29 544 Arbeidsmarktbeleid

Nr. 1084 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 december 2021

Met deze brief ga ik nader in op twee moties die tijdens de begrotingsbehandeling SZW op 2 december (Handelingen II 2021/22, nr. 30, Begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2022) zijn ingediend. Het betreft de motie van de leden Ceder en Palland over de rol van sociaal ontwikkelbedrijven bij het aan het werk helpen van mensen die langs de kant staan en de motie van het lid Van Baarle over de meldplicht voor intermediairs van discriminerende verzoeken.1

1. Motie Ceder/Palland

In het debat afgelopen donderdag ontstond enige verwarring over motie met Kamerstuk 35 925 XV, nr. 63 van de leden Ceder en Palland over de rol van de sociale ontwikkelbedrijven bij het aan het werk helpen van mensen en het voorstel de Kamer daarover voor 1 februari 2022 te informeren. Ik wil middels deze brief aan uw Kamer meegeven dat ik de lijn van de motie onderschrijf en derhalve het oordeel daarover aan de Kamer wil laten, met dien verstande dat ik voorstel de Kamer daarover in april 2022 te informeren. Dat biedt mij de gelegenheid het in de motie gevraagde overleg met betrokken partijen zorgvuldig te doen.

2. Motie Van Baarle

De motievan het lid Van Baarle zoals ingediend tijdens de begrotingsbehandeling op 2 december sluit aan bij de eerder ingediende moties van het lid Jetten c.s. en van de leden Van Weyenberg en Peters die oproepen tot een meldplicht voor discriminerende verzoeken.2 Zoals ook eerder met de Kamer gewisseld, is het niet eenvoudig te komen tot een uitwerking van een meldplicht die ook daadwerkelijk effectief doeltreffend is. Daarnaast is er nauwe samenhang met het controversieel verklaarde wetsvoorstel Toezicht gelijke kansen bij werving en selectie (Kamerstuk 35 673) en de wijze waarop dit na de komst van een nieuw kabinet zal worden voortgezet.

Met dit wetsvoorstel moeten zowel werkgevers als intermediairs beschikken over een werkwijze voor objectieve werving en selectie. Het wetsvoorstel geeft de Inspectie SZW bevoegdheden om toezicht te houden op de aanwezigheid van deze werkwijze. Optie is de verplichte melding onderdeel te maken van de werkwijze voor intermediairs, waarover intermediairs dienen te beschikken op het moment dat het wetsvoorstel Toezicht gelijke kansen bij werving en selectie is aangenomen en geïmplementeerd. De Inspectie SZW houdt risico- en effectgericht toezicht. De inzichten uit de meldingen kunnen gebruikt worden voor dit risico- en effectgerichte toezicht. Tijdens het toezicht verifieert de Inspectie de aanwezigheid van een werkwijze voor werving en selectie waarbij gelijke kansen worden gerealiseerd.

Als ik de motie als een oproep mag beschouwen die het nieuwe kabinet voldoende ruimte geeft dit voortvarend op te pakken en op effectieve wijze de verplichte melding vorm te geven, dan geef ik deze alsnog oordeel Kamer.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A.D. Wiersma


X Noot
1

Kamerstuk 35 925 XV, nrs. 63 en 67.

X Noot
2

Kamerstuk 25 883, nr. 355 en Kamerstuk 30 950, nr. 204.

Naar boven