24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 401 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 november 2010

Hierbij bied ik u het Inspectierapport doorlichting PI Arnhem, locatie De Berg, van de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) aan.1 De doorlichting vond plaats in april 2010. De Erfgoedinspectie (EGI) heeft tegelijkertijd het archiefbeheer van De Berg in ogenschouw genomen.

Ook in 2006 heeft de ISt deze locatie doorgelicht. Aanleiding om de PI (versneld) te inspecteren was een ernstig incident, namelijk ontvluchting door middel van gijzeling van een medewerker in december 2009.

Bevindingen ISt en EGI

Zowel de ISt als de EGI zijn kritisch over PI De Berg. Het algemene beeld van de ISt is dat sinds het vorige onderzoek uit 2006 een aantal zaken is aangepakt, maar dat de beoogde kanteling naar een op een andere leest geschoeide werkwijze bepaald niet soepel verloopt. Voor een deel lijkt de nieuwe werkwijze ook de rechten van gedetineerden aan te tasten.

Ten opzichte van 2006 is de meeste ontwikkeling waar te nemen op het aspect reïntegratie. Een betrokken team medewerkers screent de gedetineerden die nazorg behoeven en gaat er daadwerkelijk mee aan de slag, aldus de ISt.

De rechtspositie van de gedetineerden is volgens de ISt in De Berg – in theorie – overwegend tot volledig op orde. De praktijk laat echter zien dat de uitvoering van het huidige activiteitenprogramma tekortschiet. Continuering van het, ten tijde van de inspectie nog maar kort geïntroduceerde, activiteitenprogramma leidt naar het oordeel van de ISt tot een inperking van de daadwerkelijk te benutten mogelijkheden voor gedetineerden. De ISt is van mening dat de beoogde verbeteringen van het activiteitenprogramma er snel moeten komen met de nadruk op de activiteiten waarop gedetineerden recht hebben op basis van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw).

Mede naar aanleiding van twee recente security audits en een gijzeling is de aandacht voor het aspect maatschappijbeveiliging geïntensiveerd, aldus de ISt. Op de meeste criteria leidt dit tot verbeteringen, maar het is naar het oordeel van de ISt wel noodzakelijk om specifiek voor De Berg beleid vast te stellen en dit beleid (nog meer) structureel in te bedden. Op basis van de inmiddels getroffen maatregelen beschouwt de ISt de gijzeling overigens als een op zich staand incident en acht zij een nader onderzoek niet nodig.

Ten aanzien van de directe omgang met gedetineerden constateert de ISt dat er per afdeling verschillen zijn. Elke afdeling/ring heeft een eigen cultuur en werkwijze die niet gefundeerd is op een integrale inrichtingsbrede visie. De Inspectie is van mening dat er ten aanzien van dit aspect sinds het vorige rapport uit 2006 onvoldoende ontwikkeling is geweest.

De EGI is van oordeel dat het archiefbeheer bij PI De Berg niet op orde is. Door gebrek aan sturing en door het ontbreken van beheersregels en bestandsoverzichten, is de functie van de archiefbescheiden bij de verantwoording van de bedrijfsvoering, maar ook ten aanzien van de geheugen-, kennis- en erfgoedfunctie, kwetsbaar. Drie aandachtspunten noemt de Erfgoedinspectie in het bijzonder:

  • er is een kloof tussen «zender» en «ontvanger» in de communicatie tussen DJI en PI De Berg.

  • door de wijze van plaatsing van de papieren dossiers is in PI De Berg brandgevaar aanwezig.

  • door het in PI De Berg in één ruimte plaatsen van preciosa en dossiers bestaat het gevaar dat dossiers in handen komen van onbevoegden.

Beleidsreactie op de aanbevelingen

Ik neem de kritiek van beide inspecties zeer serieus. De PI heeft inmiddels een plan van aanpak opgesteld waarin per aanbeveling is uitgewerkt welke actie wordt ondernomen, wie daarvoor verantwoordelijk is en binnen welke termijn de actie dient te zijn afgerond. Hieronder ga ik nader in op de belangrijkste aanbevelingen.

