21 501-08 Milieuraad

Nr. 400 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 januari 2012

Hiermee bied ik u het verslag aan van de Milieuraad die op 19 december 2011 in Brussel plaatsvond. Tijdens de Milieuraad zijn voortgangsrapportages over drie onderwerpen behandeld, en over een tweetal onderwerpen zijn Raadsconclusies aangenomen. Er werd teruggeblikt op de klimaatconferentie in Durban. Onder diversenpunten is onder andere gesproken over de stand van zaken rond de invoering van het Emissiehandelssysteem voor Luchtvaarten over uitvoering van de richtlijn voor brandstofkwaliteit.

Als te doen gebruikelijk wil ik u ook informeren over de akkoorden in eerste of tweede lezing die zijn bereikt tijdens het afgelopen voorzitterschap.

Biocidenverordening

Onder Pools voorzitterschap is een akkoord bereikt in tweede lezing over de Biocidenverordening. Deze vervangt de huidige Biocidenrichtlijn en zal leiden tot een betere harmonisatie van het toelatingsbeleid ten aanzien van biociden binnen Europa. De werking van het beleid wordt uitgebreid doordat ook artikelen die behandeld zijn met biociden nu onder het toelatingsbeleid komen te vallen. Een belangrijk deel van het toelatingsbeleid wordt gecentraliseerd op EU niveau. Nederland steunt dit omdat het bijdraagt aan een betere werking van de interne markt en een vermindering van de administratieve lasten. Wel heeft Nederland ervoor gezorgd dat lidstaten uitzonderingen kunnen maken wanneer het nationale belang daarom vraagt. Zo is Nederland bijvoorbeeld een van de weinige landen in de EU waar in de regel geen biociden aan het drinkwater worden toegevoegd.

Herziening Detergentenverordening

De herziening van de Detergentenverordening is afgerond met een akkoord in eerste lezing. Hiermee wordt op EU niveau een limiet aan de hoeveelheid fosfor in wasmiddelen voor huishoudelijk gebruik geïntroduceerd, waardoor deze wasmiddelen fosfaatvrij moeten zijn om in de EU te kunnen worden verkocht. Het is de bedoeling dat op termijn (2017) ook vaatwasmiddelen onder de regelgeving worden gebracht, nadat de Commissie de haalbaarheid hiervan heeft onderzocht. De nieuwe regelgeving voor wasmiddelen sluit aan bij vrijwillige afspraken die de Rijksoverheid in het verleden maakte met de Nederlandse wasmiddelproducenten. De aanpassing van de drempelwaardes voor wasmiddelen en vaatwasmiddelen is in nauw overleg met het Nederlandse bedrijfsleven tot stand gekomen. Dat er nu EU-beleid op dit vlak is betekent voor onze industrie een gelijker speelveld. Onderhandelen over dit onderwerp hebben in het kader van de Concurrentiekrachtraad plaats.

Herziening WEEE-richtlijn

Onder Pools voorzitterschap is een tweede lezing akkoord bereikt over de herziening van de WEEE-richtlijn (WEEE= waste electrical and electronic equipment). Dit gebeurde in de laatste triloog (onderhandelingssessie) tussen de Raad, het Europees Parlement en de Commissie. Enkele voor Nederland belangrijke punten in het bereikte akkoord zijn dat de lidstaten kunnen kiezen voor een verbod op het heffen van een zichtbare verwijderingsbijdrage. Detaillisten die apparatuur verkopen in winkels waarvan minimaal 400 m2 wordt gebruikt voor de verkoop van apparatuur, worden verplicht om kleine apparatuur (dit is apparatuur met afmetingen van maximaal 25 cm) gratis in te nemen zonder dat er een nieuwe wordt verkocht (oud voor niets). Hierbij kan een uitzondering worden gemaakt indien er andere (net zo effectieve) inzamelmogelijkheden zijn. Dit is in Nederland het geval. Verder zal op termijn (zeven jaar nadat de richtlijn van kracht wordt) de inzameldoelstelling worden aangescherpt (65% «put on market» in de afgelopen drie jaar dan wel 85% «WEEE generated»). Ook kunnen lidstaten kiezen voor het opnemen van een afgifteplicht, waarbij gemeenten en detaillisten de ingenomen apparaten aan producenten moeten afgeven dan wel aan bepaalde inrichtingen (zoals kringloop) als het om producthergebruik gaat. Het EP zal over dit voorstel stemmen op 19 januari 2012, waarna formele vaststelling door de Raad zal volgen. Ik verwacht geen aanpassingen meer.

