Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 mei 2023
Met deze brief ontvangt u het door mij op 15 februari 2022 aan u toegezegde tweede
deel van het rapport: «Onderzoeksrapport ladingresiduen: Resultaten preventief toezicht
op het voorkomen van lozingen van ladingresiduen.»
Dit onderzoeksrapport betreft het tweede deel van een tweedelig onderzoek naar mogelijke
lozingen van ladingresiduen vanaf zeeschepen die Tata Steel als bestemming hadden.
Het tweede deelrapport doet verslag van bevindingen van de intensivering van het dronetoezicht
bij schepen die bij Tata Steel hebben gelost.
Het eerste deelonderzoek is in juni vorig jaar gepubliceerd1. Daarin is onderzocht in hoeverre er sprake was van structurele lozingen van ladingsresiduen
op de Noordzee en in de haven. De inspectieresultaten, van verschillende toezichthouders,
gaven geen aanwijzingen voor structurele lozingen van ladingsresiduen door schepen
die bij Tata Steel hebben gelost.
De intensivering van het drone-toezicht, zo blijkt uit het tweede deelonderzoek, heeft
niet geleid tot een toename van constateringen van lozingen van ladingresiduen. Een
aannemelijke verklaring daarvoor is de aanpassingen in de procedures bij Tata Steel
en de vertrekcontroles van het Havenbedrijf Amsterdam. Uit de cijfers blijkt dat de
vertrekcontroles en de aangepaste procedures nuttig zijn om een schip schoon te laten
vertrekken. Een schoon en opgeruimd dek verkleint de kans op bewuste of onbewuste
lozing van ladingresiduen.
Het drone-toezicht in de haven bij Tata Steel is op basis van de bevindingen in frequentie
verlaagd. De capaciteit wordt ingezet om het toezicht te verbreden naar andere havens.
Dit is onderdeel van het regulier toezicht.
Vertrouwende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd,
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen