Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2018
Met deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken
en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, over de aanname
van het VN Global Compact voor Veilige, Geordende en Reguliere Migratie (GCM) per
resolutie in de Algemene Vergadering van de VN en de standpuntverklaring die in dit
verband is afgegeven. Daarmee voldoe ik aan mijn toezegging, gedaan op 4 december
jl. tijdens het debat met uw Kamer over het voornemen van het kabinet om het GCM te
steunen (Handelingen II 2018/19, nr. 31, Debat over het Marrakeshimmigratiepact),
alsmede de hieraan gerelateerde toezegging van de Minister van Justitie en Veiligheid
gedaan op 18 december jl.1 Ook wordt uw Kamer volledigheidshalve geïnformeerd over de formele aanname van het
VN Global Compact over Vluchtelingen (GCR).
Op woensdag 19 december jl. is in New York het GCM met een ruime twee-derde meerderheid
van stemmen formeel aangenomen door de Algemene Vergadering van de VN. 152 landen
stemden voor de resolutie. Vijf landen stemden tegen, te weten Israël, Hongarije,
Polen, Tsjechië en de Verenigde Staten. Twaalf landen onthielden zich van stemming:
Algerije, Australië, Bulgarije, Chili, Italië, Letland, Libië, Liechtenstein, Oostenrijk,
Roemenië, Singapore en Zwitserland. Daarmee is het GCM formeel aangenomen en als resolutie
van de Algemene Vergadering van de VN relevant, maar niet-bindend, voor alle VN-lidstaten.
Tijdens de stemming heeft Denemarken mede namens IJsland, Litouwen, Malta en Nederland
de bijgevoegde standpuntverklaring afgegeven2. Deze verklaring bevat wat het kabinet betreft alle noodzakelijke elementen om de
zienswijze van het kabinet te verduidelijken, misverstanden te voorkomen en de mogelijkheid
van een afwijkende interpretatie te neutraliseren, zoals eerder toegelicht aan uw
Kamer.3
Noorwegen had voorafgaand aan de bijeenkomst al steun uitgesproken voor deze verklaring.
Tijdens de bijeenkomst deed ook het Verenigd Koninkrijk dat. Andere Europese landen,
maar ook Australië en Nieuw-Zeeland, wezen in aparte, nationale verklaringen op vergelijkbare
elementen. Ook zij onderstreepten de soevereiniteit van staten inclusief het recht
om nationaal migratiebeleid te ontwikkelen en te voeren, en om daarbij onderscheid
te maken tussen reguliere en irreguliere migranten. Ook werd breed onderkend dat het
GCM juridisch niet-bindend is en dat het geen verplichtingen schept.
Voorts werd het belang van het document als diplomatiek instrument alom erkend. Landen
die voor de resolutie stemden, maar ook landen die zich onthielden, zien het GCM duidelijk
als eerste mondiaal raamwerk om de internationale samenwerking op het gebied van migratie
te versterken, om zo onder andere irreguliere migratie tegen te gaan en de grondoorzaken
daarvan aan te pakken.
Eerder, op 17 december jl., werd ook het GCR al formeel aangenomen door de Algemene
Vergadering. Een overgrote meerderheid van 181 landen stemde voor de algemene jaarlijkse
AVVN-resolutie over het werk van UNHCR waar het GCR bij was aangehecht. Volgens de
Hoge Commissaris voor Vluchtelingen, de heer Grandi, is daarmee een belangrijke stap
gezet in het verbeteren van de internationale verantwoordelijkheid en solidariteit
voor de opvang van grote groepen vluchtelingen in de regio.
Alleen Hongarije en de Verenigde Staten stemden tegen. Hongarije had eerder in het
proces nog voor het GCR had gestemd. Drie landen onthielden zich van stemming, namelijk
de Dominicaanse Republiek, Eritrea en Libië.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
M.G.J. Harbers