29 237 Afrika-beleid

Nr. 139 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 juni 2011

Door middel van deze brief bericht ik u over mijn reis naar Ethiopië en Somaliland van 6 tot en met 8 juni 2011.

Doel van mijn bezoek aan Ethiopië was kennis te nemen van de goede voortgang in dat land met het bereiken van de Millennium Development Goals (MDG’s) en na te gaan op welke wijze Nederland hier verder aan kan bijdragen. Hierbij heb ik vooral gekeken naar de thema’s economische groei en voedselzekerheid en de mogelijkheden die deze bieden voor het Nederlandse bedrijfsleven. Tevens heb ik aandacht besteed aan seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Voorts is uitgebreid stilgestaan bij de verslechterende humanitaire situatie. Tot slot heb ik de Nederlandse zorgen op het gebied van mensenrechten en democratie aan de orde gesteld. Van Ethiopische zijde was er veel belangstelling voor de Nederlandse voornemens ten aanzien van ontwikkelingssamenwerking en het bevorderen van investeringen.

Het conflict in Somalië staat vanwege de grensoverschrijdende effecten (politiek, humanitair, piraterij, migratie) al jaren hoog op de internationale agenda. Doel van mijn bezoek aan de Somalische regio Somaliland was kennis te nemen van de vorderingen in Somaliland op het gebied van stabilisatie, democratisering en piraterijbestrijding. Tevens heb ik een kamp bezocht waarin duizenden vluchtelingen en ontheemden bivakkeerden. Daarnaast heb ik de wens uitgesproken met Somaliland tot verdere afspraken te komen over samenwerking op het gebied van terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers.

1 Ethiopië

In Ethiopië heb ik gesproken met premier Meles Zenawi, onderminister van Financiën Ahmed Shide, diverse vertegenwoordigers van Ethiopische mensenrechtenorganisaties, hulporganisaties en het bedrijfsleven.

In mijn gesprekken in Addis Abeba heb ik de volgende punten naar voren gebracht:

  • de contouren van het nieuwe Nederlandse OS-beleid;

  • de intentie de OS-relatie met Ethiopië voort te zetten, met een sterker accent dan voorheen op het bevorderen van investeringen en samenwerking met het bedrijfsleven;

  • de wenselijkheid, mede op basis van de ervaringen van Nederlandse ondernemers, van verdere verbetering van het Ethiopische investeringsklimaat;

  • de Nederlandse zorgen over de situatie op het gebied van de mensenrechten en de beperkte democratische ruimte.

1.1 Economische ontwikkeling en investeringsklimaat

Zowel onderminister Shide als premier Meles benadrukten de economische groei die Ethiopië de afgelopen jaren heeft gerealiseerd. Groeicijfers van 10% per jaar wil men continueren. Gekoppeld aan stijgende uitgaven in de sociale sectoren en investeringen in infrastructuur moeten deze bijdragen aan verdere vermindering van de armoede en de afhankelijkheid van voedselhulp. Ook de private sector kan daarbij een belangrijke rol spelen. Beide gesprekspartners onderstreepten dat Ethiopië daarbij de kwaliteit van het bestuur, verdergaande democratisering en de positie van vrouwen wil bevorderen. Tevens erkenden zij desgevraagd de noodzaak van het afremmen van de bevolkingsgroei. Effectieve steun van donoren is belangrijk voor het welslagen van het Ethiopische Growth and Transformation Plan. De nieuwe Nederlandse OS-prioriteiten, en met name de sterkere nadruk op samenwerking met het bedrijfsleven en bevordering van investeringen, werden door beiden dan ook verwelkomd. Ik heb Ethiopië gecomplimenteerd met de vooruitgang die is geboekt op het gebied van armoedebestrijding. Ook heb ik de Ethiopische economische ambities verwelkomd en erop gewezen dat indien deze worden waargemaakt, Ethiopië een middenklasse zal ontwikkelen die zich ook politiek zal manifesteren. Het is essentieel dat de regering daar ook ruimte voor geeft.

