23 987 Lidmaatschap van de Europese Unie

Nr. 239 MOTIE VAN HET LID BAUDET

Voorgesteld 5 april 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het Verenigd Koninkrijk de tweede exportpartner is voor Nederland en de belangen voor Nederlandse ondernemers groot zijn;

overwegende dat uit het gepresenteerde KPMG-rapport blijkt dat een brexit zonder overeenkomst tot economische schade voor Nederland zou leiden;

overwegende dat Nederland noch het Verenigd Koninkrijk gebaat is bij een slechte handelsovereenkomst om een politiek statement te maken;

overwegende dat de economische belangen van de lidstaten voorop zouden moeten staan;

overwegende dat de Europese Raad krachtens artikel 50 van het EU-verdrag, uiteindelijk bepaalt volgens welk mandaat de EU de onderhandelingen met het Verenigd Koninkrijk voert;

overwegende dat de Europese hoofdonderhandelaar, de heer Barnier, dus door de Raad kan worden aangestuurd;

roept de regering op, er in de Europese Raad op aan te dringen dat de economische belangen van de lidstaten in de onderhandelingen worden geprioriteerd boven alle andere overwegingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Baudet

Naar boven