29 521 Nederlandse deelname aan vredesmissies

Nr. 159 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 februari 2011

Op 24 november 2010 heb ik tijdens het algemeen overleg over de tussentijdse evaluatie kleinschalige missies in 2009 (kamerstuk 29 521, nr. 158) toegezegd de Kamer een financieel overzicht van de kleinschalige missies in 2009 te zullen verstrekken.

De Nederlandse bijdrage aan kleinschalige missies bestaat over het algemeen uit menskracht en niet zozeer uit het beschikbaar stellen van materieel. Hierdoor blijven de additionele uitgaven die voor rekening van HGIS komen veelal beperkt tot enkele honderdduizenden euro’s per missie. De additionele uitgaven betreffen voornamelijk uitgaven in het kader van de regeling «Voorzieningen bij Vredes- en Humanitaire Operaties (VVHO-toelage)»; de zogenaamde uitzendtoelage.

De additionele uitgaven komen ten laste van de structurele voorziening «uitvoeren crisisbeheersingsoperaties» HGIS op de defensiebegroting.

De begroting en realisatie van de budgetten voor de kleine missies in 2009 treft u in onderstaande tabel aan. De begrotingssystematiek schrijft voor dat ramingen voor missies alleen betrekking hebben op de periode waarvoor een politiek mandaat bestaat. De markante verschillen tussen begroting en realisatie bij de desbetreffende posten worden verklaard door verlenging van de missies (EUFOR, KFOR, UNMIS, EUSEC en NTMI) dan wel door vertraagde ontplooiing van personeel (EULEX).

Bedragen x € 1 000

Begroting 2009

Realisatie 2009

Uitgaven

  

Balkan

  

EUFOR/Althea

3 500

7 291

EUPM

240

206

KFOR

100

713

EULEX

1 300

376

Afrika

  

UNMIS

420

1 567

UNAMID

65

20

EUSEC

100

169

BINUB

35

29

Midden-oosten

  

NTM-I

400

709

EUBAM Rafah

0

37

UNTSO

500

520

Azië

  

EUPOL

350

153

De minister van Defensie,

J. S. J. Hillen

Naar boven