Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 augustus 2023
Hierbij ontvangt u de aanbiedingsbrief van het CBR van 17 jl. alsmede de kwartaalrapportage
«corona-inhaalslag examens» tweede kwartaal 2023 zoals toegezegd met de brief van
23 maart 2021 (Kamerstuk 29 398, nr. 909).
De rapportage biedt inzicht in de ingehaalde theorie- en praktijkexamens en rijtesten,
de actuele reserveringstermijnen voor een praktijk- en theorie-examen en het slagingspercentage
voor het praktijkexamen B (bijlage 2).
Ontwikkeling reserveringstermijnen praktijkexamens B
De reserveringstermijnen voor de praktijkexamens B daalden vanaf het voorjaar van
2022 geleidelijk van 21 weken in april 2022 naar iets minder dan 12 weken in oktober
2022. In het vierde kwartaal van 2022 liepen de reserveringstermijnen weer iets op.
In het tweede kwartaal van 2023 zijn de reserveringstermijnen gestabiliseerd en lagen
deze eind juni gemiddeld iets boven de 16 weken voor het eerste B-examen. Hiermee
liggen de reserveringstermijnen boven de reguliere key performance indicator (kpi)
van 7 weken.
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de 54 locaties voor praktijkexamens. Deze
variëren van 1 week op sommige locaties in de regio tot 22 weken op locaties in de
Randstad.
Het CBR noemt een drietal oorzaken van de relatief hoge reserveringstermijnen.
Ten eerste wordt het volledige kwaliteitsborgingsprogramma voor de examinatoren weer
uitgevoerd, na 2 jaar alleen risicogestuurd te zijn ingezet vanwege de inhaalslag
die nodig was na de coronaperiode. Daarmee voldoet het CBR aan de wettelijke eisen
die gelden voor na- en bijscholing. Kwaliteitsborging behoort tot de reguliere taken
van het CBR en is van belang om de kwaliteit van de kerntaken (het afnemen van examens)
aantoonbaar op orde te hebben. Het volledig uitvoeren van het programma betekent wel
dat minder examencapaciteit beschikbaar is. Het gaat hierbij om circa 12.650 examens.
Ten tweede is het CBR vanwege de verschillen in reserveringstermijnen tussen regio
en Randstad gestart met het verplaatsen van examencapaciteit van de regio naar de
Randstad. Ook dit leidt tot enig productieverlies.
Ten derde is de vraag naar examens meer toegenomen dan eerder verwacht. Op basis van
cijfers het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is de vraag, met name als gevolg
van migratie, bovenwaarts bijgesteld.
Prognose CBR: na de zomer daling van de reserveringstermijnen
Op basis van de prognose van het CBR van de ontwikkeling van de reserverings-termijnen
is de verwachting dat deze termijnen tot en met de zomer op het huidige niveau blijven.
Na de zomer zullen de reserveringstermijnen gaan dalen om einde 2023 op een gemiddelde
van circa 8–10 weken uit te komen.
Deze verwachte daling na de zomer is het gevolg van een iets afnemende vraag in de
tweede helft van het jaar (regulier seizoenspatroon). En ook als gevolg van de verdere
uitbreiding van capaciteit doordat nieuwe examinatoren uit de opleiding stromen en
gaan starten met het afnemen van examens. Vanaf maart 2021 hebben 103 nieuwe examinatoren
met succes de opleiding afgerond en zijn inmiddels aan het werk. Daarnaast zijn er
op dit moment nog 17 examinatoren in opleiding, start er in september een klas met
36 examinatoren in opleiding en wordt er op dit moment volop geworven voor een klas
die in december 2023 gaat starten.
De slagingspercentages fluctueren sinds september 2022 rond de 50%-52% (eind juni
51,8%). Het CBR blijft onverminderd oproepen tot het verbeteren van de slagingspercentages
door te investeren in een goede rijopleiding zodat kandidaten goed zijn voorbereid
voor hun examen.
Alles overziend ziet het CBR ook nu geen aanleiding om één van de tijdelijke noodmaatregelen
in te zetten. Ik neem dit advies van het CBR over.
De ontwikkelingen van de reserveringstermijnen worden continu gemonitord. Bij de volgende
kwartaalrapportage wordt u nader geïnformeerd over de laatste stand van zaken.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers