Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 22112 nr. 2939 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 22112 nr. 2939 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 oktober 2020
Met deze brief kom ik tegemoet aan het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat d.d. 8 oktober om een reactie op het EU-voorstel voor ophoging van het EU-klimaatdoel voor 2030. U ontvangt het BNC-fiche over het voorstel van de Europese Commissie om het klimaatdoel voor 2030 op te hogen, conform de gebruikelijke procedure, eind deze maand. Ik kan u wel alvast een eerste appreciatie geven1.
Het kabinet is blij met het voorstel van de Commissie om het Europese 2030-broeikasgasreductiedoel op te hogen naar ten minste 55% reductie. Dit is in lijn met het Regeerakkoord, waarmee Nederland als een van de eerste Europese lidstaten pleitte voor 55%. De afgelopen jaren heeft het kabinet, samen met een kopgroep van gelijkgezinde lidstaten, actief gelobbyd voor een aanscherping van het 2030-doel. Het is goed om nu in EU-verband op te trekken en gezamenlijk deze grote uitdaging te lijf gaan. De Impact Assessment2 laat zien dat een 2030-doel van 55% op EU-niveau haalbaar en betaalbaar is. Het past bij de kosteneffectieve route naar een klimaatneutrale Unie in 2050, en past bij het doel om de 1,5°C uit de Overeenkomst van Parijs binnen bereik te houden.
Het kabinet zet er op in om nog dit jaar de besluitvorming over het hogere 2030-doel van ten minste 55% broeikasgasreductie af te ronden, zodat de EU haar opgehoogde Nationally Determined Contribution (NDC) kan indienden bij de VN, conform de afspraak onder de Overeenkomst van Parijs. Met een 2030-doel van ten minste 55% broeikasgasreductie en een 2050-doel van klimaatneutraliteit neemt de EU een mondiale koploperspositie in en stimuleert dit andere landen om ook actie te ondernemen, zoals bijvoorbeeld de recente aankondiging van China. Daarnaast zorgt het gezamenlijke commitment aan een hoger klimaatdoel voor investeringszekerheid en een gelijker speelveld op de Europese markt, omdat nationale beleidsmaatregelen worden gelijkgetrokken met Europese.
De Commissie onderbouwt het voorstel om het Europese 2030-broeikasgasreductiedoel op te hogen met een Impact Assessment. Deze analyse is gericht op de EU als geheel. De Impact Assessment laat zien dat volledige implementatie van het huidige EU-wetgevingspakket al leidt tot een broeikasgasreductie in 2030 van 45–47% (exclusief resp. inclusief LULUCF3). Dat betekent dat we al een goede stap op weg zijn. Voor het behalen van klimaatneutraliteit in 2050 zal echter meer nodig zijn.
De Commissie lijkt hierbij voor te sorteren op een andere beleidsstructuur, bijvoorbeeld uitbreiding van het emissiehandelssysteem (ETS)4 naar de gebouwde omgeving, wegtransport en scheepvaart, en een aparte pijler voor landbouw en LULUCF. Daarnaast benadrukt de Commissie het belang van aanscherping van bronbeleid (o.a. CO2-eisen voertuigen).
In de mededeling noemt de Commissie een aantal beleidsopties voor de verschillende sectoren, zoals landbouw, industrie, energie, gebouwde omgeving, mobiliteit, lucht- en scheepvaart. In het BNC-fiche zal het kabinet een eerste inschatting op hoofdlijnen geven van de mogelijke gevolgen van het Commissievoorstel voor Nederland, maar het is nu al duidelijk dat dit tot een aanzienlijke aanvullende opgave zal leiden. Daarom is de ambtelijke studiegroep Klimaatopgave Green Deal bezig om aanvullende nationale maatregelen in kaart te brengen om invulling te geven aan de aanvullende opgave. De verwachting is dat de studiegroep haar rapport eind dit jaar heeft afgerond. Voorstellen voor onderliggende sectorale wetgeving om het nieuwe 2030-doel te realiseren, volgen in 2021. Dan kunnen ook de gevolgen van een hoger 2030-doel voor Nederland beter in meer detail weergegeven worden. Het is op dit moment nog niet mogelijk om in te gaan op de berekeningen van CO2-afvang en -opslag.
In aanloop naar en tijdens de Europese Raden en de Milieuraden verandert het krachtenveld en wordt er weer een impuls aan de onderhandelingen gegeven. Hiervoor wordt u regelmatig via de geannoteerde agenda’s van verschillende (informele) raden op de hoogte gehouden en verder ook in het kader van de motie Van Haersma Buma en Pechtold (Kamerstuk 35 000, nr. 15). Indien er daarnaast tussendoor nog belangrijke nieuwe ontwikkelingen zijn in het kader van de onderhandelingen over de ophoging van het doel zal ik u vanzelfsprekend daarover apart informeren.
Verder kan ik u toezeggen dat zodra de werkzaamheden van de ambtelijke studiegroep onder leiding van Laura van Geest over het in kaart brengen van aanvullende maatregelen naar aanleiding van de ophoging van het Europese 2030-doel zijn afgerond, ik deze aan u doe toekomen.
In de bijlage vindt u het voorstel voor ophoging van het 2030-doel en de effectbeoordeling5.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
Hierbij voldoe ik tevens aan het verzoek van het lid Van der Lee, zoals gedaan in de regeling van werkzaamheden van 22 september 2020, om een reactie in schrift, (Handelingen II 2020/21, nr. 4).
Momenteel beslaat het ETS een groot deel van de industrie, de elektriciteitssector en intra-Europese luchtvaart.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-22112-2939.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.