De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de aanpak van de georganiseerde drugscriminaliteit, waaronder ook
het doorbreken van het criminele verdienmodel, een integrale aanpak vereist waarin
alle publieke en private organisaties die betrokken zijn bij de aanpak van ondermijning,
alle relevante informatie moeten kunnen uitwisselen;
constaterende dat er bij alle partners in het veiligheidsdomein, zoals ook geuit door
de burgemeesters van Amsterdam en Rotterdam, veel behoefte bestaat om ruimere mogelijkheden
te ontvangen om relevante informatie te delen;
overwegende dat de Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden, die sinds december
2020 in de Eerste Kamer ligt, slechts gedeeltelijk voorziet in deze behoefte van de
partners in het veiligheidsdomein;
overwegende dat in het coalitieakkoord is afgesproken dat organisaties beter moeten
kunnen samenwerken en gegevens uitwisselen, waarbij grondslagen voor gegevensuitwisseling
met de juiste waarborgen worden verankerd in de wet en dat in adequaat toezicht wordt
voorzien;
overwegende dat tot op heden door het kabinet nog te weinig voor de Kamer zichtbare
en inzichtelijke stappen zijn gezet om uitvoering te geven aan deze afspraak;
verzoekt de regering bij de aanpak van georganiseerde ondermijnende criminaliteit
in overleg met relevante organisaties en samenwerkingsverbanden, zoals de RIEC's en
gemeenten, alle knelpunten met betrekking tot het delen van relevante informatie te
geven, en de Kamer daarover voor de begrotingsbehandeling van JenV te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Michon-Derkzen
Knops
Eerdmans