Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2010
In de eindrapportage «herziening adviesstelsel»1 heb ik toegezegd uw Kamer jaarlijks te informeren over de ingestelde eenmalige en tijdelijke adviescolleges.
In de bijlage van deze brief informeer ik u over de (samenstelling van de) permanente, tijdelijke en eenmalige Kaderwet adviescolleges
van 2009 en de tijdelijke en eenmalige adviescolleges die op dit moment functioneren.2
De permanente adviescolleges zijn onderverdeeld in twee categorieën:
Ten opzichte van 20073 is het totale aantal Kaderwet adviescolleges gestegen van 31 naar 33. Het stelsel van adviescolleges bestond in 2009 uit
13 strategische, 13 technisch/specialistische, 4 tijdelijke en 3 eenmalige Kaderwet adviescolleges.
Enkele verschillen in aantallen ten opzichte van 2007 worden als volgt verklaard.
De adviescommissie voor vreemdelingenzaken (in 2009 ressorterend onder het ministerie van Justitie) is in het huidige overzicht
getypeerd als een permanent adviescollege met een technisch-specialistisch karakter, terwijl deze in 2007 als strategisch
adviescollege werd getypeerd. Bovendien is de commissie van advies inzake waterstaatswetgeving inmiddels als een permanent
adviescollege ingesteld waar het eerder op basis van een tijdelijk instellingsbesluit heeft gefunctioneerd.
In de Kaderwet adviescolleges4 is vastgelegd dat bij de benoeming van leden en voorzitters van adviescolleges wordt gestreefd naar: «een evenredige deelneming
van vrouwen en personen behorende tot een etnische of culturele minderheidsgroep.» Het totaalbeeld van de samenstelling van
adviescolleges ziet er als volgt uit. De participatie van vrouwen in Kaderwet adviescolleges is 33%5, de participatie van allochtonen is 6%. Dit percentage is berekend over de beschikbare gegevens: omdat het aandeel allochtonen
niet van alle Kaderwet adviescolleges bekend is, kan dit participatiecijfer een licht vertekend beeld geven.
Ik zal in de evaluatie van de Kaderwet adviescolleges aandacht besteden aan de ontwikkeling van het stelsel van adviescolleges
en de samenstelling daarvan. Het verslag van de derde evaluatie van de Kaderwet zend ik u medio 2011.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J. P. H. Donner