Aanbevelingen Inspectie voor de Sanctietoepassing

De ISt beveelt aan het huidige activiteitenprogramma zodanig te organiseren dat gedetineerden ten minste die activiteiten krijgen aangeboden, waarop zij op grond van de Pbw recht hebben. Het dagprogramma is op onderdelen inmiddels bijgesteld, waarmee een aantal knelpunten opgelost is. Voor begin november 2010 wordt het dagprogramma geëvalueerd, waarbij met name wordt gekeken naar de mogelijkheden voor extra douchemomenten, de voor een goede bejegening beschikbare tijd en de netto beschikbare tijd voor de activiteiten.

Een aantal aanbevelingen wordt opgepakt in het kader van de implementatie van het Programma Modernisering gevangeniswezen (MGW). Dat geldt voor:

  • de standaardisatie van de inkomstenprocedure, waaronder de wijze van intake, screening en selectie van gedetineerden;

  • het ontwikkelen van een visie op bejegening;

  • de invoering van het mentoraat als onderdeel van het project vakmanschap;

  • de evaluatie van de werkzaamheden en positionering van de bij nazorg en reïntegratie betrokken medewerkers;

  • het verbeteren van de communicatie tussen de medewerkers in het kader van het werkoverleg van de executieve functionarissen, het multidisciplinair overleg (MDO) en het realiseren van een betere taakafstemming en meer integratie tussen penitentiair inrichtingswerkers en de beveiligingsfuncties.

Daarnaast beveelt de ISt aan te bezien in hoeverre de privacy van gedetineerden bij een beroep op zorg beter beschermd kan worden en de continuïteit van de beschikbaarheid van arts en psycholoog beter geborgd kan worden. De huidige werkwijze is conform het privacyprotocol; er wordt nagegaan welke verbeteringen kunnen worden doorgevoerd. Inmiddels is een extra psycholoog aangesteld en er is een samenwerkingsverband tot stand gekomen met de artsen in locatie Zuid waarmee de continuïteit beter gewaarborgd kan worden.

Voorts beveelt de ISt aan het drugsontmoedigingsbeleid uniform toe te passen en het effect daarvan te evalueren. De effectiviteit van de door de penitentiair inrichtingswerkers uit te voeren controles dienen te worden meegewogen, aldus de ISt, en waar nodig dienen alternatieven te worden overwogen.

Het drugsontmoedigingsbeleid in de inrichting is opgenomen in lokale instructies en in het straf- en maatregelenbeleid en is voor een ieder beschikbaar en inzichtelijk. Op het punt van de celinspecties is de werkinstructie in oktober 2010 geactualiseerd. In deze instructie is onder meer opgenomen dat de gedetineerde geïnformeerd dient te worden dat zijn cel is geïnspecteerd. De inrichting is voornemens twee keer per jaar een evaluatie van het drugsontmoedigingbeleid uit te laten voeren.

Aanbevelingen Erfgoedinspectie

Naar aanleiding van de aanbevelingen van de EGI zijn inmiddels personen aangewezen die verantwoordelijk zijn voor de sturing en uitvoering van de archieftaken. Er worden protocollen en werkinstructies opgesteld waarmee een adequate uitvoering van de regels wordt geborgd. Het huidige archief wordt geschoond conform de vigerende regelgeving. Er wordt een onderzoek ingesteld naar de mogelijkheden om, zoals de EGI aanbeveelt, de interne archiefruimte op alle punten te laten voldoen aan de Regeling bouw en inrichting archiefruimten wat betreft de opslag van blijvend te bewaren archief. In de inrichting zullen de archiefbestanden worden gescheiden van andere materialen zoals kantoorbenodigdheden etc. en in de daartoe geëigende ruimte opgeslagen worden.

De vestigingsdirecteur van de P.I. Arnhem, locatie De Berg, zal mij twee maal per jaar over de voortgang van de implementatie van de maatregelen berichten.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

F. Teeven


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven