Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2012
Op 25 oktober heeft mijn voorganger tijdens het AO receptorbenadering (Kamerstuk 32 735, nr. 70) de vaste commissie van Buitenlandse Zaken toegezegd de Tweede Kamer voor het eind
van 2012 te informeren over de stand van zaken m.b.t evaluatie van het mensenrechtenbeleid
en van de pilot receptorbenadering.
In reactie op deze toezegging bericht ik u het volgende.
1. Evaluatie van het mensenrechtenbeleid
De Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie van het ministerie van
Buitenlandse Zaken voert momenteel een effectenstudie uit van mensenrechtenprojecten
(periode 2008–2011). De Terms of Reference voor dit onderzoek zijn gepubliceerd op
www.rijksoverheid.nl. Deze evaluatie van de mensenrechtenprojecten, waarbij de focus ligt op de evaluatie
van projecten in vijf landen, is in de fase van afronding. De centrale vraag van de
studie is in hoeverre de Nederlandse financiering van programma’s en projecten bijdraagt
aan de doelstellingen van het mensenrechtenbeleid. Begin 2013 komt het resultaat van
deze studie u toe.
In 2013 voert de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie van het Ministerie
van Buitenlandse zaken een beleidsdoorlichting uit van het bredere mensenrechtenbeleid.
Deze beleidsdoorlichting zal onder andere ingaan op de motivering van het gevoerde
beleid, de aard en samenhang van de ingezette instrumenten en de doeltreffendheid
en doelmatigheid van het gevoerde beleid. Voorzien is dat de beleidsdoorlichting in
december 2013 wordt vastgesteld. De Terms of Reference worden bekend gesteld op www.rijksoverheid.nl.
2. Evaluatie van de pilot Receptorbenadering
De pilot receptorbenadering zal begin 2014 tussentijds worden geëvalueerd. De Inspectie
Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie zal adviseren bij het opstellen van
de Terms of Reference. Aan de organisatie is gevraagd een jaarplan in te dienen waarin
een activiteitenplan en prestatie-indicatoren worden opgenomen. In de tussentijdse
evaluatie wordt beoordeeld in hoeverre de activiteiten en prestatie-indicatoren op
schema liggen. De pilot receptorbenadering bestaat uit een project met de volgende
onderdelen:
-
1. Het assisteren van landen bij hun VN verdragsverplichtingen. Een aantal Afrikaanse
landen (Senegal, Benin, DRC en Kenia) wordt geassisteerd bij het opstellen van rapportages
in het kader van VN verdragsverplichtingen. Hierbij worden ook sociale structuren
betrokken.
Bekeken zal worden in hoeverre de verdragsrapportages van de betreffende landen (Internationaal
verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en het Verdrag inzake de uitbanning
van alle vormen van discriminatie jegens vrouwen) voldoen aan de in de verdragscomités
opgestelde normen voor rapportage. Voorts wordt nagegaan in hoeverre de betrokkenheid
van sociale instituties van invloed is geweest op de inhoud en de kwaliteit van de
rapportage. Indien de betrokken landen geen rapportage indienen en er een schaduwrapportage
wordt opgesteld, wordt een oordeel uitgesproken over de mate waarin deze voldoet aan
hiervoor genoemde normen.
-
2. Het opzetten van een academische uitwisseling met China. Een Chinees-Westers netwerk
voor onderzoekers wordt opgezet ter bevordering van discussies over receptoren voor
mensenrechten. Daarnaast gaan 3 PhD-studenten onderzoek doen naar de receptorbenadering.
Voor wat betreft het China-onderdeel van de pilot geldt dat academische seminars zullen
worden geëvalueerd. Bezien zal worden in hoeverre het academische netwerk bestaat
en hoe het functioneert. Van de drie PhD studenten zullen de onderzoeksopzet en voortgang
van het onderzoek in de evaluatie worden meegenomen.
De minister van Buitenlandse Zaken,
F.C.G.M. Timmermans