29 659 Evaluatie Staatsbosbeheer

Nr. 84 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juni 2012

Met de decentralisatie van het natuurbeheer krijgen de provincies een belangrijke rol in het natuurbeleid en de ruimte om de eigen streekgebonden accenten te leggen. Dit principe is vastgelegd in het decentralisatieakkoord natuur dat het rijk met de provincies onlangs heeft gesloten. Dit heeft consequenties voor Staatsbosbeheer.

Staatsbosbeheer

In de loop van zijn meer dan 110 jarig bestaan heeft het Rijk bij Staatsbosbeheer een omvangrijke, gevarieerde en unieke collectie natuurgebieden opgebouwd.

Ik durf hier een vergelijking te maken met de museale sector. Zo als het rijksmuseum topstukken beheert van (inter-)nationaal belang, zo beheert Staatsbosbeheer topgebieden van (inter-)nationaal belang. Het bezit is van collectieve waarde en daar ben ik zuinig op.

Daarnaast heeft Staatsbosbeheer door de decennia heen het natuurbeheer altijd weten te combineren met maatschappelijke wensen. Voorbeelden zijn het beteugelen van de bedreigende zandverstuivingen aan het begin van de vorige eeuw of het leveren van hout voor de mijnbouw dan wel het inspelen op de grote behoefte aan recreatieruimte of behoefte aan speelbossen. Deze maatschappelijke en innovatieve rol zal ook in de toekomst wenselijk en nodig zijn. Ik denk nu bijvoorbeeld concreet aan onderwerpen als de wateropgave die de komende decennia op ons afkomt. Ik verwacht van Staatsbosbeheer dat deze met zijn deskundigheid en zijn gronden een bijdrage levert aan de oplossing van deze problematiek. Ook op het gebied van de energieproblematiek (biomassa) verwacht ik van Staatsbosbeheer een innoverende en substantiële bijdrage. In de nabije toekomst kan Staatsbosbeheer een belangrijke rol spelen in het bieden van perspectief voor sociale cohesie in een groot aantal gebieden in Nederland. Staatsbosbeheer beheert immers een flink deel van de basisvoorziening voor de toeristische en recreatieve sector in het buitengebied.

Bovendien beheert Staatsbosbeheer, als onderdeel van de Staat, een deel van het staatseigendom.

Verantwoordelijkheid provincies

Voor het natuur- en landschapbeheer zal Staatsbosbeheer zich voortaan moeten richten tot de provincies. Ik heb in het decentralisatieakkoord natuur afgesproken dat de provincies Staatsbosbeheer gaan financieren voor het natuur- en landschapsbeheer via de subsidieregeling Natuur en Landschap. Al in 2012 zijn de financiële middelen voor het beheer toegevoegd aan het decentralisatiebudget (zie de tabel onder aan bladzijde 3 in deze brief).

Daarmee kunnen de provincies invulling geven aan hun verantwoordelijkheid. Staatsbosbeheer komt hiermee in dezelfde positie als de andere institutionele en particuliere terreinbeheerders. De financiering van het beheer vindt plaats op basis van «gelijke monniken, gelijke kappen». Dat betekent overigens vanzelfsprekend ook dat de provincies in de toekomst aangesproken kunnen worden op het natuurbeheer. Ik zelf blijf natuurlijk wel verantwoordelijk voor het nakomen van de Europese verplichtingen.

Verantwoordelijkheid Rijk

Staatsbosbeheer blijft onderdeel van de Staat, zoals dat in Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer is vastgelegd. Het betekent dat het rijk ook de verantwoordelijkheid neemt om een deel van de eigenaarlasten van Staatsbosbeheer te blijven financieren.

Gezien de belangrijke bijdragen van Staatsbosbeheer voor de realisatie van de internationale verplichtingen blijf ik in gesprek met de Raad van Toezicht van Staatsbosbeheer. Ook blijf ik verantwoordelijk voor de continuïteit van Staatsbosbeheer.

Ook zal het Rijk als opdrachtgever voor Staatsbosbeheer blijven fungeren voor sommige taken. Bijvoorbeeld op het gebied van publieksvoorlichting en educatieve activiteiten.

Particulieren

Niet alleen zal de financiering van het natuurbeheer met het decentralisatieakkoord natuur veranderen. Ik wil ook meer particuliere betrokkenheid zien in de terreinen van Staatsbosbeheer. Het is goed voor de natuur, voor het draagvlak, en dus goed voor Staatsbosbeheer als het gebruik en beheer van de terreinen beter is geworteld in de streek. Dat leidt naar mijn overtuiging tot een natuur die beter aansluit bij de beleving in de streek. Staatsbosbeheer gaat meer particulieren betrekken bij de gebieden, bij de planvorming en bij het beheer.

Ook in financiële zin verwacht ik een grotere bijdrage uit de private hoek. Ik wil, naast de rijks- en provinciale financiering, ook meer particuliere financiering in het natuurbeheer realiseren. Met die beheerskosten op orde kan Staatsbosbeheer zich oriënteren op de markt. Sinds de verzelfstandiging van Staatsbosbeheer in 1997 haalt Staatsbosbeheer in toenemende mate budget uit de markt. In het evaluatierapport, dat ik u op 10 september 2009 (Tweede Kamer 2008–2009, 29 659 nr. 37) heb toegezonden wordt geconstateerd dat Staatsbosbeheer in staat is gebleken om haar eigen opbrengsten substantieel te verhogen, waardoor de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beheer zijn verbeterd. Deze activiteiten zullen door Staatsbosbeheer verder worden uitgebouwd.

De Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer en de huidige voorstellen op het gebied van Markt en Overheid bieden daar het kader voor. Een ondernemend Staatsbosbeheer, dat midden in de samenleving staat.

Ik daag Staatsbosbeheer en de ondernemers uit om tot nieuwe samenwerkingsvormen te komen om meer particuliere dragers onder de financiering van de natuurterreinen te krijgen.

Ik denk daarbij aan samenwerking met verblijfs- en recreatiebedrijven, met maneges, met boeren, met agrarische natuurverenigingen, kortom, met alle ondernemers die baat hebben bij/en/of gebruik maken van de natuur in Nederland.

Tenslotte verwacht ik van Staatsbosbeheer dat zij verdere samenwerking met de andere terreinbeherende organisaties, maar ook met particulieren uitdiept. Het is goed als Staatsbosbeheer niet alleen kijkt naar mogelijkheden voor samenwerking, maar ook met instrumenten als grondruil probeert te komen tot een robuuster systeem van natuurgebieden. Op dit onderwerp kom ik terug in de grondnota.

Financiering

In de onderstaande tabel is de financiering van Staatsbosbeheer in de toekomst weergegeven. Voor de bijdrage van de provincies vanaf 2013 doet Staatsbosbeheer een beroep op de provinciale subsidieregeling Natuur en Landschap. De exacte hoogte van de bijdrage voor Staatsbosbeheer wordt voor het beheer van de herijkte Ecologische Hoofdstructuur op dit moment nog niet aangegeven, omdat deze mede afhankelijk is van keuzes die de provincies hier in maken. Afgesproken is dat Staatsbosbeheer op basis van «gelijke monniken, gelijke kappen», in vergelijking met andere terreinbeherende organisaties en particuliere beheerders, subsidie aanvraagt. Voor het jaar 2012 en 2013 is dit bedrag ingeschat op 52 miljoen euro en gelabeld bij de decentralisatie-uitkering aan het provinciefonds toegekend.

In de tabel heb ik ook aangegeven een groei te verwachten van de marktomzet met 4 procent per jaar. Dit is een inschatting op basis van de gerealiseerde groei in het verleden.

Financiering Staatsbosbeheer (in miljoenen euro) (exclusief de verkooptaakstelling gronden buiten de EHS)

 

2009

2010

2011

2012

20131

2014

2015

Rijk

89,5

89,5

89,0

36,1

36,0

24,62

24,6

Provincies

0

0

0

523

52

SNL4

SNL

Marktomzet

45,5

48,0

51,2

545

56

58

60

X Noot
1

Exclusief de verkooptaakstelling van 100 miljoen voor gronden buiten de Ecologische Hoofdstructuur.

X Noot
2

Vanaf 2014 wordt er geen bijdrage voor het beheer buiten de Ecologische Hoofdstructuur meer verstrekt. Dit omdat Staatsbosbeheer is gevraagd deze gronden in beginsel te verkopen.

X Noot
3

Dit is het bedrag dat door EL&I in het decentralisatiefonds is gestopt gelabeld aan Staatsbosbeheer. De hoogte van de provinciale bijdrage voor 2012 en 2013 moet door de provincies nog worden vastgesteld.

X Noot
4

Vanaf 2013 vindt financiering van het beheer van de ecologische hoofdstructuur plaats via de provinciale subsidieregeling Natuur en Landschap. Deze wordt vanaf 2014 uitgekeerd. Voor het jaar 2013 wordt overbrugging geregeld.

X Noot
5

De inzet is om jaarlijks een groei in de marktomzet te realiseren van 4 procent.

Concluderend

Staatsbosbeheer is een prachtige organisatie met een lang verleden en een mooie toekomst. Er gaat veel veranderen voor Staatsbosbeheer. De financiering van het beheer decentraliseert. Staatsbosbeheer gaat meer particulieren betrekken bij haar gebieden. Staatsbosbeheer gaat meer samenwerking zoeken met ondernemers. Staatsbosbeheer gaat meer de markt op. Dat maakt Staatsbosbeheer naar mijn overtuiging sterker. Beter gedragen door de burger, minder afhankelijk van de belastingbetaler.

Dit vraagt ook verandering in de organisatie van Staatsbosbeheer. Staatsbosbeheer werkt om die reden aan een nieuw ondernemingsplan. Staatsbosbeheer sorteert met dit plan voor op de toekomst. Een toekomst met een mooi en sterk Staatsbosbeheer. Ik heb daar alle vertrouwen in.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie H. Bleker

Naar boven