24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 495 MOTIE VAN DE LEDEN KOOIMAN EN SCHOUW

Voorgesteld 2 april 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de vrijheid van meningsuiting een belangrijk grondrecht is dat niet onnodig ingeperkt zou moeten worden;

overwegende dat ook mensen die werkzaam zijn in het gevangeniswezen het recht hebben om hun mening in vrijheid te uiten;

constaterende dat in het gevangeniswezen sprake lijkt van een angst- en of afrekencultuur ten aanzien van mensen die protesteren tegen ontwikkelingen in het gevangeniswezen en mensen die contacten leggen met media of politiek;

verzoekt de regering, onomwonden uit te spreken dat de vrijheid van meningsuiting ook geldt voor personen die werkzaam zijn in het gevangeniswezen, deze vrijheid niet onnodig in te perken en hun ook toe te staan hun mening in (al dan niet landelijke) media te uiten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Kooiman

Schouw

Naar boven