Tijdens een veldbezoek in de omgeving van Debre Zeit heb ik enkele bedrijven bezocht en een groot aantal Nederlandse ondernemers ontmoet. Ik heb de autoriteiten gewezen op het enthousiasme van Nederlandse ondernemers om in Ethiopië te investeren en enkele aanbevelingen van ondernemers overgebracht om een aantal knelpunten in het investeringsklimaat op te lossen. Trage afwikkeling bij de douane, slechte internetverbindingen en onnodige of willekeurig toegepaste regels en procedures (red tape) zijn voorbeelden daarvan. Ook heb ik geadviseerd een zogenaamde one stop shop in te stellen ten behoeve van buitenlandse investeerders; dat zal zowel de belangen van Nederland als die van Ethiopië ten goede komen.

1.2 Humanitaire situatie

Als gevolg van droogte en onregelmatige regenval is de humanitaire situatie in Ethiopië verslechterd. Intussen hebben naar schatting ongeveer vijf miljoen Ethiopiërs noodhulp nodig, bovenop de acht miljoen begunstigden van het Productive Safety Net Programme (PSNP). Bovendien neemt het aantal vluchtelingen in Ethiopië gestaag toe als gevolg van de situatie in Somalië en Sudan. Om deze redenen heb ik een extra bijdrage van 1 miljoen EUR toegezegd aan het Humanitarian Response Fund van de VN.

De ernstige humanitaire situatie is mede gevolg van het feit dat de landbouw te zeer afhankelijk is van regen. Met het Growth and Transformation Plan wil de regering de armoede aanpakken en zo snel mogelijk onafhankelijk worden van voedselhulp. Ook wordt steeds meer gedaan aan Disaster Risk Management om kwetsbaarheid te verminderen. Niettemin constateren veel hulporganisaties dat verstrekking van noodhulp vaak problematisch verloopt. Dit is onder meer het gevolg van administratieve belemmeringen, van terughoudendheid van de Ethiopische regering om de omvang van de nood te erkennen en van de slechte humanitaire toegang in gebieden als de Somali-regio. In deze regio woedt een conflict met het Ogadeni National Liberation Front. Het WFP heeft hier onlangs de voedseldistributie opgeschort nadat één medewerker in het gebied is gedood en twee medewerkers zijn vermist. Geconstateerd moet worden dat er tussen de regering en de humanitaire organisaties regelmatig sprake is van wantrouwen.

1.3 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten

Tijdens het bezoek heb ik in gesprek met vertegenwoordigers van de Ethiopische overheid en een aantal NGO’s, en tijdens een bezoek aan de lokale branche van de Family Guidance Association of Ethiopia (FGAE) in Debre Zeit, aandacht gegeven aan de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Deze thematiek is zeer relevant in Ethiopië: meer dan 50% van de bevolking (41 miljoen) is jonger dan 19 jaar. Gemiddeld krijgt een vrouw 5,4 kinderen. Weinig onderwijs, vroege huwelijken en tienerzwangerschappen zijn vooral op het platteland wijdverbreid. Ook vrouwenbesnijdenis blijft een groot probleem: anno 2011 zijn nog steeds drie op de vier Ethiopische meisjes – moslims zowel als christenen – besneden. Tegelijk constateer ik goede vooruitgang op het gebied van de SRGR-gerelateerde MDG’s. Zo is de moedersterfte nog steeds hoog, maar wel gehalveerd sinds 1990.

1.4 Mensenrechten

Diverse mensenrechtenactivisten gaven te kennen dat de mensenrechtensituatie en het politieke klimaat sinds 2005 verslechterd zijn. Bovendien zijn juist de mensenrechtenorganisaties sterk in hun functioneren beknot door de aangescherpte NGO-wetgeving van 2009. Andere zorgen zijn de anti-terrorisme-wet, de persbreideling en het gebrekkige functioneren van het justitiële apparaat. In mijn gesprekken met premier Meles en met de staatssecretaris van Financiën heb ik aandacht gevraagd voor de mensenrechtensituatie en de beperkte politieke ruimte, inclusief de mogelijkheid voor NGO’s om hun maatschappelijke rol te vervullen. In dit verband heb ik bepleit dat Ethiopië de bevroren tegoeden vrijgeeft van enkele NGO’s, aangezien deze middelen ontvangen waren voordat de gewraakte NGO-wet formeel van kracht werd.

