28 807 Vogelpestcrisis (Aviaire influenza)

Nr. 133 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 maart 2012

Op een pluimveebedrijf in Kelpen-Oler (Limburg) is op 17 maart 2012 een uitbraak van vogelgriep (Aviaire influenza, AI) van het type H5N2 geconstateerd. Het gaat om een laag pathogene (milde) variant. Laag pathogene vogelgriep maakt vogels nauwelijks ziek en is een laag risico voor de mens. Laag pathogene AI (LPAI) van het type H5 of H7 kan echter muteren naar de hoog pathogene variant. Vandaar dat toch verregaande maatregelen worden getroffen.

Het betreft een bedrijf met vleeskalkoenen en het is gelegen in een pluimveedicht gebied. Het had in totaal 44 500 dieren welke permanent binnen worden gehouden.

Met deze brief informeer ik u nader over de besmetting en de maatregelen die al zijn getroffen.

Vogelgriep

Vogelgriep is een epidemische ziekte bij vogels en pluimvee. Hoog pathogene AI (HPAI) is de meest ernstige vorm en gaat gepaard met grote sterfte onder pluimvee en verspreidt zich zeer snel. Daarnaast kan HPAI een mogelijk risico voor de volksgezondheid zijn en heeft het grote economische gevolgen voor de gehele pluimveesector. HPAI is daarom bestrijdingsplichting. Omdat LPAI H5 en LPAI H7 in pluimvee kunnen muteren naar een hoog pathogene variant zijn deze in de EU-regelgeving eveneens bestrijdingsplichtig gemaakt.

In 2003 heeft Nederland voor het laatst te maken gehad met een uitbraak van HPAI. Vorig jaar, in 2011, is Nederland 4 maal geconfronteerd met een besmetting van LPAI op een pluimveebedrijf, in 3 gevallen bleef de uitbraak beperkt tot 1 bedrijf. Daarnaast was er tweemaal een uitbraak van LPAI bij wilde zwanen bij een handelaar in vogels in Zuid-Wolde.

Resultaat monitoring vogelgriep

In Nederland worden pluimveebedrijven regulier gecontroleerd op eventuele vogelgriepbesmettingen. Er geldt een meldplicht voor de houder en dierenarts wanneer er vogelgriep vermoed wordt. Daarnaast kan een dierenarts, wanneer er verschijnselen zijn waarbij AI niet uitgesloten kan worden, kosteloos monsters insturen voor AI-uitsluitingsdiagnostiek.

Deze uitbraak kwam aan het licht nadat in de reguliere monitoring van dit bedrijf antistoffen werden gevonden op Influenza. De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) heeft daarop op het bedrijf bezocht en officiële monsters genomen. Deze monsters hebben bevestigd dat de dieren op het bedrijf besmet waren met AI H5. De klinische verschijnselen van de kalkoenen wezen op een laag pathogene variant, dit is op 19 maart 2012 bevestigd door het Centraal veterinair Instituut.

De Europese Commissie, OIE, andere lidstaten en relevante handelspartners zijn geïnformeerd over de besmetting en de genomen maatregelen.

Maatregelen op het besmette bedrijf

LPAI is bestrijdingsplichtig. Alle 44 500 dieren op het bedrijf zijn getaxeerd en op 18 en 19 maart 2012 geruimd. Bij de ruiming waren er technische problemen met de apparatuur van de vergassingsinstallatie. Dit leidde ertoe dat de vergassing van de dieren minder snel verliep dan gebruikelijk. Het betrokken bedrijf dat de vergassing verzorgt is hier op aangesproken. Dit voorval is zeer te betreuren want een ruiming van dieren is voor de pluimveehouder altijd een emotionele gebeurtenis en dit hoort zorgvuldig te gebeuren. Deze ruimingprocedure zal daarom streng geëvalueerd worden.

De pluimveehouder van het besmette bedrijf heeft nog een kalkoenbedrijf op een andere locatie en dit bedrijf is onderzocht door de NVWA. Dit bedrijf was negatief voor het LPAI-virus.

Instellen van beperkingsgebied

Bij een besmetting met LPAI H5 moet minimaal een beperkingsgebied van één kilometer ingesteld worden rondom het besmette bedrijf. Gezien de hoge pluimveedichtheid in deze regio heb ik echter, in overleg met veterinair deskundigen, besloten verder te gaan dan de Europese minimumvoorschriften en heb ik een beperkingsgebied van drie kilometer ingesteld. Binnen dit beperkingsgebied zijn maatregelen van kracht geworden.

In het beperkingsgebied bevinden zich nog 24 andere pluimveebedrijven. Deze bedrijven zullen door de NVWA bezocht worden en er worden monsters van het aanwezige pluimvee genomen. Dit om te controleren of het virus zich niet verder heeft verspreid. Ook bedrijven die in de afgelopen tijd risicovol contact hebben gehad met het besmette pluimveebedrijf worden onderzocht.

Maatregelen in het beperkingsgebied

Elk vervoer van pluimvee en andere gehouden vogels in het beperkingsgebied is verboden. Voor bedrijven waar commercieel pluimvee wordt gehouden is de aan- en afvoer van eieren, gedomesticeerde zoogdieren (huisdieren uitgezonderd), gebruikt strooisel en mest verboden.

Alle bedrijven waar pluimvee aanwezig is moeten extra bioveiligheidsmaatregelen nemen waaronder een afschermplicht voor het pluimvee. Daarnaast is voor bedrijven met commercieel pluimvee de bezoekersregeling van kracht.

Jaarbeurzen, markten, tentoonstellingen en andere evenementen waarbij pluimvee of andere in gevangenschap levende vogels bijeengebracht worden zijn verboden in het beperkingsgebied.

Bovengenoemde vervoersverboden gelden niet voor de snelweg A2, die het gebied doorkruist, op voorwaarde dat geen halt wordt gehouden om te laden of lossen.

Het vervoersverbod gaat daarnaast vergezeld van een mogelijkheid tot ontheffing voor die transporten waarvoor geen veterinaire risico's bestaan, zodat eventuele welzijnsproblemen of bedrijfseconomische schades als gevolg van de beperkingen zoveel mogelijk worden voorkomen. Aan de ontheffingsmogelijkheid kunnen voorwaarden worden verbonden.

Voor het hobbymatig gehouden pluimvee geldt de afschermplicht niet. Deze dieren worden niet gezien als risico voor de verspreiding van het virus naar commerciële pluimveebedrijven. Wel wordt geadviseerd om het hobbymatig gehouden pluimvee, daar waar het kan af te schermen en wanneer dieren verschijnselen vertonen dan moeten deze gemeld worden bij de NVWA.

De lokale autoriteiten (burgemeester en via deze de politie) zijn zaterdagavond 17 maart 2012 voor het ingaan van de maatregelen geïnformeerd over de situatie en de te nemen maatregelen in het gebied. De grenzen van het gebied zijn door de NVWA gemarkeerd door middel van informatieborden op de openbare wegen. Het toezicht op en de handhaving van de maatregelen wordt uitgevoerd door de NVWA. Dit betekent dat er dag en nacht teams in het gebied controleren op onder andere de vervoersverboden en de afschermplicht.

Vervolg

Afhankelijk van de resultaten van de screening van de pluimveebedrijven in het beperkingsgebied en van de contactbedrijven kan besloten worden de maatregelen te intensiveren of extensiveren. Wanneer de uitbraak zich beperkt tot dit bedrijf en zich dus niet uitbreidt kan het beperkingsgebied eerst verkleind worden tot 1 km en over drie weken weer opgeheven worden. Wanneer er meer besmette bedrijven bij komen zal het beperkingsgebied aangepast worden en zullen de maatregelen langer aanhouden.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker

Naar boven