Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 november 2020
Per brief van 29 november 2019 (Kamerstuk 24 170, nr. 200) heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) uw Kamer geïnformeerd
over de vaststelling van de hoogte van de persoonlijke kilometerbudgetten (pkb’s)
Valys vervoer voor het jaar 2020. In deze brief heeft de Minister van VWS u geïnformeerd
over zijn besluit om de hoogte van het «standaard pkb» (voor alle pashouders) en het
«hoge» pkb (voor pashouders met een indicatie dat zij niet in staat zijn om met de
trein/het openbaar vervoer te kunnen reizen) voor het jaar 2020 op hetzelfde niveau
vast te stellen als in 2019, namelijk 700 respectievelijk 2.350 kilometer.
In bovengenoemde brief heeft de Minister van VWS uw Kamer ook laten weten dat hij
het reisgedrag van pashouders zou blijven monitoren om in het najaar van 2020, op
basis van deze monitoring en het beschikbare bedrag voor het Valys vervoer in de begroting
van VWS, een besluit te nemen over de hoogte van de pkb’s in 2021.
We bevinden ons in uitzonderlijke tijden. De vraag naar Valys is in 2020 teruggelopen
als gevolg van de uitbraak van het covid-19-virus en de maatregelen die we als land
tegen de uitbraak en verspreiding van het virus hebben moeten nemen. De gegevens over
het reisgedrag van pashouders in 2020 zijn daarom niet representatief om op grond
daarvan een beslissing te kunnen nemen over de hoogte van de pkb’s Valys in 2021.
De actuele bijzondere situatie geeft echter ook geen aanleiding om de persoonlijke
kilometerbudgetten te wijzingen voor 2021.
Rekening houdend met het beschikbare bedrag voor het Valys vervoer in de begroting
van VWS, heb ik daarom besloten de hoogte van de pkb’s Valys op hetzelfde niveau als
in 2020 vast te stellen.
Met deze brief doe ik de eerdergenoemde toezegging gestand.
De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark