26 488
Behoeftestelling vervanging F-16

nr. 96
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2008

De heer Pechtold (D66) heeft tijdens de regeling van werkzaamheden van 1 juli jl. verzocht om enige aanvullingen op mijn brief van 27 juni jl. over de kandidatenvergelijking in het kader van de vervanging van de F-16. Naar aanleiding van zijn verzoek de alternatieve kandidaten serieus in de gelegenheid te stellen de gevraagde gegevens te verschaffen, kan ik mededelen dat alle fabrikanten dezelfde termijn wordt gegund om hun gegevens aan te leveren. Deze termijn bedraagt ruim 60 dagen, wat niet ongebruikelijk is voor procedures als deze. De termijn hangt bovendien samen met de gedachtewisseling met de Kamer over de geactualiseerde kandidatenvergelijking die conform de planning dit najaar is voorzien. Naar aanleiding van een initiële, negatieve reactie hoop ik binnenkort de fabrikanten van de Eurofighter en de Rafale te bezoeken en hen te overtuigen van het belang van een geactualiseerde bijdrage aan de vergelijking.

Eerder had ik al toegezegd dat ik dit najaar de voors en tegens van een end-life update van de F-16 nog eens zal beargumenteren. Ik zal daarbij ook ingaan op ontwikkelingen in andere landen. Wat de vergelijking zelf betreft heb ik in de brief van 27 juni uiteengezet waarom het niet zinvol is de F-18 Super Hornet opnieuw in beschouwing te nemen nadat het toestel al in 2002 als kandidaat is afgevallen. In dit licht zou een hernieuwde introductie van de F-18 afbreuk doen aan de geloofwaardigheid van de vergelijking als geheel, zeker ook in de ogen van kandidaten zoals Eurofighter en Rafale. RAND Europe, ten slotte, zal inderdaad als onafhankelijke buitenstaander volwaardig in het onderzoek participeren.

De staatssecretaris van Defensie,

J. G. de Vries