29 675 Zee- en kustvisserij

Nr. 147 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Van de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 maart 2013

Mede namens de staatssecretaris van EZ informeer ik u over de uitkomsten van een nieuwe risicobeoordeling van het bureau Risicobeoordeling & onderzoeksprogrammering van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (bureau NVWA) over de gezondheidsrisico’s bij consumptie van wolhandkrab uit de gesloten gebieden en de niet gesloten gebieden (zie bijlage1).

Daarnaast kan ik de Nederlandse inzet melden richting de Europese Commissie en de lidstaten naar aanleiding van de aanvullende informatie over het dioxinegehalte en de dioxineachtige Polychloorbifenyls (PCB’s) van de wolhandkrab in Nederlandse wateren.

Inleiding

In de brief van de Staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie van 13 september 20112 bent u geïnformeerd over de laatste stand van zaken over dioxines in de wolhandkrab en de resultaten van de eerste risicobeoordeling van bureau NVWA.

In dit advies werd een gezondheidskundige beoordeling gepresenteerd van de risico’s voor de consument van dioxines in wolhandkrab uit de gesloten Nederlandse vanggebieden op basis van onderzoek van 2010.

Geconcludeerd werd dat het vangstverbod van wolhandkrab consumenten beschermt tegen een ontoelaatbare inname van dioxines en dioxineachtige PCB’s én cadmium. Dit werd ook als een ondersteuning gezien van het eerder genomen besluit om, op grond van het waarborgen van de voedselveiligheid, de wolhandkrabvisserij in de vervuilde gebieden te sluiten.

Inmiddels is aanvullend onderzoek bij wolhandkrab uit Nederlandse wateren gereed gekomen en heeft u op 26 juni 2012 het rapport % schone wolhandkrab3 ontvangen van de minister van EL&I. Naast dit rapport zijn in juli 2012 de resultaten van het Rapport Contaminanten in wolhandkrab4 beschikbaar gekomen. Ook heeft het LEI instituut een marktverkenning5 uitgevoerd.

Naar aanleiding van de beschikbare gegevens heb ik, in afstemming met het ministerie van EZ, bureau NVWA verzocht om een nieuwe risicobeoordeling uit te voeren.

Achtergrond informatie

De Europese norm voor dioxines en dioxineachtige PCB’s in witvlees (vlees uit de poten en scharen) van de krab bedraagt 6,5pg/TEQ6/g. In de veronderstelling dat bruin vlees (vlees uit het lijf) niet werd gegeten is hier geen Europese norm voor opgesteld.

In tegenstelling tot andere krabben wordt van de wolhandkrab wel het bruine vlees geconsumeerd. Metingen hebben uitgewezen dat het dioxinegehalte in bruinvlees hoger is dan dat van witvlees. In het bureau NVWA advies in 2011 is een beoordeling gepresenteerd van de risico’s van consumptie van het wit- en bruinvlees van wolhandkrab.

Resultaten bureau NVWA advies januari 2013

1. Algemeen

Uit de resultaten blijkt dat de wolhandkrab van de open en de voor visserij op wolhandkrab gesloten gebieden voldoet aan de EU normen voor dioxines en dioxineachtige PCB’s en indicator PCB’s in witvlees van krab. Ook voldoet ze aan de normen die gelden voor cadmium, lood en kwik.

Verder blijkt dat de gehaltes dioxines en dioxineachtige PCB’s in de wolhandkrab uit gebieden met een vangstverbod twee tot drie maal hoger zijn dan die van krabben uit de open gebieden. Een aandachtspunt is dat het gehalte dioxine en dioxineachtige PCB’s in bruinvlees in alle gevallen 40 tot 100 maal hoger is dan dat in witvlees.

2. Gezondheidskundige beoordeling

Als wordt uitgegaan van een consumptie van 100 gram wit- en bruin krabvlees van de wolhandkrab uit open vanggebieden eens per half jaar, dan zal deze consumptie vrijwel geen verhoogd gezondheidsrisico vormen voor de Nederlandse consument en binnen de normen blijven die hiervoor zijn opgesteld. Dit is de geschatte consumptie van wolhandkrab in Nederland.

Echter consumptie van wolhandkrab uit gebieden met een wolhandkrab vangstverbod zal een verhoogd gezondheidsrisico vormen voor een consument met een hoge blootstelling uit andere bronnen aan dioxines en dioxineachtige PCB’s. In Nederland is dit risico ondervangen door een vangstverbod in vervuilde gebieden.

