nr. 3
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BESTUURLIJKE VERNIEUWING EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juni 2006
Heerlijk helder Hollands, Nederlanders hebben recht op duidelijke taal.
Deze klinkende woorden gebruikt mevrouw Van Gent (GroenLinks) als titel voor
haar initiatiefnota (kamerstuk 30 470, nr. 2). De Vaste Commissie
voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft mij gevraagd (06-BZK-B-032)
een reactie te geven op deze nota.
Om te beginnen vind ik de nota sympathiek. De nota van mevrouw Van Gent
vraagt aandacht voor een groot aantal problemen. Van onbegrijpelijke overheidscommunicatie
tot het feit dat bijna de helft van de Nederlanders de Troonrede niet begrijpt.
Ook analfabetisme komt aan bod. Veel van de benoemde problemen gaan over communicatie,
en daar is inderdaad nog een wereld te winnen. De nota breng ik daarom ook
onder de aandacht van mijn collega’s van AZ (de Rijksvoorlichtingsdienst)
en OCW (taalonderwijs). Met name de aanbevelingen over overheidscommunicatie
op diverse taalniveau’s en de aandacht voor goed en toegankelijk taalonderwijs
zal ik van harte aanbevelen.
Niet alle aanbevelingen die mevrouw Van Gent doet zijn uitvoerbaar. Maar
van sommige ideeën maak ik dankbaar gebruik, want ik ben een groot voorstander
van duidelijke taal. Als minister geef ik graag het goede voorbeeld en blijf
ik mijn ambtenaren aansporen om helder te communiceren. Dat scheelt kostbare
uitleg, ik ben het eens met mevrouw Van Gent dat mensen hebben recht op duidelijke
taal. Ook zonder dat dit wettelijk is vastgelegd.
Op de tweede plaats bij ergernissen van burgers staat: Overheidsinformatie
is slecht begrijpbaar en moeilijk te vinden1.
Ook de Nationale Ombudsman ontvangt veel klachten over onbegrijpelijke overheidsinformatie.
Een wettelijk recht op duidelijke taal is echter niet haalbaar omdat het gebruik
van duidelijke taal moeilijk af te dwingen en te controleren is. Wel is het
mogelijk om het taalbewustzijn bij ambtenaren te vergroten: voor wie schrijf
je eigenlijk?
In de nota word ik zelf geciteerd door Van Gent: «De teksten van
mijn ambtenaren beschouw ik als buitenlandse taal.» Daarom heb ik mijn
eigen ambtenaren meerdere keren opgeroepen op cursus «helder schrijven»
te gaan.
Lerende overheid
Op verschillende ministeries zijn cursussen voor ambtenaren om duidelijker
te leren schrijven. Ik noem hieronder een aantal goede voorbeelden uit overheidsland
die het taalbewustzijn van ambtenaren vergroten:
– bij het ministerie van LNV is een taalwijzer beschikbaar;
– de Belastingdienst zet haar eigen ambtenaren in om elkaars teksten
te bekijken;
– het ministerie van VWS maakt gebruik van een notadokter;
– BZK-ambtenaren kunnen hun nota laten bekijken door taalspecialisten.
Een taalhelpdesk geeft zonodig binnen twee uur advies over een nota.
Bovenstaande voorbeelden zal ik verder uitdragen. Elk ministerie zou een
teksthelpdesk of notadokter moeten hebben. Mevrouw Van Gent stelt voor een
taalpolitie in te stellen die onbegrijpelijke informatie zo nodig vertaalt.
Mijns inziens kan een notadokter per ministerie die functie invullen. Ook
voor klachten van burgers die de overheid niet begrijpen. Ik verbind er graag
een prijs aan: voor de minst begrijpelijke en de meest duidelijke voorlichtingstekst.
Populaire versie Grondwet
De hele Grondwet in simpel Nederlands is een vrijwel onmogelijk karwei.
Daarvoor is de Grondwet op onderdelen juridisch te ingewikkeld. Het eerste
hoofdstuk van de Grondwet, de grondrechten, kan wel vertaald worden in begrijpelijk
Nederlands. Aan deze populaire versie zijn echter geen juridische gevolgen
te verbinden. Mensen kunnen zich er dus niet op beroepen. Maar dat staat een
duidelijke uitleg van de grondrechten niet in de weg. Binnenkort ontvangt
uw Kamer een populaire versie van hoofdstuk 1 van de Grondwet. Natuurlijk
gecontroleerd door een taaladvies bureau.
Minder regels, meer kwaliteit. Dat betekent niet alles in regels vangen,
en dus ook het recht op duidelijke taal niet vast te leggen. Maar wel het
taalbewustzijn van ambtenaren en politici vergroten. Want dat sommige politici
soms met meel in de mond praten viel mij al eerder op. U kunt erop rekenen
dat ik me nog meer zal gaan inzetten voor het gebruik van duidelijke taal.
Ik zal mijn collega’s en mijn ambtenaren hierop aanspreken. Duidelijke
taal is vanzelfsprekend voor een Andere Overheid!
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
A. Pechtold