Premier Meles gaf aan zich bewust te zijn van het belang van mensenrechten en democratie voor de ontwikkeling en toekomstige stabiliteit van Ethiopië. Deze kunnen naar zijn mening echter niet van buitenaf opgelegd worden, maar alleen gerealiseerd worden als onderdeel van een eigen, Ethiopisch maatschappelijk proces. Premier Meles gaf toe dat Ethiopië op gebied van de mensenrechten nog tekortschiet, maar onderstreepte zijn bereidheid om hier verder aan te werken.

2 Somaliland

In Somaliland heb ik gesproken met de Somalilandse president Mohamoud en diens minister van Buitenlandse Zaken Omar, met de voorzitter van het parlement en met vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. Tevens heb ik de eerste steen gelegd voor een nieuw gebouw van het House of Elders (Hogerhuis), dat met Nederlandse steun wordt gebouwd door AWEPA. Ook bezocht ik een kamp voor vluchtelingen en ontheemden. Daarnaast inspecteerde ik een recentelijk gerehabiliteerde gevangenis. In deze instelling bevindt zich ook een aantal ingerekende piraten.

In mijn gesprekken in Hargeisa benadrukte ik:

  • de waardering voor wat Somaliland op gebied van stabilisatie en democratisering heeft bereikt;

  • de waardering voor de Somalilandse inspanningen tegen piraterij. In dit verband heb ik een bijdrage van 1 miljoen EUR aangekondigd voor verdere verbetering van de lokale detentiecapaciteit door UNODC;

  • de hoop dat verdere afspraken kunnen worden gemaakt op het gebied van migratie.

2.1 Stabilisatie, democratisering en ontwikkeling

Somaliland heeft sinds het zichzelf onafhankelijk verklaarde in 1991 het nodige bereikt op gebied van stabiliteit en democratie. Er is een nationaal gevoel ontwikkeld en een democratisch gekozen bestuur. De overheid staat open voor de inbreng van maatschappelijke organisaties en er is een redelijke mate van respect voor de mensenrechten inclusief de vrijheid van meningsuiting.

Overigens zijn er punten van zorg, zoals de zwakte van de rechtsstaat en de veiligheidssector, de beperkte economische mogelijkheden, de hoge werkloosheid en de achtergestelde positie van vrouwen. Samen met de terrorismedreiging van Al Shabaab uit Zuid-Centraal Somalië en het grensdispuut met Puntland kunnen deze tot destabilisatie leiden. Voorts is Somaliland sterk afhankelijk van steun van de diaspora in de vorm van overmakingen – een bron van inkomsten die geleidelijk afneemt nu de eerste generatie emigranten vergrijst –, van de handel in vee en van hulp. De maritieme hulpbronnen (waaronder visserij) zijn nog zo goed als onaangeboord.

Sinds de verkiezingen in 2010 ontplooit de regering veel initiatieven om Somaliland verder tot ontwikkeling te brengen. Zo zijn er plannen om het land door de aanleg van havens en spoorlijnen beter te laten aansluiten op de markten in het achterland en wordt geïnvesteerd in de sociale sectoren, bijvoorbeeld door gratis basisonderwijs en bevordering van deelname van meisjes aan onderwijs. Steun van donoren (momenteel vooral de EU, het VK en Denemarken) is hierbij onontbeerlijk. Alom werd benadrukt dat economische ontwikkeling essentieel is voor de bestendiging van de vrede in Somaliland.

