28 684 Naar een veiliger samenleving

Nr. 340 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 maart 2012

Hierbij informeer ik u over de voortgang op het traject dat is ingezet om te komen tot professionalisering en ordening van gemeentelijk toezicht en handhaving in de openbare ruimte. Met deze brief geef ik navolging aan mijn toezegging tijdens het AO over straattoezicht en handhaving in de openbare ruimte op 8 september jl. (Kamerstuk 32 459, nr. 11).

Toezicht en handhaving in de openbare ruimte

Gemeenten voeren de regie over het lokale veiligheidsbeleid. De inzet van toezicht en handhaving is daarbij een belangrijk instrument. Gemeentelijke boa’s kunnen in de openbare ruimte optreden tegen verschillende overtredingen en vormen van overlast (boa’s in domein I Openbare ruimte) en bepaalde milieuovertredingen (boa’s in domein II Milieu, Welzijn en Infrastructuur). Met hun specialistische taken hebben zij een eigenstandige rol naast de politie. Daarom is het van belang hun bevoegdheden uit te breiden, o.a. door de introductie van de boa voor winkelgebieden, hun herkenbaarheid te vergroten en de bekwaamheidseisen aan te scherpen.

Meer opsporingsbevoegdheden

Boa winkelgebieden

Om de afhandeling van winkeldiefstal bij heterdaad te versnellen en toezicht en handhaving in winkelgebieden te vergroten, ben ik voornemens gemeenten de mogelijkheid te geven een boa voor winkelgebieden («winkelboa») in te zetten. Dit is:

  • een buitengewoon opsporingsambtenaar in domein I Openbare ruimte;

  • met de nieuwe bevoegdheid om op basis van artikel 142 Strafvordering op te treden bij eenvoudige winkeldiefstal zonder geweld;

  • en daarbij bepaalde handelingen van de politie over te nemen, zoals opnemen van aangifte, horen van getuigen en opmaken van proces verbaal van bevindingen, fouilleren, en vervoeren naar het politiebureau alwaar de zaak wordt overgedragen aan de hulpofficier van Justitie.

Zo wordt de winkelier ontlast en de handhavingscapaciteit vergroot. Daarnaast kan deze winkelboa handhaven op alle andere feiten binnen het domein Openbare ruimte en kan hij/zij dus in bredere zin bijdragen aan het vergroten van de leefbaarheid en veiligheid in het winkelgebied. Aanvullend hierop wordt bekeken of de regelgeving met betrekking tot het dragen van handboeien door particuliere beveiligers (in winkels) moet worden versoepeld.

Om goed zicht te krijgen op de effectiviteit van de winkelboa, wordt deze in een vijftal gemeenten geïntroduceerd en gemonitord gedurende een proefperiode van een half jaar. Via de VNG hebben Vlaardingen, Haarlemmermeer en Den Bosch aangegeven deel te willen nemen. Daarnaast hebben Zaltbommel en Rotterdam zich aangemeld. Met de betrokken partners vindt afstemming plaats over de daarvoor benodigde randvoorwaarden.

Aanvulling bevoegdheden domein Openbare ruimte

In de gemeenten die met de boa in winkelgebieden gaan werken, zullen ook proeven worden gedaan met een uitbreiding van het domein Openbare Ruimte met een aantal bevoegdheden uit domein II, zoals het storten van bedrijfsafvalstoffen in de openbare ruimte, het aanpakken van zwerfvuil binnen vijfentwintig meter van een horeca-inrichting en preventieve maatregelen om vervuiling van het oppervlaktewater tegen te gaan.

Beter herkenbaar

Het uniform van boa’s verschilt niet alleen per domein, maar in de meeste gevallen ook per werkgever. Dit kan tot verwarring leiden over bevoegdheden, en ondermijnt het gezag en de uitstraling van de boa.

Om dit tegen te gaan, zet ik in op de ontwikkeling van één uniform voor de boa’s die werkzaam zijn in de openbare ruimte. Samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), politie, Openbaar Ministerie en de beroepsorganisatie voor boa’s (Beboa) onderzoek ik of de invoering van één landelijk uniform voor alle gemeentelijke boa’s in de openbare ruimte haalbaar is, óf dat toegewerkt moet worden naar uitsluitingscriteria. Ook zal hierbij gekeken worden naar een reële invoeringstermijn en naar de kosteneffecten. In juni dit jaar zijn de resultaten beschikbaar.

Om de bekendheid van burgers met de rol en taken van boa’s te verbeteren is ook voorlichting nodig. Samen met de VNG en het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) wordt voorlichtingsmateriaal ontwikkeld waarmee gemeenten burgers hierover kunnen informeren.

Beter opgeleid

Ik acht het van belang dat wordt gekomen tot een uniforme kwaliteitsverbetering van boa’s. Daarom ga ik de eisen aan de examinering van boa’s aanscherpen. Zo komen er nog dit jaar basis bekwaamheidseisen op het terrein van gesprekstechniek en conflicthantering en aanvullende bekwaamheidseisen voor de boa’s in het domein openbare ruimte. Daarnaast wil ik dat boa’s ter ondersteuning van hun functievervulling op permanente basis worden (bij)geschoold. Beoogd wordt de examinering van deze eisen onder te brengen bij de Stichting Examinering Toezicht en Handhaving (Stichting ExTH).

Evaluatie boa-bestel

Als de resultaten van de proeven bekend zijn en de andere actiepunten in deze brief hun beslag hebben gekregen, zal de huidige domeinindeling in breder verband worden geëvalueerd. De evaluatie zou oorspronkelijk in de loop van 2013 starten. Ik haal deze echter naar voren naar eind 2012.

De minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

Naar boven