Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 november 2018
In mijn brief van 26 april 2018 heb ik aangegeven een herziening van de plan- en rapportagecyclus
van de Belastingdienst te overwegen.1 Als resultaat van die overweging heb ik op 14 juni 2018 aangekondigd voortaan jaarlijks
een Jaarplan Belastingdienst en een afsluitende Jaarrapportage aan de Tweede Kamer
te sturen, in het kader van een gestructureerde wijze van plannen en rapporteren die
past binnen de reguliere plannings- en rapportagestructuur.2
Het Jaarplan 2019
Het Jaarplan 2019 Belastingdienst dat ik u hierbij aanbied is de eerste versie van
het Jaarplan Belastingdienst «nieuwe stijl»3. Het Jaarplan 2019 bevat een uitwerking van de doelgroepen particulieren (die aangifte
doen voor de inkomensheffing niet-winst), MKB-ondernemers en toeslaggerechtigden.
Op weg naar een integraal jaarplan bevat het Jaarplan 2019 twee belangrijke componenten.
De eerste component is de Handhavingsbrief, die is geïntegreerd in het jaarplan als
het hoofdstuk uitvoering en toezicht.4 In dit hoofdstuk zijn tevens enkele specifieke thema’s die bijzondere aandacht verdienen
opgenomen, zoals Brexit en de internationale activiteiten. De tweede component, hoofdstuk
3, beschrijft de hoofdthema’s van de veranderopgave «beheerst vernieuwen» -personeel,
ICT en sturing en beheersing- en de concrete aanpak op deze drie thema’s.
Het Jaarplan 2019 is in zekere zin een momentopname: het is opgesteld op basis van
de kennis van nu. Interne en externe ontwikkelingen zullen hun invloed ook in 2019
laten gelden. Het Jaarplan 2019 gaat in op risico’s die nu worden gesignaleerd en
de maatregelen die daarop worden genomen, met name ten aanzien van de onderwerpen
personeel, ICT en sturing en beheersing. In de geplande voortgangsrapportages informeer
ik uw Kamer over de stand van de uitvoering van deze maatregelen. Indien een interne
of externe ontwikkeling daartoe aanleiding geeft dan zal ik uw Kamer daarover uiteraard
aanvullend op de rapportages informeren.
De rapportages
Bij een jaarplan hoort ook een rapportage. De jaarplancyclus Belastingdienst is een
nadere invulling van de begrotingscyclus van het Ministerie van Financiën. Het Jaarplan
vormt de start van de jaarplancyclus Belastingdienst die uitmondt in een afsluitende
Jaarrapportage. Voor het eerst in mei 2020 zal zo’n Jaarrapportage, die aansluit op
het Jaarplan 2019, verschijnen. Ook deze rapportage zal mee-evolueren met de ontwikkeling
van het Jaarplan en kan onderwerp van overleg zijn met uw Kamer. Samen met twee tussentijdse
voortgangsrapportages, in de maanden juni en oktober van het uitvoeringsjaar, rapporteer
ik straks dus drie keer over het Jaarplan. Uw Kamer ontvangt in het voorjaar van 2019
nog een «klassieke» Halfjaarsrapportage (de 23e, over de tweede helft van 2018) en daarna gaat de nieuwe cyclus van start waarin
de rapportages teruggrijpen op het Jaarplan 2019. De ADR is gevraagd om de jaarrapportage
en de voortgangsrapportages op het Jaarplan te onderzoeken en zijn bevindingen te
rapporteren.
Jaarplannen 2020 en verder
Het Jaarplan 2019 is het eerste Jaarplan «nieuwe stijl». Er is sprake van een ontwikkeltraject:
niet alle doelgroepen zijn opgenomen en niet alle onderdelen van het plan zijn zo
ver uitgewerkt dat al sprake is van een integraal, voldragen jaarplan. In de komende
jaren worden geleidelijk doelgroepen toegevoegd (bijvoorbeeld grote ondernemingen)
en zal het mogelijk zijn in te gaan op specifieke subdoelgroepen (bijvoorbeeld zeer
vermogende particulieren). Uiteindelijk zal het Jaarplan de gehele Belastingdienst
omvatten. Het plan biedt daarmee ook handelingsperspectief voor uw Kamer, omdat de
prioriteitsafwegingen in het Jaarplan steeds beter zichtbaar zullen worden en het
gesprek hierover kan worden gevoerd.
Tot slot
Met dit Jaarplan is een nieuwe weg ingeslagen van planvorming en rapportages. Deze
aanpak heeft mede ten doel uw Kamer op maat, gestructureerd, te informeren: niet te
veel, niet te weinig. Conform de motie van het lid Lodders c.s. zijn wij hierover
met elkaar in gesprek; ik blijf uiteraard open staan voor een verdere dialoog over
proces en inhoud.5
De Staatssecretaris van Financiën,
M. Snel