemene maatregel van bestuur ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5a.11, vierde lid, artikel 5a.12a, eerste
lid, en artikel 5a.13d, zesde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (Accreditatiebesluit WHW)
voor.1
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure, opgenomen in artikel 5a.11, vierde
lid, artikel 5a.12a, eerste lid, en artikel 5a.13d, zesde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Raad van State zal worden
voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koningin ter verkrijging van het advies van de Raad
van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan 30 dagen nadat het ontwerpbesluit aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
is overgelegd.
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart