22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1511 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 november 2012

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij twee fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Verordening vangstmogelijkheden EU-vaartuigen voor bepaalde

bestanden diepzeevissen, (Kamerstuk 22 112, nr. 1512)

Fiche 2: Mededeling Europees Industriebeleid

De minister van Buitenlandse Zaken, F. C. G. M. Timmermans

Fiche: Verordening vangstmogelijkheden EU-vaartuigen voor bepaalde bestanden diepzeevissen

1. Algemene gegevens

Titel voorstel:

Voorstel voor een verordening van de Raad tot vaststelling, voor 2013 en 2014, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor bepaalde bestanden van diepzeevissen.

Datum Commissiedocument

9 oktober 2012

Nr. Commissiedocument

COM (2012) 579

Prelex p.m.

Nr. impact-assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board

Niet opgesteld

Behandelingstraject Raad

Behandeling in de Landbouw- en Visserijraad van 19 en 20 november 2012

Eerstverantwoordelijk ministerie

Ministerie van Economische Zaken

Rechtsbasis, stemwijze Raad, rol Europees Parlement en comitologie

• a) Rechtsbasis: Artikel 43, lid 3, Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

• b) Stemwijze Raad en rol Europees Parlement: gekwalificeerde meerderheid van de Raad, EP is niet betrokken

• c) Delegatie en/of comitologie: n.v.t.

2. Samenvatting BNC-fiche

Korte inhoud voorstel

De Commissie stelt voor om de vangstmogelijkheden (TACs, Total Allowable Catches ofwel totaal toegestane vangsten) van het leeuwendeel van 24 bestanden verder te reduceren, conform de regels van de raadpleging COM (2012) 278 (kamerstuk 22 112, nr. 1442) en de tweejaarlijkse biologische adviezen van ICES¹. Nederland heeft geen belangen bij de onderhavige bestanden. Nederland staat positief tegenover het voorstel aangezien het op de middellange termijn moet leiden tot duurzame visbestanden. Met tevredenheid ziet Nederland dat de bestaande vangstbeperkingen en reducties van de afgelopen jaren een positief effect op sommige bestanden hebben gehad. Nederland vindt ten principale dat de visserijdruk op deze kwetsbare diepzeebestanden zou moeten worden verminderd. Er dienen evenwel ook passende afspraken met derde landen over gemaakt te worden in het Noordoost Atlantisch Visserij Comité verband (NEAFC) om de kwetsbare diepzeebestanden zo goed mogelijk te beschermen.

3. Samenvatting voorstel

○ Inhoud voorstel

De verordening betreft de visserij op 24 diepzeebestanden. Nederland heeft geen visserijbelangen bij deze bestanden. De Europese Commissie stelt voor om de vangstmogelijkheden (TACs, Total Allowable Catches) vast te stellen conform de regels van de raadpleging COM (2012) 278 en de tweejaarlijkse biologische adviezen van ICES voor 2013 en 2014. Voor de meeste bestanden houdt dat een reductie van de TAC in. Van veel bestanden is te weinig bekend om een gedegen advies samen te stellen. Deze visbestanden worden beschouwd als «gegevensarme bestanden», waarop de voorzorgsbenadering wordt toegepast. Dat houdt in dat het ontbreken van doorslaggevend bewijs niet gebruikt mag worden om maatregelen ter voorkoming van de afname van visbestanden tegen te gaan. Voor een aantal, zoals de blauwe leng en grenadiersvis, worden kleine bijvangstquota behouden. Voor bestanden waar de toestand nog steeds zorgelijk is blijft de 0 (nul) TAC gehandhaafd. Dit geldt onder andere voor de Atlantische slijmkop. Voor de diepzeehaaien gold een 0-TAC, maar het wachten is op nieuw advies van ICES medio oktober. Het advies is positief over een aantal gerichte visserijen op grenadiersvis en zwarte haarstaart, dat wil zeggen er is geen negatief effect van de visserij van de laatste paar jaar op de bestanden aangetoond. Het beheer van de grenadiersvis is gericht op het bereiken van Maximum Sustainable Yield (ofwel maximaal duurzame opbrengst). Volgens de nieuwe richtsnoeren van ICES inzake gegevensarme bestanden, kan een van de TACs voor zwarte haarstaart met 22% opgehoogd worden.

• Impact assessment Commissie: n.v.t.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

• a) Bevoegdheid: Het visserijbeleid een exclusieve bevoegdheid is van de Unie.

• b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

  • Subsidiariteit:

    Niet van toepassing. Het visserijbeleid is een exclusieve bevoegdheid van de Unie.

  • Proportionaliteit:

    Nederland beoordeelt de proportionaliteit positief. Met deze maatregelen kan worden voldaan aan het doel van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) om te zorgen voor een, vanuit economisch, ecologisch en sociaal oogpunt, duurzame exploitatie van de visbestanden. Daarmee wordt tevens de doelstelling van het herstel van de visbestanden gediend.

5. Implicaties financieel

• a) Consequenties EU-begroting: geen

• b) Financiële, consequenties (incl. personele) voor Rijksoverheid en / of decentrale overheden: geen

• c) Financiële, consequenties (incl. personele) bedrijfsleven en burger: geen

• d) Administratieve lasten voor Rijksoverheid, decentrale overheden en/ of bedrijfsleven en burger: geen

6. Implicaties juridisch

• a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid: geen

• b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen en kaderbesluiten), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid: 1 januari 2013.

• c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling: niet van toepassing.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

Informatie over het inschakelen van nationale agentschappen, zelfstandige bestuursorganen e.d.

• a) Uitvoerbaarheid: positief

• b) Handhaafbaarheid: niet van toepassing.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Het voorstel voor vangstmogelijkheden in de diepzeevisserij heeft geen rechtstreekse implicaties voor ontwikkelingslanden.

9. Nederlandse positie

Nederland steunt het voorstel van de Commissie en vindt ten principale dat de visserijdruk op deze kwetsbare diepzeebestanden zou moeten worden verminderd, wat op middellange termijn dan moet leiden tot duurzame visbestanden. Voor het leeuwendeel van de bestanden is er onvoldoende kennis beschikbaar om tot goed onderbouwde adviezen te komen, wat het vaststellen van gepaste vangstniveaus niet ten goede komt. Nederland steunt de aanpak voor gegevensarme bestanden en het volgen van de richtsnoeren van ICES hiervoor. Er dienen evenwel ook passende afspraken met derde landen over gemaakt te worden in het kader van het Noordoost-Atlantische Visserij Comité (NEAFC).

Op 19 juli 2012 heeft de Europese Commissie een voorstel tot herziening van toegangsregeling ingediend, waarvan onder meer een versterkt vergunningenstelsel deel uitmaakt, alsmede een geleidelijke uitfasering van de vistuigen die zich op een minder duurzame wijze speciaal op diepzee richten, namelijk bodemtrawls en geankerde kieuwnetten. De Commissie heeft ook voorgesteld bijzondere eisen te stellen aan de gegevens verzameling over de diepzeevisserijactiviteiten.

Nederland heeft aanzienlijke belangen in één van de diepzeebestanden (grote zilvervis), maar de TACs hiervan worden in de reguliere TAC en quotum verordening in december vastgesteld, omdat deze onderdeel zou kunnen zijn van de onderhandelingen met Noorwegen of de Faeröer eilanden.

---

1 ICES : International Council for the Exploration of the Sea