26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)

Nr. 599 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 december 2017

Hierbij ontvangt u de vierde monitor artsencapaciteit waarmee ik u informeer over het tekort aan verzekeringsartsen bij UWV, de gevolgen voor de sociaal-medische dienstverlening en op welke manier ik tot oplossingen voor dit tekort kom.

Fundamentele keuzes maken

In het najaar van 2015 is mijn ambtsvoorganger samen met UWV gestart met het zoeken naar oplossingen om binnen de bestaande kaders de achterstanden terug te dringen. UWV heeft de afgelopen twee jaar met veel inzet gewerkt aan het realiseren van deze oplossingen. Zo is een deel van de artsen gaan werken met taakdelegatie, is de begeleiding van artsen in opleiding efficiënter ingericht, zijn waar dat kon artsen ingehuurd en basisartsen in dienst genomen en is in 2017 circa éénderde van de artsen in dienst bij UWV in opleiding. Deze maatregelen hebben helaas niet geleid tot de wenselijke en noodzakelijke uitbreiding van de capaciteit. Wel heeft het ertoe geleid dat UWV heeft kunnen voldoen aan de vervangingsvraag wegens het verloop van verzekeringsartsen, bijvoorbeeld door pensionering. Het feit dat ondanks de inspanningen van UWV de capaciteit voor het doen van sociaal-medische beoordelingen niet groeit, bevestigt voor mij het beeld dat er geen gemakkelijke oplossingen zijn voor dit probleem.

Dat blijkt ook uit de cijfers over het afgelopen tertaal en een vooruitblik naar 2018 en 2019 die u verderop in deze brief vindt. Deze cijfers stemmen niet positief. De achterstand in de sociaal-medische beoordelingen is nog steeds fors. Bovendien is er geen capaciteit om bij ongewijzigd beleid de achterstand in de komende jaren weg te werken. UWV sluit niet uit dat de achterstand nog verder oploopt. Daarnaast zijn in het Regeerakkoord maatregelen aangekondigd die vanaf 2019 beslag leggen op de capaciteit van artsen bij UWV; de mate waarin hangt af van de verdere uitwerking van deze maatregelen. Dit betekent dat binnen afzienbare termijn fundamentele keuzes gemaakt moeten worden, wil UWV zijn taken waar artsen aan te pas komen toekomstvast kunnen uitvoeren.

Die keuzes wil ik maken nadat vakspecialisten mij hierover geadviseerd hebben.

UWV heeft, in overleg met mijn departement, op 14 november 2017 de expertgroep «Gerichte inzet van verzekeringsarts» in het leven geroepen. Deze expertgroep bestaat uit een externe voorzitter en vertegenwoordiging van de vak- en beroepsgroep van verzekeringsartsen en bedrijfsartsen (NVVG, NOVAG, NVAB), de wetenschap (VUmc, AMC) en UWV. Het Ministerie van SZW is waarnemer. De expertgroep heeft als opdracht om binnen en buiten de wettelijke kaders te kijken naar de vraag hoe de verzekeringsarts gerichter kan worden ingezet in de dienstverlening van UWV. De werkgroep rapporteert uiterlijk in maart 2018 aan de Raad van Bestuur van UWV. Oplossingsrichtingen voor het tekort aan verzekeringsartsen waarvan UWV en ik vaststellen dat die op korte termijn geëffectueerd kunnen worden, zal UWV direct implementeren. Een aantal oplossingen zal wellicht pas op (middel)lange termijn geïmplementeerd kunnen worden of een verdere verdiepingsslag vergen. Uiterlijk voor de zomer van 2018 zal ik u hierover nader informeren.

Terugblik

Hieronder treft u de realisatie van sociaal-medische beoordelingen tot en met augustus 2017.

Tabel 1: Sociaal-medische beoordelingen januari t/m augustus 2017

Soort beoordeling

Begroot jan t/m aug 2017

Realisatie jan t/m aug 2017

Achterstand ultimo 2016

Achterstand eind april 2017

Achterstand eind augustus 2017

Claim

57.467

56.074

1.844

2.188

2.151

Ziektewet

31.067

26.705

4.814

5.630

3.750

IAW

25.867

31.173

0

0

0

Herbeoordelingen

29.800

25.994

4.033

3.941

7.323

Totaal

144.201

139.946

10.691

11.579

13.224

Uit deze tabel blijkt dat de achterstanden op de herbeoordelingen en de totale achterstand toeneemt. De achterstand op de claimbeoordeling stabiliseert. Deze bewegingen ontstaan door het volgen van de eerder gekozen prioritering: claimbeoordelingen en de afronding van de herindeling Wajong (IAW), dan de Ziektewet en tot slot herbeoordelingen. Bij de eerstejaarsziektewetbeoordelingen (EZWb) neemt de achterstand af. Dit komt mede door het toepassen van een screenings-werkwijze op de achterstand. UWV blijft deze werkwijze daarom toepassen op de achterstand, zoals in de vorige monitor gemeld.

