30 523 Bepalingen met betrekking tot de veilige vaart op de binnenwateren (Binnenvaartwet)

Nr. 59 MOTIE VAN HET LID SLOB

Voorgesteld 22 juni 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de Kamer de motie-Slob/De Rouwe (30 523, nr. 52) heeft aangenomen, waarin de regering werd verzocht binnenvaartondernemers die getroffen zijn door de stremming van de Rijn bij de Lorelei met terugwerkende kracht alsnog de mogelijkheid te bieden, een aanvraag in te dienen voor een vergoeding uit de werktijdverkortingsregeling;

constaterende, dat de regering deze uitspraak naast zich neer heeft gelegd en niet bereid is, gebruik te maken van de mogelijkheid om af te wijken van de beleidsregel dat er niet met terugwerkende kracht een aanvraag kan worden ingediend;

constaterende, dat de regering tijdens het vragenuurtje van 25 januari 2011 met nadruk had gesteld dat de stremming in de Rijn een verantwoordelijkheid van de betrokken bedrijven zelf was;

tevens constaterende, dat veel binnenvaartondernemers daardoor de (verkeerde) indruk hadden gekregen dat er geen mogelijkheid was om een beroep te doen op regelingen die bedoeld zijn voor buitengewone omstandigheden, zoals werktijdverkorting, en om die reden daarvan hebben afgezien;

spreekt uit dat dit een gelegitimeerde reden is om een uitzondering op de regel te maken dat er geen ontheffing wordt verleend over perioden voorafgaand aan de datum waarop de aanvraag voor ontheffing is ontvangen;

verzoekt de regering om die reden alsnog de reeds afgewezen verzoeken om werktijdverkorting van door de stremming in de Rijn bij Lorelei getroffen binnenvaartondernemers te honoreren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Slob

Naar boven