28 973 Toekomst van de intensieve veehouderij

Nr. 122 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2012

In het Algemeen Overleg over de schaalgrootte in de veehouderij van woensdag 5 juni jl. heb ik toegezegd een nadere onderbouwing te geven over de bandbreedte voor de maximum omvang in Nederlandse veehouderij. Eveneens heb ik aangegeven nader het criterium van ethiek te zullen verduidelijken in relatie tot het ruimtelijk ordeningsinstrumentarium.

Zoals ik in mijn brief van 5 juni jl. (kamerstuk 28 973, nr. 109) heb aangegeven is het vraagstuk van de omvang van de veehouderij het sluitstuk van de inzet voor een duurzame en toekomst bestendige veehouderij in Nederland. Een ongebreidelde groei van bedrijven in de veehouderij, die zou kunnen leiden tot extreem grote en in hoge mate geïndustrialiseerde bedrijven op een locatie acht ik niet wenselijk. Als daar sprake van is, kan het maatschappelijk draagvlak voor de veehouderij vergaand worden ondergraven. Gegeven het economisch belang, level playing field en ondernemerschap moet een normale bedrijfsontwikkeling en schaalvergroting in de veehouderij vanzelfsprekend mogelijk blijven. Waar het om gaat is een bovengrens die extreem grote geïndustrialiseerde bedrijven op een locatie moet voorkomen.

Voor het bepalen van de bovengrens heb ik gebruik gemaakt van het rapport van de Commissie van Doorn, sectorgegevens van het LEI en een staloppervlaktebenadering. De Commissie van Doorn geeft in haar rapport een benadering waarin een zorgvuldige veehouderij centraal staat. Daarbij worden op bladzijde 9 van het advies «Al het vlees duurzaam» verschillende cijfers gegeven. Het LEI heeft vanuit een oogpunt van bedrijfsontwikkeling, opbrengend vermogen en economische toekomstbestendigheid cijfers over de mogelijke maximale omvang van veehouderijlocaties verstrekt. Tenslotte heb ik ook betrokken een staloppervlakte benadering gekoppeld aan een bouwoppervlakte van 1,5 hectare.

Het is een illusie om te denken dat bij het vaststellen van een bovengrens een mathematische benadering kan volstaan. Daarbij moet op basis van verschillende criteria een keuze worden gemaakt.

Op basis van een weging van de hiervoor aangegeven gegevens heb ik gekozen voor een sector gedifferentieerde benadering en ben ik uitgegaan van de mogelijkheden van een normale economische groei van veehouderijlocaties tegen de achtergrond van de concurrentiepositie in Europees en internationaal verband, de opbouw van de grootte van bedrijven in de verschillende sectoren (zie bijlage 1) en de omvang van de grootste bedrijven in Nederland. Op basis hiervan heb ik de bandbreedte zoals genoemd in mijn brief van 5 juni jl. bepaald.

Hierna treft u een tabel aan waarin is aangegeven het aantal bedrijven dat nu groter is dan het uit de bandbreedte volgende maximum (bron: CBS Landbouwtelling 2011).

Diercategorie

Eenheid

Bandbreedte ondergrens

Bandbreedte bovengrens

Melkvee

 

>400

>500

 

Aantal bedrijven

259

102

Zeugen

 

>1 500

>2 000

 

Aantal bedrijven

117

72

Vleesvarkens

 

>7 000

>10 000

 

Aantal bedrijven

56

16

Leghennen

 

>150 000

>175 000

 

Aantal bedrijven

34

24

Vleeskuikens

 

>200 000

>240 000

 

Aantal bedrijven

23

16

Melkgeiten

 

>1 500

>2 000

 

Aantal bedrijven

25

12

Vleeskalveren

 

>1 500

>2 000

 

Aantal bedrijven

71

34

In het algemeen overleg heb ik tevens cijfers gegeven betreffende een inventarisatie bij provincies van aanvragen voor grootschalige veehouderijbedrijven. Het betreft 24 aanvragen, waarvan er 15 aanvragen zijn met een omvang groter dan de bovengrens van de door mij aangegeven bandbreedte. Van deze bedrijven bevinden zich er 5 in Groningen, 1 in Friesland, 1 in Drenthe, 2 in Noord-Holland, 2 in Noord-Brabant en 4 in Limburg. Het betreft 6 melkveehouderijbedrijven, 7 varkensbedrijven en 2 pluimveebedrijven.

Met betrekking tot ethische aspecten in relatie tot het ruimtelijk ordeningsinstrumentarium kan het volgende worden aangegeven.

In het ruimtelijk ordeningsinstrumentarium is thans niet voorzien in een ethisch criterium. Dat is ook niet de bedoeling. Het kabinet heeft in zijn brief van 23 november 2011 (Kamerstukken II 2011/12, 28 973, nr. 85) gesteld dat het kabinet het in aansluiting op dit instrumentarium gewenst acht om, indien dat nodig mocht zijn, vanuit andere dan ruimtelijke overwegingen, zoals volksgezondheid of ethiek, een grens te kunnen stellen aan de omvang van bedrijven op een locatie en hiervoor een wettelijke voorziening te treffen. Een wettelijke voorziening op basis van ethische aspecten zal in de Wet Dieren moeten worden opgenomen. Er is derhalve geen sprake van dat een ethisch criterium in de ruimtelijke ordening wordt geïntroduceerd.

Ten slotte zal ik, zoals ik aan het eind van het Algemeen Overleg heb aangegeven, de komende maanden met betrokken partijen overleggen over de mogelijkheid van een convenant. Tevens zal ik een wetsvoorstel (technisch) voorbereiden. Ik laat de beslissing over een wetsvoorstel aan een volgend kabinet.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker

BIJLAGE 1: OPBOUW VAN DE GROOTTE VAN VEEHOUDERIJBEDRIJVEN IN VERSCHILLENDE SECTOREN (LANDBOUWTELLING 2011)

Sector

 

Aantal bedrijven

Melkveehouderij

Totaal

22 898

 

1–250 melkkoeien

21 491

 

250–400 melkkoeien

1 151

 

> 400 melkkoeien

256

     

Vleesvarkens

Totaal

5 501

 

1–5000 vleesvarkens

5 349

 

5000–10 000 vleesvarkens

136

 

> 10 000 vleesvarkens

16

     

Zeugen

Totaal

2 755

 

1–750 zeugen

2 352

 

750–1500 zeugen

286

 

> 1 500 zeugen

117

     

Leghennen

Totaal

1 327

 

1–100 000 leghennen

1 227

 

100 000–150 000 leghennen

67

 

> 150 000 leghennen

33

     

Vleeskuikens

Totaal

601

 

1–100 000 vleeskuikens

457

 

100 000–200 000 vleeskuikens

123

 

> 200 000 vleeskuikens

21

     

Melkgeiten

Totaal

566

 

1–750 melkgeiten

444

 

750–1500 melkgeiten

98

 

> 1 500 melkgeiten

24

     

Vleeskalveren

Totaal

1 929

 

1–750 vleeskalveren

1 512

 

750–1500 vleeskalveren

347

 

> 1 500 vleeskalveren

70

Naar boven