Meer dan voorheen zoekt Somaliland samenwerking met de internationale gemeenschap, bijvoorbeeld op het vlak van piraterijbestrijding, hoewel het zich daarbij naar het voorkomt vooral laat leiden door het streven naar internationale erkenning als onafhankelijke staat. Wat Nederland betreft is dit laatste overigens niet aan de orde; Somaliland is en blijft deel van Somalië. Overigens heeft ook president Mohamoud grote zorgen over de ontwikkelingen in Zuid-Centraal Somalië en over het functioneren van de Transitional Federal Institutions. Ten aanzien van Puntland gaf hij aan dat de relatie recent verbeterd is. Beide regio’s erkennen dat men wederzijds belang heeft bij de-escalatie van bestaande spanningen in de betwiste grensregio van Sool en Sanaag en bij de bestrijding van terrorisme en piraterij.

2.2 Veiligheid en piraterijbestrijding

Tot dusverre is het veiligheidsapparaat van Somaliland redelijk effectief gebleken. De kwaliteit van de veiligheidssector en de rechtsketen als geheel is echter tamelijk zwak. Belangrijkste prioriteit van de Somalilandse regering is het weren van Al Shabaab. Somaliland is tevens een actief medestander in de strijd tegen piraterij, dat men als een misdrijf ziet. Inmiddels zijn in Somaliland 78 piraten gedetineerd.

President Mohamoud verklaarde nadrukkelijk de internationale samenwerking op het gebied van piraterijbestrijding te verwelkomen. Hij was dan ook ingenomen met het Nederlandse besluit om 1 miljoen EUR bij te dragen aan een vervolgproject van UNODC om de detentiecapaciteit en het rechtssysteem verder te versterken. Tijdens een aansluitend bezoek aan de onlangs met steun van UNDP en UNODC gebouwde gevangenis in Hargeisa heb ik de indruk gekregen dat detentie in deze faciliteit verantwoord is en voldoet aan internationale (mensenrechten)standaarden, mede omdat aandacht wordt besteed aan de inbedding in en versterking van het bredere rechtssysteem.

2.3 Migratie

Meer dan 90% van de Afrikaanse asielzoekers in Nederland is van Somalische afkomst. Ik heb dan ook de hoop en verwachting uitgesproken dat verdere samenwerking mogelijk zal zijn op gebied migratie, in het bijzonder op het gebied van terug- en overname van uitgeprocedeerde Somalische asielzoekers.

3 Tot besluit

Tijdens het bezoek aan Ethiopië is de goede bilaterale relatie bevestigd. Ik zie veel mogelijkheden om vanuit de Nederlandse expertise en meerwaarde bij te dragen aan activiteiten op het gebied van voedselzekerheid en aan de bevordering van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. In Ethiopië liggen zonder meer kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Ik juich de toenemende belangstelling van het Nederlandse bedrijfsleven dan ook toe, in het bijzonder die van de land- en tuinbouwsector en de zuivelindustrie. Tegelijk blijft aandacht voor democratische ruimte en mensenrechten belangrijk. Ik heb over deze zaken een openhartige en constructieve dialoog kunnen voeren en zie er naar uit deze in de toekomst voort te zetten.

Het contact met de autoriteiten van de regio Somaliland was nuttig in het kader van de bestrijding van piraterij en terrorisme en de beoogde samenwerking op het gebied van terug- en overname van uitgeprocedeerde asielzoekers. Ook kan er een signaal van uitgaan aan de Transitional Federal Government in Mogadishu dat de internationale gemeenschap naar meerdere wegen zoekt om uit de impasse te geraken waarin Somalië al zo lang verkeert. De vooruitgang op het gebied van stabiliteit en democratisering in Somaliland is indrukwekkend en kan de rest van het land tot voorbeeld strekken. Ook in Somaliland is er echter nog het nodige te doen ter versterking van de rechtsketen. Recentelijk heeft de Conflict Research Unit van het instituut Clingendael een rapport uitgebracht over de actuele situatie in Somaliland en de andere relatief stabiele Somalische regio, Puntland. Ik zal u hierover op een later moment informeren.

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

H. P. M. Knapen

Naar boven