3. Advies

In Nederland wordt het gezondheidsrisico voor de consument beperkt door het ingestelde vangstverbod van wolhandkrab uit vervuilde gebieden. In andere EU lidstaten is voor zover bekend geen vangstverbod van wolhandkrab op basis van risico’s voor de volksgezondheid van kracht. Als de situatie met betrekking tot de mate van vervuiling van wolhandkrab met dioxines en PCB’s in de andere lidstaten vergelijkbaar is met die van Nederland, kan dit leiden tot handel tussen lidstaten in wolhandkrab die aan de Europees geharmoniseerde norm voor witvlees voldoet, maar niet geschikt is voor consumptie vanwege de hoge gehaltes dioxines en dioxineachtige PCB’s in bruin vlees. Het verdient aanbeveling deze conclusie te delen met de Europese Commissie en de lidstaten, om eerlijke handel mogelijk te maken en de volksgezondheid te beschermen.

Conclusies

bureau NVWA concludeert in haar rapport nogmaals dat het vangstverbod van wolhandkrab in Nederland de consument beschermt tegen een ontoelaatbare inname van dioxines en dioxineachtige PCB’s.

Hierdoor ondersteunt het rapport nog steeds het eerder genomen besluit om de wolhandkrabvisserij in de vervuilde gebieden te sluiten.

Daarnaast adviseert het bureau NVWA de nieuwe bevindingen bij de Europese Commissie en de lidstaten van de EU aan de orde te stellen om op deze wijze de eerlijke handel mogelijk te maken en het risico voor de volksgezondheid te beperken.

Overige informatie

Uit de beschikbare gegevens van aal en wolhandkrab uit Nederlandse wateren lijkt er een relatie aanwezig te zijn tussen aal met verhoogde gehaltes aan dioxine en dioxineachtige PCB’s en verontreinigde wolhandkrab. De eerste resultaten geven aan dat het totaal aan TEQ gehalte van wolhandkrab drie tot vier hoger is dan die van aal uit het zelfde verontreinigde gebied.

Aangezien in andere Europese landen bijna geen gegevens voorhanden zijn over dioxine en dioxineachtige PCB’s in wolhandkrab kunnen bovenstaande gegevens gebruikt worden om aandacht te vragen voor deze problematiek. Een aantal landen zijn bekend met gebieden waar aal met te hoge gehaltes aan dioxine en dioxineachtige PCB’s zijn aangetroffen. Op deze wijze kan betrokken lidstaat nagaan of er ook dioxinegehaltes in wolhandkrab aanwezig zijn in vervuilde wateren.

Ingezette acties

Ik kan u meedelen dat ik, vooruitlopend op het bureau NVWA advies, de Europese commissie en de lidstaten geïnformeerd heb over de Nederlandse analyse gegevens en risicobeoordelingen waarbij ook nadrukkelijk de reactie tussen de met dioxine en dioxineachtige PCB’s vervuilde aal en de vervuilde wolhandkrab uit het zelfde gebied aan de orde is gesteld.

Nederland heeft daarbij aangedrongen op een gelijk speelveld in de handel en een norm voor wolhandkrab voorgesteld. De Europese Commissie heeft lidstaten gevraagd om de vangst en consumptie van wolhandkrab te onderzoeken. Tevens heeft de Europese Commissie aangegeven de monitoring van wolhandkrab verder uit te werken in een Europese aanbeveling.

Ook voor 2013 staat nog uitgebreid onderzoek naar vervuiling in de wolhandkrab gepland.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Kamerstuk 29 675, nr. 133.

X Noot
3

Schatting percentage schone wolhandkrab in de gesloten gebieden juni 2012 (IMARES /RIKILT WAGENINGEN UR), Rapport C043/12.

X Noot
4

Contaminanten in Chinese wolhandkrab, onderzoek naar dioxines, PCB’s en zware metalen in Chinese wolhandkrab juli 2012 (RIKILT WAGENINGEN UR), Rapport RIKILT 2012-010

X Noot
5

De wolhandkrab, een Hollandse exoot, Een marktverkenning LEI WAGENINGEN UR juli 2012 LEI-rapport 2012–006

X Noot
6

Toxische Equivalent

Naar boven