29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie

Nr. 300 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 april 2022

Tijdens het Tweeminutendebat Leveringszekerheid van aardgas op 6 april jl. (Handelingen II 2021/22, nr. 69, Tweeminutendebat Leveringszekerheid van aardgas) is door de leden Grinwis (ChristenUnie) en Bontenbal (CDA) een motie (Kamerstuk 29 023, nr. 292)ingediend, die de regering verzoekt te bezien of GasTerra een doorstart kan maken als nationaal of Europees handelshuis voor gas. De Minister voor Klimaat en Energie heeft de Kamer verzocht om de motie aan te houden; met deze brief geef ik aan dat het kabinet geïnteresseerd is in de gedachten achter de motie en wil onderzoeken of het verstandig is om een coördinerende partij aan te wijzen om publieke taken op het gebied van voorzieningszekerheid uit te voeren.

De Mijnraad adviseert om «de wendbaarheid te behouden en waar dat kan te versterken». Het kabinet heeft begrip voor de zorgen van de Mijnraad. In Europees verband wordt momenteel bekeken wat er op de korte termijn nodig is om de leveringszekerheid zo goed mogelijk te borgen onder gelijktijdige beperking van de afhankelijkheid van Russisch gas. Daarbij is het zaak om eerst te kijken wat er nodig is en welke publieke taken daarbij horen. Vervolgens kan gekeken worden welke middelen daarvoor ingezet kunnen en moeten worden.

Gezien de constructie van de Maatschap Groningen ligt een doorstart van GasTerra daarbij niet voor de hand. GasTerra is een publiek-private samenwerking tussen de Staat, het staatsbedrijf EBN en de energiebedrijven Shell en ExxonMobil opgezet met als taak het verkopen van Groningengas en later ook Nederlands kleine velden gas. GasTerra kon altijd gas leveren uit de «eigen voorraad» en is dan ook niet opgezet als handelshuis.

Het besluit om de gaswinning uit het Groningenveld volledig te beëindigen, ligt dan ook ten grondslag aan het besluit om de samenwerking in GasTerra met Shell en ExxonMobil te beëindigen. GasTerra werkt op dit moment dan ook toe naar een beëindiging van zijn activiteiten op 31 december 2024. Binnen dit samenwerkingsverband met Shell en ExxonMobil worden geen nieuwe verplichtingen aangegaan en bestaande lange termijnverplichtingen worden afgebouwd of overgedragen. Doordat de winning uit het Groningenveld wordt beëindigd, dient er meer hoogcalorisch gas beschikbaar te komen in Nederland. De vraag is alleen op welke wijze. Als met de motie voor een doorstart GasTerra niet zozeer het bedrijf wordt bedoeld zoals het nu bestaat, maar meer algemeen een speler zoáls GasTerra -een grote speler met internationale ervaring, die niet alleen commerciële belangen nastreeft maar die ook maatschappelijke belangen zoals leveringszekerheid behartigt- dan wil ik dat graag verder onderzoeken en kan ik de motie oordeel Kamer geven.

Op 14 maart jl. heb ik samen met de Minister van Klimaat en Energie uw Kamer geïnformeerd over welke acties op korte, middellange en lange termijn ondernomen worden om het publieke belang van gasleveringszekerheid ook voor de toekomst voldoende te garanderen (Kamerstuk 29 023, 283). Voor zover er voor de gasvoorziening nieuwe publieke taken en instrumenten nodig zijn, zal het kabinet naar passende manieren zoeken om deze vorm te geven en uw Kamer daarover informeren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, J.A. Vijlbrief

Naar boven