21 501-08 Milieuraad

Nr. 871 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2022

Hierbij doe ik u de geannoteerde agenda van de informele bijeenkomst van milieu en klimaatministers op 13 en 14 juli 2022 toekomen, mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, de Minister voor Natuur en Stikstof en de Minister voor Klimaat en Energie.

De inhoud van deze geannoteerde agenda geeft de meest recente stand van zaken weer. Mocht de formele agenda op belangrijke punten afwijken, dan zal ik u hierover via het schriftelijk overleg informeren.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE BIJEENKOMST KLIMAAT- EN MILIEUMINISTERS

Het Tsjechisch voorzitterschap organiseert op 13 en 14 juli 2022 de informele bijeenkomst van klimaat- en milieuministers te Praag, Tsjechië. Tijdens deze informele bijeenkomst zal aandacht besteed worden aan de aankomende conferentie van het VN-biodiversiteitsverdrag, de milieugevolgen van de oorlog in Oekraïne en klimaatadaptatie. Er staan tevens voorbereidingen van UNFCCC COP27 geagendeerd. Op het moment van schrijven heeft het voorzitterschap nog geen stukken gedeeld die duiding geven over de inhoud van de discussie.

VN-Biodiversiteitverdrag

Tijdens de 15e Conferentie van Partijen van het VN-Biodiversiteitsverdrag (CBD COP-15), die in december dit jaar zal worden gehouden in Montréal, moet een overeenkomst worden bereikt over een nieuw strategisch plan (Global Biodiversity Framework, hierna: GBF) voor de periode tot 2030 om het wereldwijde verlies van biodiversiteit te keren. In december 2019 werden eerder Raadsconclusies aangenomen met betrekking tot deze onderhandelingsinzet1. Mede vanwege de voortgang van de onderhandelingen tijdens verschillende bijeenkomsten die in de afgelopen periode plaatsvonden en om richting te geven aan de onderhandelingsinzet tijdens CBD COP-15 wordt een herziene versie van de Raadsconclusies wenselijk geacht. Tijdens deze informele bijeenkomst van klimaat- en milieuministers zal de eerste stap worden gezet in de voorbereiding van Raadsconclusies die tijdens de Milieuraad van 24 oktober moeten worden aangenomen.

Inzet Nederland

De kabinetsinzet is onveranderd ambitieus, conform de motie van de leden Jetten en De Groot2. De inzet is met name gericht op de volgende onderdelen. Allereerst vindt Nederland het van belang dat de bijdragen van alle maatschappelijke actoren aan de implementatie van het GBF in de Raadsconclusies worden erkend. Ten tweede wil Nederland dat de implementatie versterkt moet worden via gerichte capaciteitsontwikkeling en -opbouw en versterkte nationale actieplannen en nationale biodiversiteit financieringsplannen. Ten derde is Nederland voorstander van een versterkt systeem van monitoring, rapportage en verantwoording, met bindende rapportagevereisten, evenals een mechanisme voor tussentijdse ophoging van de inzet en ambitie. Ten vierde wil Nederland dat in de Raadsconclusies wordt onderstreept dat biodiversiteit wordt geïntegreerd in alle maatschappelijke sectoren. Onder meer door het in lijn brengen van financiële stromen uit alle bronnen en kanalen met biodiversiteitsdoelen, het mobiliseren van additionele middelen, en door beleid en regelgeving natuur inclusief te maken.

Indicatie krachtenveld

EU-lidstaten zijn over het algemeen eensgezind over het belang van ambitieuze Raadsconclusies om richting te geven aan de onderhandelingen over het GBF. Mede omdat de onderhandelingsinzet voor CBD COP-15 in belangrijke mate is gestoeld op de Europese Biodiversiteit Strategie en voortbouwt op in december 2019 aangenomen Raadsconclusies is de verwachting dat de weerstand beperkt zal zijn.

Milieu impact Oekraïne

Tijdens de informele bijeenkomst van klimaat- en milieuministers zal er gesproken worden over de impact van de oorlog in Oekraïne op het milieu. De specifieke invalshoek van dit agendapunt is op het moment van het schrijven niet duidelijk. Het is denkbaar dat het voorzitterschap zal willen benadrukken dat het belangrijk is om milieubeleid niet uit het oog te verliezen en te blijven inzetten op de klimaattransitie binnen en buiten de grenzen van de EU.

Klimaatadaptatie

Het Tsjechisch voorzitterschap heeft klimaatadaptatie geagendeerd en zal in dat kader willen spreken over water, natuur en bodem. Het is denkbaar dat het voorzitterschap tevens aandacht zal vragen voor de voortgang van de herziene EU-klimaatadaptatiestrategie, welke als doel heeft de Europese klimaatweerbaarheid te verhogen richting 20503. Het belang hiervan werd al eerder benadrukt tijdens de informele videoconferentie op 23 april 2021.4 De Milieuraad van 10 juni 2021 nam conclusies aan over deze adaptatiestrategie.5 De Nederlandse inzet op dit punt zal in lijn zijn met de Raadsconclusies en het BNC-fiche6.

In de Raadsconclusies heeft de Raad het verband tussen klimaat en water benadrukt en opgemerkt dat op de natuur gebaseerde oplossingen geschikt zijn om te helpen met aanpassingen aan de klimaatverandering. Voor wat betreft bodem wordt het belang van de gezondheid daarvan onderschreven in de Raadsconclusies, maar kan het voorzitterschap ook stil willen staan bij de EU-bodemstrategie.

Deze strategie omvat een samenhangend beleidskader met vrijwillige en wettelijk verplichte doelen en maatregelen om in 2050 tot bescherming, herstel en duurzaam gebruik van alle EU-bodems te komen. Voor zover er gesproken zal worden over deze strategie volgt Nederland de inzet zoals deze is uiteengezet in het BNC-fiche7.

Internationaal klimaatonderhandelingen en voorbereiding COP27

Het Tsjechisch voorzitterschap heeft op het laatste moment internationale klimaatonderhandelingen en de voorbereiding van COP27 aan de agenda toegevoegd. Op moment van schrijven is nog niet duidelijk wat met deze bespreking precies wordt beoogd. Het is mogelijk dat het voorzitterschap vooruit wil kijken naar de EU-inzet tijdens deze klimaatconferentie in november 2022 in Sharm-el-Sheikh. Tijdens de klimaatconferentie onderhandelen de EU en de lidstaten op basis van de gezamenlijke positie. De EU stelt voorafgaand aan COP27 deze gezamenlijke positie vast. Over de Nederlandse inzet voor COP27 wordt uw Kamer naar verwachting in het najaar van 2022 geïnformeerd.


X Noot
2

Kamerstuk 21 501-20, nr. 1617.

X Noot
3

COM(2021) 82.

X Noot
4

Kamerstuk 21 501-08, nr. 826.

X Noot
5

Kamerstuk 21 501-08, nr. 831.

X Noot
6

Kamerstuk 22 112, nr. 3075.

X Noot
7

Kamerstuk 22 112, nr. 3260.

Naar boven