27 017
Homo-emancipatiebeleid

nr. 66
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 februari 2010

In het Algemeen Overleg over homo-emancipatiebeleid van de Vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 10 december jl., (27 017, nr. 65) zijn enkele toezeggingen gedaan waarvan ik u in deze brief de stand van zaken geef. Daarnaast informeer ik u over de uitvoering van de moties die door de Kamer zijn aanvaard, naar aanleiding van het VAO emancipatiebeleid en VAO homo-emancipatiebeleid van 17 december jl.

Motie Pechtold/Van der Ham over steunen van het Masterplan Roze 50+, kenmerk 27 017, nr. 60.

Deze motie is overgedragen aan de coördinerend bewindspersoon voor het ouderenbeleid, de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Op uw verzoek heb ik de staatssecretaris ook gevraagd u te informeren over de uitvoering van motie Van Miltenburg c.s. inzake de Roze Loper, kenmerk 31 700 XVI, nr. 46 (ingediend 5 november 2008).

De staatssecretaris zal u vóór het zomerreces informeren over de uitvoering van de moties, in de Voortgangsrapportage homo-emancipatiebeleid.

Motie Pechtold c.s. over aandacht in het onderwijs voor seksualiteit en seksuele diversiteit, kenmerk 27 017, nr. 59.

Ik zal samen met de staatssecretarissen van OCW uitvoering geven aan uw motie en de kerndoelen expliciteren voor wat betreft de aspecten seksuele weerbaarheid en seksuele diversiteit.

De Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) zal worden gevraagd vanuit de invalshoek van burgerschap een tekstvoorstel te doen voor een dergelijke explicitering van een bestaand kerndoel in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Op basis van het voorstel van de SLO zullen de staatssecretarissen van Onderwijs een algemene maatregel van bestuur opstellen die tot doel heeft deze explicitering wettelijk te verankeren. Deze algemene maatregel van bestuur zal bij het parlement worden voorgehangen. De verplichting om de kerndoelen uit te werken in het onderwijsprogramma maakt onderdeel uit van de wettelijke opdracht aan de scholen voor po en vo. De inspectie ziet toe op de naleving door scholen van die wettelijke opdracht. In de Voortgangsrapportage homo-emancipatiebeleid zal ik u mede namens de staatssecretarissen van Onderwijs informeren over het tekstvoorstel van de SLO, de stand van zaken en de verdere planning. Deze rapportage zal u naar verwachting vóór het komende zomerreces worden aangeboden.

Motie Jasper van Dijk over in gesprek gaan met schoolbesturen, kenmerk 27 017, nr. 62.

Ik ben over dit onderwerp in gesprek met de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs (VGS). Verder overweeg ik de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) advies te vragen over dergelijke verklaringen die door scholen aan personeel en/of leerlingen worden voorgelegd. De VGS onderhoudt ook zelf contacten met de CGB. Over de uitvoering van de motie zal ik u, mede namens de staatssecretarissen van Onderwijs, in dezelfde Voortgangsrapportage homo-emancipatiebeleid informeren.

Motie Bouchtibi en Van Gent over gezinsvriendelijk werkgeverschap van de overheid, kenmerk 30 420, nr. 149.

De motie is ter behandeling overgedragen aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De minister zal u nader informeren over de uitvoering van de motie.

Tijdens het Algemeen Overleg Homo-emancipatiebeleid van 10 december jongstleden heb ik nog een aantal toezeggingen gedaan. Hieronder informeer ik u over de stand van zaken.

Toezegging 1: Zo heb ik in het AO toegezegd bereid te zijn tot een gesprek met de ouderenbonden over homo-emancipatie.

Kort na het AO Homo-emancipatie heb ik van de ouderenbond ANBO een brief ontvangen met het bericht dat deze wederom de Protestants Christelijke Ouderen Bond (PCOB) en de Unie KBO zal uitnodigen voor een overleg over het bevorderen van de sociale acceptatie van oudere homoseksuelen. Ik wil eerst de uitkomsten van die nieuwe poging van de ANBO afwachten.

Ik zal u in de genoemde Voortgangsrapportage homo-emancipatiebeleid nader informeren. Deze wordt u naar verwachting voor het zomerreces aangeboden.

Toezegging 2: Ik heb toegezegd de verantwoordelijke bewindslieden van VWS te vragen om u nader te informeren over het bloeddonatiebeleid n.a.v. nieuwe inzichten in Zweden en over de maatschappelijke opvangcapaciteit voor (allochtone) homoseksuelen in de vier grote steden.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zal u, mede namens de staatssecretaris van VWS, vóór het zomerreces 2010 in de Voortgangsrapportage nader informeren.

Toezegging 3: Naar aanleiding van de brief van de minister van Justitie met daarin de Kabinetsreactie op het rapport «Geweld tegen homoseksuele mannen en lesbische vrouwen, van 8 december 2009, met kenmerk 20 017, nr. 58, wenst u nader geïnformeerd te worden over drie onderwerpen: de landelijke uitrol van de «hatecrime» pilots, verbetering van de opname van aangiften homofoob geweld door de politie en landelijke gegevens over daders van antihomoseksueel geweld.

Genoemde brief zal in het Algemeen Overleg van 17 februari a.s. besproken worden.

Ik heb uw verzoek overgebracht aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De minister zal u vóór genoemd Algemeen Overleg nader informeren.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R. H.A. Plasterk