Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 januari 2021
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit, houdende regels ter uitvoering van de Alcoholwet
(Alcoholwet)1. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerpnota van toelichting2.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
(artikel 44b, tweede lid, van de huidige Drank- en Horecawet en artikel 20a, vijfde
lid, van de Alcoholwet (nieuw)) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken
over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State
zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging
van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit
niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal
is overgelegd.
De voorhangtermijn zal aflopen op 26 februari 2021. Hiermee wordt afgeweken van het
uitgangspunt, neergelegd in nr 2.38, eerste lid, van de Aanwijzingen voor de regelgeving,
dat ten minste drievierde deel van de voorhangtermijn buiten het reces van de Kamer
valt. Deze bepaling kan niet in acht worden genomen vanwege de gewenste inwerkingtreding
van het ontwerpbesluit met ingang van 1 juli 2021 en het streven naar tijdige bekendmaking
van de nieuwe regels voor de bedrijven en medeoverheden waarvoor deze regelgeving
relevant is, conform nr 4.17, vijfde lid, van de Aanwijzingen voor de regelgeving.
Een vergelijkbare brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis