23 432 De situatie in het Midden-Oosten

Nr. 474 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 september 2019

In antwoord op het verzoek van het lid Sjoerdsma (D66) tijdens het Algemeen overleg AVVN op 10 september jl., informeer ik u met deze brief over de campagne-uitspraken van premier Netanyahu over annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever.

De uitspraak

Premier Netanyahu kondigde als lijsttrekker van Likud op een persconferentie aan dat hij, mits hij het mandaat krijgt van de kiezers, over wil gaan tot annexatie van grote delen van de Westelijke Jordaanoever. Hij zei direct na de verkiezingen de Jordaanvallei en de noordelijke Dode Zee te willen annexeren en na presentatie van het Amerikaanse vredesplan alle overige nederzettingen en wat hij «andere essentiële gebieden» noemde. Dat laatste zou zoveel mogelijk in coördinatie met de Amerikaanse regering moeten gebeuren. Palestijnse inwoners van deze gebieden zouden geen Israëlisch staatsburgers worden, maar wel toegang houden via vier wegen door de Jordaanvallei.

De eerste internationale reacties

De Palestijnse president Abbas heeft de uitspraken veroordeeld. Zouden deze plannen worden uitgevoerd, dan zou dat volgens hem een einde maken aan de kansen op vrede en voor de Palestijnse Autoriteit (PA) betekenen dat Israël alle bestaande overeenkomsten ongedaan maakt. In dat geval zou de PA daar ook niet langer aan gebonden zijn. De uitspraken zijn eveneens veroordeeld door Jordanië, Saudi-Arabië, Turkije en de Arabische Liga. De Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties heeft via zijn woordvoerder gezegd dat annexatie een verwoestend effect zou hebben op de kansen om onderhandelingen te herstarten, alsook op de kansen voor regionale vrede en de twee-statenoplossing.

De Verenigde Staten heeft in een eerste reactie gezegd dat op dit moment diens beleid onveranderd is en herhaalde dat na de Israëlische verkiezingen het politieke gedeelte van het vredesplan gepresenteerd zal worden.

Appreciatie door het kabinet

Premier Netanyahu deed deze uitspraken als lijsttrekker in aanloop naar de Israëlische verkiezingen op 17 september. Op dit moment is er geen verandering van de status van deze bezette gebieden. Nederland en de EU dringen bij beide partijen aan op het afzien van negatieve stappen en retoriek die wantrouwen vergroot. Deze en eerdere soortgelijke uitspraken, overigens ook van andere kandidaten in de Israëlische verkiezingen, vallen daaronder.

De Nederlandse en Europese positie is helder en onveranderd. Zoals vastgelegd in Raadsconclusies accepteren Nederland en de EU geen aanpassingen van de grenzen van 1967, inclusief Jeruzalem, anders dan wanneer door beide partijen in onderhandelingen overeengekomen. Het kabinet beschouwt het Israëlische nederzettingenbeleid als strijdig met internationaal recht. Voortzetting ervan en stappen in de context ervan genomen, ondermijnen de levensvatbaarheid van de twee statenoplossing en kansen op vrede.

Nederland volgt de Israëlische verkiezingen en de formatie nauwgezet en zal de nieuwe regering beoordelen op diens beleid. De ontwikkeling van de relatie met Israël zal ook na de formatie afhankelijk zijn van diens inzet voor een vredesakkoord gebaseerd op de twee-statenoplossing, conform de motie van het lid Servaes c.s. (Kamerstuk 23 432, nr. 434, d.d. 9 juni 2016). Annexatie is in strijd met het internationaal recht, zoals bevestigd in VN Veiligheidsraad resolutie 242, aangenomen naar aanleiding van de oorlog van 1967.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

Naar boven