Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 oktober 2015
Onlangs zijn door het lid Helder (PVV) vragen gesteld naar aanleiding van een bericht
in de Telegraaf over het kraken van enkelbanden. Mijn antwoord heeft uw Kamer op 1 september
jl. ontvangen1. Daarin heb ik aangegeven dat hoge eisen worden gesteld aan de betrouwbaarheid en
beveiliging van de enkelbanden. De betrouwbaarheid van elektronische monitoring met
behulp van een enkelband heb ik recent in kaart laten brengen. Met deze brief informeer
ik uw Kamer hierover.
Elektronische monitoring (EM) is een ondersteunend middel binnen het toezicht op justitiabelen.
Met behulp van EM controleert de reclassering2 de naleving van de bijzondere voorwaarden locatieverbod en -gebod. EM wordt uitgevoerd
met behulp van een enkelband3.
Het uitvoeren van EM betreft in hoofdzaak het aan- en afsluiten van enkelbanden, het
24 uur per dag monitoren van de justitiabelen met een enkelband en het signaleren
en melden van overtredingen aan de toezichthouder van de reclassering, die daar vervolgens
op acteert. Binnen het reclasseringstoezicht is de Dienst Justitiële Inrichtingen
(DJI) verantwoordelijk voor de beschikbaarheid en werking van EM. Dagelijks dragen
circa 600 justitiabelen onder toezicht een enkelband.
In de periode van medio september 2014 tot en met medio augustus 2015 was EM in bijna
97% van de totale tijd beschikbaar. Het aantal verstoringen dat zich in deze periode
heeft voorgedaan blijkt voor ruim de helft veroorzaakt door verstoringen van het openbare
mobiele netwerk, waar de enkelbanden gebruik van maken om te communiceren met het
monitoringsysteem. Indien deze externe factor buiten beschouwing wordt gelaten bedraagt
de beschikbaarheid over de genoemde periode ruim 98%.
Naar aanleiding van deze inzichten zijn verdiepende analyses uitgevoerd, onder meer
naar de monitoringsoftware, en heb ik maatregelen getroffen op het gebied van de organisatie,
het proces en de techniek van EM. Ik verwacht dat met de uitvoering van deze maatregelen
de gevoeligheid van het huidige systeem van EM voor verstoringen verder afneemt. Deze
situatie zal ik de komende periode nauwlettend volgen. Los van onze inzet om verstoringen
te beperken, geldt dat de gevolgen van verstoringen overigens beperkt zijn. Immers,
EM is een ondersteunend middel binnen het toezicht, dat naast andere middelen – zoals
de meldplicht – wordt ingezet om de naleving van bijzondere voorwaarden te controleren.
Bovendien is een verstoring in beginsel niet merkbaar voor de drager van een enkelband
en wordt ook tijdens een verstoring de informatie over de locatie van een justitiabele
opgeslagen. Deze informatie is na afloop van de verstoring beschikbaar voor de toezichthouder.
Daarnaast zijn er heldere afspraken tussen DJI en de reclassering over hoe te handelen
bij een verstoring (bijvoorbeeld tijdelijke intensivering van de fysieke controle).
In het licht van het voorgaande ben ik van mening dat EM een nuttig instrument is
binnen het reclasseringstoezicht, dat voldoende robuust is om op brede schaal toe
te blijven passen.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff