25 834 Problematiek rondom asbest

Nr. 68 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2011

Naar aanleiding van een Algemeen Overleg d.d. 7 april 2011 (kamerstuk 25 834, nr. 66) is een motie van de leden Van der Werf en Koşer Kaya (Handelingen II 2010/11, nr. 77, item 3, blz. 3–8) aangenomen. In deze motie wordt aan de regering gevraagd afspraken met de (brancheverenigingen van) verhuurders te maken om hun huurders te informeren als zij kennis hebben van de aanwezigheid van asbest, nog voordat de situatie onveilig wordt.

Daarnaast heeft Uw Kamer mij bij brief van 21 maart 2011 verzocht om de uitkomsten van het overleg met AEDES over asbest (over o.a. de zorgplicht van woningcorporaties en het door AEDES opgestelde protocol asbestverwijdering) zo spoedig mogelijk naar de Kamer te zenden. In een bestuurlijk overleg met AEDES heb ik aandacht gevraagd bij het bestuur van AEDES voor asbest in corporatie-woningen en de zorgplicht van de woningcorporaties in deze.

AEDES werkt in overleg met het ministerie van Infrastructuur en Milieu aan de uitwerking van de motie en heeft daarnaast al een aantal acties in gang gezet, welke bijdragen aan betere informatie bij de woningcorporaties die hiermee betere voorlichting aan huurders van hun woningen met betrekking tot asbest kunnen geven.

Over de verdere uitvoering van bovengenoemde motie wordt u nog nader door mijn ambtgenoot, de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, geïnformeerd.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner

Naar boven