Vooruitblik

In tabel 2 (bijlage) treft u de raming van de benodigde en beschikbare capaciteit bij de verzekeringsartsen van UWV voor de jaren 2017, 2018 en 2019.

Het beeld van de beschikbare artsencapaciteit voor 2017 is ten opzichte van de vorige monitor verslechterd. UWV verwacht over 2017 circa 15 fte aan artsen minder in dienst te kunnen hebben dan het voorzag bij de vorige monitor. Voornaamste reden is dat de basisartsen (ANIOS) hun baan bij UWV verlaten voor een opleiding of betrekking in de curatieve zorg.

Als gevolg van de gekozen prioritering en het tekort aan artsencapaciteit verwacht UWV dat de achterstand in de beoordelingen eind 2017 is opgelopen tot circa 15.000 tot 17.000. Dit staat gelijk aan een jaar werk voor circa 40 à 50 voltijd artsen. Gezien de raming van de benodigde en beschikbare capaciteit voor de jaren 2018 en 2019 is er geen ruimte om deze achterstand in de eerstvolgende jaren in te lopen. Bovendien heeft UWV mij aangegeven dat het niet uitsluit dat de achterstand verder oploopt.

Samen met UWV wil ik nog eens goed kijken naar de definities van werkvoorraad en achterstand in de herbeoordelingen zodat er een gedeeld en actueel beeld bestaat van de omvang van de opdracht waar het UWV voor staat. Een aanpassing van de definities zal in beginsel niet leiden tot een toename van de hoeveelheid werk voor UWV, maar zal waarschijnlijk wel leiden tot een toename van de dossiers die tot de voorraad en achterstand gerekend kunnen worden.

Audit registratie herbeoordelingen

Zoals in de vorige monitor artsencapaciteit reeds is aangegeven, heeft UWV tijdens het opschonen van de bestanden geconstateerd dat voor een groep klanten ten onrechte geen herbeoordeling was ingepland. Naar aanleiding hiervan heeft UWV zijn auditdienst gevraagd om de sluitendheid van de registratie van herbeoordelingen te onderzoeken. Het object van onderzoek is de wijze waarop UWV het registratieproces van herbeoordelingen, inclusief de kwaliteitsborgende maatregelen, heeft ingeregeld en uitvoert.

Uit de analyse van de auditdienst blijkt dat de bestaande registraties van herbeoordelingen in de verschillende systemen binnen UWV niet op elkaar aansluiten en er onvoldoende controle is op de registratie van aangevraagde en afgehandelde herbeoordelingen.

De betrokken divisies hebben een plan van aanpak sluitende registratie WIA-herbeoordelingen opgesteld en besproken met de Raad van Bestuur van UWV. In dit plan van aanpak worden concrete afspraken en maatregelen genoemd die aansluiten op de aanbevelingen van de auditdienst. Er is uitgeschreven hoe proces, systeem en besturingsafspraken op elkaar moeten aansluiten en hoe periodieke controles gaan plaatsvinden. Daarnaast gaan herstelacties lopen op de door de auditdienst geconstateerde signalen. Op basis van de geconstateerde verschillen schat de auditdienst in dat circa 2.000 (met een maximum van 4.600) herbeoordelingen nog moeten worden opgenomen in de voorraad.

In het tweede kwartaal van 2018 gaat de auditdienst een vervolgonderzoek verrichten om na te gaan of de gemaakte afspraken en getroffen maatregelen hebben geleid tot een verbetering in de sluitendheid van de registratie.

De Raad van Bestuur van UWV is van mening dat met genoemd plan de nodige maatregelen worden getroffen om de sluitendheid van de registratie in de nabije toekomst te verbeteren. Na afronding van het vervolgonderzoek van de auditdienst van UWV, dat start in het tweede kwartaal van 2018, informeer ik u over de uitkomsten.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Bijlage bij Vierde monitor artsencapaciteit UWV

Tabel 2: Raming gemiddelde capaciteit in FTE exclusief achterstanden

Benodigde capaciteit

Schatting 2017 3e monitor

Schatting 2017 4e monitor

2018

2019

Claim

305

305

299

312

Ziektewet

302

302

293

303

IAW

34

34

19

2

Herbeoordelingen

85

85

95

89

Totaal benodigd

726

726

706

706

Beschikbare capaciteit

Schatting 2017 3e monitor

Schatting 2017 4e monitor

2018

2019

Voorkeurscapaciteit

       

Verzekeringsartsen

590

562

563

581

AIOS en ANIOS

       

Aanvullende capaciteit

       

Extra inhuur ANIOS

       

Externe verzekeringsartsen

135

148

148

130

Doorwerken na pensioen

       

Overwerk

       

Totaal circa beschikbaar

725

710

711

711

Noties bij tabel 2: Deze cijfers betreffen een globaal beeld in gemiddelden over een jaar bezien; een afwijking tot 10 fte is mogelijk. Het verlies aan capaciteit wegens opleiding en begeleiding van verzekeringsartsen in opleiding is in deze cijfers verdisconteerd, evenals de hogere productie doordat artsen werken met taakdelegatie.

Naar boven