Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 februari 2018
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft mij gevraagd om de Tweede Kamer te
informeren over de uitvoering van de motie van de leden Bruins Slot en Van Engelshoven
over de betrouwbaarheid en veiligheid van de ondersteunende software verkiezingen1 (OSV). Met deze brief geef ik gevolg aan dit verzoek.
In de motie van de leden Bruins Slot en Van Engelshoven is aan de regering gevraagd
om, samen met de Kiesraad, te bezien of de OSV voor langere termijn voldoende betrouwbaar
en veilig is of dat er alternatieven ontwikkeld moeten worden.
In de evaluatie van de Tweede Kamerverkiezing van maart 2017 (Kamerstuk 31 142, nr. 62) is door de toenmalige Minister van BZK vastgesteld dat digitale (hulp)middelen die
in het verkiezingsproces worden gebruikt voor het berekenen van de uitslag betrouwbaar
moeten zijn. De werking van die middelen moet transparant en controleerbaar zijn.
Eisen voor deze hulpmiddelen moeten in wet- en regelgeving verankerd zijn. De eisen
moeten periodiek herijkt worden om na te gaan of ze nog toereikend zijn gelet op de
dreigingen die zich voordoen. Bij de herijking moeten onafhankelijke deskundigen worden
betrokken. Het is immers van groot belang dat de gestelde eisen breed worden gesteund.
De wet- en regelgeving bevat nu eisen voor de programmatuur die het centraal stembureau
kan gebruiken voor het berekenen van de (totaal)uitslag van de verkiezing. Eisen ontbreken
echter voor de programmatuur die wordt gebruikt voor het berekenen van de totalen
op gemeentelijk niveau (de zogenoemde opgave) en op het niveau van de kieskring. Ook
zijn er geen eisen voor het digitaal overdragen van deze totalen naar het centraal
stembureau.
De Kieswet wordt gewijzigd om voor de hele keten van de uitslagberekening te kunnen
regelen aan welke mate van betrouwbaarheid gebruikte programmatuur moet voldoen. In
datzelfde wetsvoorstel wordt ook de openbaarheid (voorafgaand aan de vaststelling
van de uitslag) geregeld van alle processen-verbaal in de keten. Op deze manier worden
de eisen aan de programmatuur gekoppeld aan de transparantie en controleerbaarheid
van de gehanteerde tellingen. Het is de verwachting dat het wetsvoorstel in de komende
maanden voor advies wordt aangeboden aan de Raad van State.
Voor het formuleren van de eisen aan de programmatuur is sinds het najaar van 2017
een verkenning gaande waarbij ook met externe deskundigen wordt gesproken. Het secretariaat
van de Kiesraad participeert in die gesprekken. Met de Kiesraad zelf zijn gesprekken
gaande over de vraag of de Kiesraad ook in de toekomst verantwoordelijk wil zijn voor
de ontwikkeling en het beheer van de programmatuur die in (de hele) keten gebruikt
wordt om te komen tot de vaststelling van de uitslag.
In mijn brief van 18 december 20172 heb ik u al geïnformeerd over het gebruik van OSV bij de komende verkiezingen. Om
de totaaluitslag (en de zetelverdeling) van de gemeenteraadsverkiezing en van het
raadgevend referendum te berekenen, mogen gemeenten een digitaal rekenhulpmiddel gebruiken.
Na de Tweede Kamerverkiezing heeft de Kiesraad enige verbeteringen in OSV aangebracht.3 Gemeenten hebben in december 2017 reeds instructies ontvangen voor het gebruik van
OSV. Die instructies betreffen onder meer het dubbel invoeren (door verschillende personen) van de
gegevens en het uitvoeren van controles om onjuistheden te detecteren. Voor het berekenen
van de uitslag van het raadgevend referendum, dat gebeurt anders dan voor de gemeenteraadsverkiezingen getrapt,
is net als bij de Tweede Kamerverkiezing geen digitale overdracht met gebruikmaking
van gegevensdragers (zoals een USB stick) toegestaan.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren