30 913 Wijziging van de Loodsenwet en enige andere wetten in verband met de invoering van markttoezicht op het aanbod van dienstverlening door registerloodsen en een herziening van de loodsgeldtariefstructuur (Wet markttoezicht registerloodsen)

Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 juni 2010

Tijdens het Algemeen Overleg op 21 april 2010 (Kamerstuk 30 490, nr. 18) heb ik toegezegd uw Kamer voor het zomerreces te informeren over de mogelijkheid tot het schrappen van de loodsplichtbreedtegrens van 13 meter op de Eems en het uitzonderen van de wadvaarders van de loodsplicht op de Eems.

Na overleg met de Rijkshavenmeester Noord-Nederland blijkt handhaving van de genoemde breedtenorm uit oogpunt van de veiligheid niet langer noodzakelijk. Het is echter uit het oogpunt van goed nabuurschap van belang hierover in overleg te treden met de Duitse overheid. Uit een informele consultatie blijkt vooralsnog dat er van Duitse zijde geen grote bezwaren naar voren komen tegen het schrappen van deze loodsplichtbreedtegrens.

Daarnaast vergt deze aanpassing overleg met de NMa. De NMa heeft vanuit haar toezichthoudende rol de taak om ingrepen in de loodsplicht van tevoren te beoordelen. Wijzigingen in de loodsplicht hebben namelijk gevolgen voor de omzet van het Loodswezen. De gevolgen lijken op voorhand niet omvangrijk.

Het schrappen van de breedtenorm van 13 meter vergt wijziging van het Loodsplichtbesluit 1995. Tijdens het Algemeen overleg op 21 april 2010 heb ik uw Kamer medegedeeld de beoogde wijziging door te zullen voeren mits Duitsland akkoord kan gaan en de omzetgevolgen beperkt zullen zijn. Nu dit het geval lijkt zet ik het wijzigingstraject in gang. In dit traject zal ook de formele consultatie plaatsvinden met betrokken stakeholders en Duitsland.

Wat betreft het verzoek van uw Kamer om ook voor wadvaarders een vrijstelling van de loodsplicht te regelen deel ik u het volgende mede. Onder wadvaarders worden verstaan zogenaamde Rijnvaarders, Denemarkenvaarders en binnen/buiten schepen. Op de trajecten Borkum-Eemshaven en Eemshaven-Delfzijl geldt voor dergelijke schepen, mits zij staan ingeschreven in het Register kleine zeeschepen, een vrijstelling van de loodsplicht. Op het traject Westereems-Borkum geldt voor deze schepen, alsmede voor lage kruiplijncoasters, dat ontheffing van de loodsplicht kan worden verkregen als men in het genoemde register staat ingeschreven. De reder van een in aanmerking komend schip kan voor opname in het register een aanvraag indienen bij de bevoegde autoriteit, waarna het door het Loodswezen in het register wordt ingeschreven. De wetgeving voldoet derhalve op dit moment reeds aan de door uw Kamer geuite wens.

Ik hoop uw Kamer hiermee voor dit moment voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings

Naar boven