24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 654 HERDRUK1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juni 2016

Met deze brief bied ik u het advies van het Bureau ICT-Toetsing (BIT) over het project Zelfbediening Justitiabelen (ZBJ) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) aan2. Deze brief geeft de bevindingen en aanbevelingen van het BIT weer en mijn reactie hierop. Allereerst wordt een korte toelichting gegeven op het project ZBJ.

Project Zelfbediening Justitiabelen

Het project ZBJ richt zich op het DJI-breed beschikbaar stellen van ICT-functies aan justitiabelen. Met deze voorziening kunnen bijvoorbeeld winkelbestellingen, (gecontroleerde) internettoegang, rekening-courant, strafdossier op cel en bezoekplanning door justitiabelen zelf worden geregeld – met inachtneming van de veiligheidsprocedures. Met het project ZBJ wordt invulling gegeven aan het voornemen om de zelfredzaamheid van gedetineerden te bevorderen en een veilige en succesvolle terugkeer in de samenleving te vereenvoudigen. Daarnaast biedt ZBJ nieuwe mogelijkheden voor de inzet van het personeel van DJI omdat de administratieve lasten worden verlaagd. Er ontstaat meer tijd voor de twee hoofdtaken: beveiliging en bejegening van de justitiabelen.

Uw Kamer is reeds op verschillende momenten geïnformeerd over het feit dat ingezet zal worden op het vergroten van de zelfredzaamheid van gedetineerden, onder andere door gebruik te maken van technische mogelijkheden en te investeren in ICT. In het Masterplan DJI 2013–2018 (Kamerstuk 24 587, nr. 490) is dit voornemen aangekondigd. Daarbij is de invoering van ZBJ een randvoorwaarde voor de realisatie van de in het Masterplan opgenomen bezuinigingen.3 Tijdens het Algemeen Overleg d.d. 29 januari 2014 is het onderwerp zelfredzaamheid aan de orde gekomen, alsook in de beantwoording van vragen van uw Kamer over penitentiaire bibliotheken en in de beleidsreactie op het rapport van de Inspectie van Veiligheid en Justitie over de risico’s bij de implementatie van het Masterplan DJI.4

De aanbevelingen van het BIT

Het BIT beschouwt het project ZBJ als een veelbelovend innovatief idee. De werking van de nieuwe toepassingen is volgens het BIT echter nog onvoldoende zeker. Het BIT adviseert om de grootschalige invoering van het zelfbedieningsconcept uit te stellen, en de werking eerst op kleinere schaal aan te tonen alvorens een business case en projectplan voor grootschalige inzet te ontwikkelen. Het BIT doet hiertoe twee aanbevelingen: toon de werking van het zelfbedieningsconcept aan; actualiseer na de pilots het projectplan en herijk de business case. Ik maak gebruik van het advies van het BIT en neem de aanbevelingen integraal over. Ik zet hiertoe de volgende maatregelen in.

Het BIT adviseert om de functionele en technische werking van de apps en de inzet daarvan in de organisatie eerst op kleine schaal aan te tonen. In de oorspronkelijke projectopzet waren drie pré-implementaties voorzien. Door de aanbevelingen van het BIT over te nemen, zullen de pre-implementaties worden omgezet in pilots. Voorafgaand aan de (grootschalige) uitrol zal eerst een onafhankelijke toets uitgevoerd worden (bijvoorbeeld een Gatewayreview) om te bepalen of de uitrol verantwoord en mogelijk is. Ook zal bij het aangaan van verplichtingen (bijvoorbeeld licenties) dit extra afwegingsmoment terugkomen. Daarnaast wordt in de projectopzet de afhankelijkheid van elke app met andere systemen of projecten gedetailleerd in kaart gebracht. Tevens zal gedurende de pilotfase een vorm van continue feedback (bijvoorbeeld met experts vanuit of namens de CIO-raad van het Ministerie van Veiligheid en Justitie) worden georganiseerd.

Het BIT geeft aan dat nog onvoldoende feiten beschikbaar zijn voor een solide business case en adviseert om de kosten en baten van de grootschalige uitrol van ZBJ na afronding van de pilots te valideren en daarop volgend de stapsgewijze uitrol expliciet uit te werken. Omdat het idee van een zelfbedieningsportaal voor justitiabelen thans nergens ter wereld operationeel is, is de huidige business case gebaseerd op aannames van experts. Dit is gegeven het ontbreken van ervaringscijfers de meest optimale grondslag voor de Business Case. De batenkant bevat, naast de in het Masterplan DJI opgenomen aan ZBJ-gerelateerde bezuinigingen, beperkte «harde» baten. De meeste baten zijn kwalitatief van aard: door ZBJ zal vanwege automatisering meer tijd beschikbaar zijn voor bejegening van de justitiabelen. Met name het beperkte inzicht in de realisatie van deze kwalitatieve baten heeft het BIT aanleiding gegeven tot het uitbrengen van het advies met betrekking tot het verbeteren van de business case.

Door in te gaan op de aanbevelingen van het BIT wordt sterker ingezet op een plateauplanning waarin de infrastructurele aanpassingen, opleidingen, de wijziging van de processen in de organisatie en de baten per inrichting terugkomen. De lessen uit de pilots zullen hier nadrukkelijk in worden verwerkt teneinde de huidige aannames op basis van expert opinies te onderbouwen met feiten uit de pilots. Hiermee maken we de business case van ZBJ evidence based. Daarbij geeft dit te praktijk gelegenheid aan ZBJ te wennen en de nieuwe werkwijze te adopteren.

Het gevolg van het inpassen van een tussenevaluatie met onafhankelijke toets is dat het project waarschijnlijk enkele maanden later afgerond zal worden en dat het benodigde projectbudget als gevolg daarvan licht zal stijgen.

Conclusie

In deze brief heb ik de aanbevelingen van het BIT ten aanzien van het project ZBJ en de wijze waarop deze aanbevelingen verwerkt zullen worden nader toegelicht. Ik ben van mening dat met de introductie van het zelfbedieningsconcept binnen de inrichtingen van DJI een belangrijke stap voorwaarts wordt gezet in de bevordering van de zelfredzaamheid van justitiabelen en het terugdringen van administratielasten ten gunste van de bejegeningstaken. Ik beschouw het advies van het BIT als een waardevolle bijdrage aan de inhoud en het proces van het project ZBJ. Evenals de uitkomsten van de ICT Haalbaarheidstoets van oktober 2014 en het CIO-oordeel ZBJ van november 2015, helpt het BIT-advies bij het verder verbeteren van dit project. Door de adviezen van het BIT integraal over te nemen wordt de kans vergroot de doelstellingen van dit veelbelovende project te behalen.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


X Noot
1

Herdruk i.v.m. verwijzing naar bijlage

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
3

Aanhangsel Handelingen II 2014/15, nr. 2724

X Noot
4

Kamerstuk 24 587, nrs. 535, 578, 628 en 637

Naar boven