29 385 Aanleg en de aanpassing van hoofdinfrastructuur

Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 maart 2016

In opdracht van Rijkswaterstaat en het consortium A-lanes B.V., dat het project A15 Maasvlakte – Vaanplein realiseert en gedurende 25 jaar zal beheren en onderhouden, heeft een onafhankelijke reviewcommissie zich de afgelopen maanden gebogen over de storingen en de storingsafhandeling bij de nieuwe Botlekbrug. In lijn met mijn eerdere toezegging bied ik u hierbij het rapport van de reviewcommissie aan1.

De aanleiding voor de review was dat het aantal stremmingen van de nieuwe Botlekbrug als gevolg van storingen groter was dan verwacht en het aantal storingen niet in voldoende mate afnam. De stremmingen leveren groot ongemak op voor het weg- en scheepvaartverkeer en vormen een schadepost voor de transportsector. Ik betreur dat. Over de aard van de storingen zijn door uw Kamer dan ook diverse keren vragen aan mij gesteld.

De reviewcommissie heeft zich een oordeel gevormd over het huidige proces van de afhandeling van storingen en over de onderhoudsfilosofie. De commissie oordeelt op hoofdlijnen positief over het ingezette proces van storingsafhandeling – de aanpak heeft aantoonbaar geleid tot een afname van het aantal storingen en stremmingen – en constateert dat de onderhoudsfilosofie in beginsel voldoet aan de contractuele eisen vanuit de CE-markering en onderliggende normen en voorschriften.

Bij beide onderdelen plaatst de reviewcommissie tegelijkertijd een aantal kanttekeningen en doet ze concrete voorstellen om het proces van storingsafhandelingen en onderhoudsfilosofie te verbeteren. Gerichte intensivering van onderhoud, monitoring en preventieve vervangingen of ontwerpaanpassingen worden aanbevolen. Concreet zijn de belangrijkste voorstellen:

  • Voer een meer integrale storingsanalyse uit, gericht op preventie.

  • Onderzoek de mogelijkheid om het aantal «single point failures», met een directe impact op de beschikbaarheid, te reduceren. Dit kan door op onderdelen redundantie te creëren zodat een enkele storing in een keten met vele schakels niet direct tot stilstand en stremmingen leidt.

  • Onderzoek of meer schakelingen als niet fataal te kwalificeren zijn.

  • Beperk het effect van storingen door verdere uitbreiding van de zelfdiagnostiek.

  • Verruim de bewegingstijd van grendels.

  • Koppel het storingsregister aan het dynamisch onderhoudsproces.

  • Onderzoek de mogelijkheid om eerder gemaakte keuzes bij ontwerp en uitvoering te herzien.

Ik ben de reviewcommissie erkentelijk voor het degelijke onderzoek dat zij in relatief korte tijd heeft weten uit te voeren en de constructieve houding die zij daarbij heeft aangenomen. Ik onderschrijf de conclusies en verbetervoorstellen.

A-lanes B.V. onderschrijft de uitkomsten van de review ook en zal de maatregelen die in zijn domein ligt, voor eigen kosten, uitvoeren. Zo zal A-lanes B.V. het preventief onderhoud aanscherpen. Deze actie is al in gang gezet. Ook zal A-lanes B.V. het ingezette regime van storingsafhandeling voortzetten.

Gezamenlijk zullen Rijkswaterstaat en A-lanes B.V. voorts de integrale analyse van de storingen maken en het onderzoek naar mogelijke ontwerpaanpassingen verrichten. Deze onderzoeken zullen binnen een half jaar zijn afgerond, waarna de integrale afweging en besluitvorming hierover plaats kan vinden.

Met betrekking tot het verbetervoorstel om kwetsbare ontwerpoplossingen te vervangen, merkt de reviewcommissie op dat dit grote impact zal hebben. Het gaat om een kostbare en procesmatig ongewenste maatregel die daarom alleen aan de orde zal zijn als met de andere maatregelen onvoldoende mate van prestatieverbetering kan worden bereikt. Het is bovendien onzeker of met alternatieve ontwerpoplossingen een substantieel hoger prestatieniveau kan worden bewerkstelligd. Ik acht het niettemin verstandig om deze oplossingsrichting verder te verkennen.

Verder maakt de reviewcommissie nog een aantal belangrijke opmerkingen. Ten eerste dat de ervaring leert dat in de loop der tijd andere storingen in toenemende mate zullen optreden als gevolg van vervuiling, veroudering, speling en slijtage. Dit onderstreept het belang van een programma met meer preventief onderhoud.

Ten tweede wijst de commissie erop dat de afbouw van de spoorlijn over de brug nog plaats moet vinden. Daartoe moet onder meer de interface tussen het huidige systeem en het spoordeel worden uitgewerkt. Rijkswaterstaat zal dit samen met Prorail oppakken.

De afgelopen maanden is het aantal storingen en stremmingen door de gehanteerde storingsafhandeling significant afgenomen. Met de verschillende verbetermaatregelen – die inmiddels in gang zijn gezet – verwacht ik dat de betrouwbaarheid van het brugsysteem verder zal worden vergroot.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven