27 925
Bestrijding internationaal terrorisme

nr. 195
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 december 2005

Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister van Defensie en de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, de reactie aan op uw verzoek van 23 december 2005 met kenmerk 05-Buza-B-115.

Met de brieven kamerstuk 27 925, nr. 193 en kamerstuk 27 925, nr. 194, d.d. 22 december jl., geven wij uitvoering aan het besluit van de regering het parlement op de voet van art. 100 Grondwet te informeren over de voorgenomen Nederlandse bijdrage aan ISAF in Zuid-Afghanistan. Art. 100 Grondwet verplicht de regering tot het verstrekken van inlichtingen «over de inzet of het ter beschikking stellen van de Krijgsmacht ter handhaving of bevordering van de internationale rechtsorde». Met het zenden van deze art. 100-brief maakt de regering duidelijk dat zij de intentie heeft aan deze operatie deel te nemen.

In de brief kamerstuk 27 925, nr. 194, d.d. 22 december jl. heeft de regering uitdrukking willen geven aan de gegroeide praktijk dat de regering, gehoord het overleg met uw Kamer, steeds een eigenstandige afweging maakt of de voorgenomen bijdrage zal worden geëffectueerd dan wel of wijzigingen daarvan nodig zijn.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. Bot