U wordt per brief nog separaat geïnformeerd over dit onderwerp.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, J. J. Atsma

Verslag Milieuraad 19 december 2011 te Brussel

Samenvatting

Het Pools voorzitterschap presenteerde de Milieuraad van 19 december 2011 drie voortgangsrapporten over Seveso, PIC en zwavel in scheepsbrandstoffen. De Raad nam conclusies aan over biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen. De Raadsconclusies over biodiversiteit werden pas aanvaard nadat een paragraaf over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) was verwijderd. De Commissie en lidstaten blikten overwegend positief terug op de klimaatconferentie in Durban. Tegelijk tekenden lidstaten aan dat de EU nog veel te doen staat in 2012, zoals de discussie over de doelstelling voor de tweede verplichtingenperiode van het Kyoto Protocol, het vaststellen van een EU standpunt over de overschotten van AAU’s (Assigned Amount Units) en het uitwerken van de afspraken over LULUCF (Land Use, Land-Use Change and Forestry). De Raad behandelde een flinke lijst van diversenpunten, waaronder het Emissiehandelssysteem voor luchtvaart (ETS-luchtvaart) en uitvoering van de richtlijn voor brandstofkwaliteit (teerzanden). Ik heb aangegeven dat Nederland wat betreft ETS luchtvaart voorstander is van een mondiale aanpak en zich zorgen maakt over verstoring van het gelijke speelveld. Ook heb ik gewezen op de Nederlandse handelswijze met betrekking tot een aparte broeikasgaswaarde voor teerzanden, waarbij bovendien extra administratieve lasten worden vermeden. Tijdens de lunch bespraken de EU ministers met elkaar de kansen en bedreigingen voor groene groei in de EU. De analyse en de conclusies van de Commissie in het stappenplan voor een efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen werden breed onderschreven.

PIC («prior informed consent»)-verordening betreffende de export en import van gevaarlijke chemicaliën

Het voorzitterschap gaf aan hard aan dit dossier te hebben gewerkt. Het is aan het inkomend Deens voorzitterschap om te proberen tot een eerste lezing akkoord te komen met het EP (Europees Parlement). De onderhandelingen beginnen in januari.

Zwavelgehalte scheepsbrandstoffen

Tijdens de voortgangsrapportage onderstreepte het voorzitterschap de doelstellingen van deze herziening; verbetering van milieu en gezondheid door de reductie van emissies. De Commissie gaf aan waarde te hechten aan een spoedige implementatie, en voorstander te zijn van uitbreiding van de SECA’s (zwavelbeschermingsgebieden). De lidstaten onderschreven de doelstellingen van de herziening, ze staan achter het gelijktrekken van de richtlijn met de internationale zwavelnormen. Daar waar de herziening verder gaat dan deze internationale normen was voorzichtigheid vanwege mogelijke doorkruising van het gelijke speelveld. Zo waren de Mediterrane lidstaten overwegend tegen een uitbreiding van de SECA’s. Door verschillende lidstaten werd er gevraagd om een effectanalyse. Ik gaf aan de hoofdlijnen van de richtlijn te steunen, en vroeg de Commissie tijdig uitwerking te geven aan de Sustainable Waterborne Toolbox. Ook gaf ik aan voorstander te zijn van uitbreiding van de gebieden waar extra strenge zwavelnormen gelden (SECA’s): niet alleen de Noord- en Oostzee maar alle EU wateren. Ook benoemde ik het risico op concurrentienadeel en de verminderde kansen voor de ontwikkeling van innovatieve technieken vanwege het voorgestelde verkoopverbod van brandstof met meer dan 3,5% zwavel.

Richtlijn ter voorkoming en beheersing van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen (SEVESO)

Het voorzitterschap gaf in een voortgangsrapportage aan dat over een aantal punten overeenstemming is bereikt, maar over een aantal kwesties, zoals de reikwijdte van de richtlijn en de wijze waarop toegang tot de rechter wordt geregeld, nog niet. Dit wordt verder opgepakt door het inkomend Deens voorzitterschap. De Commissie onderstreepte dat er nog werk te verzetten is op dit dossier.

EU biodiversiteitstrategie

De Raadsconclusies over biodiversiteit zijn pas aanvaard na verwijdering van paragraaf 22, waarin concrete voorstellen werden gedaan om biodiversiteit mee te nemen in het GLB. Veel lidstaten toonden zich flexibel. Eén grote lidstaat maakte bezwaar tegen de paragraaf over de integratie van biodiversiteit in het GLB omdat andere voorstellen daarmee uitgesloten leken te worden. Het voorzitterschap besloot te volstaan met een algemeen geformuleerde verwijzing. De Commissie was hierover teleurgesteld en heeft een voetnootverklaring ingediend.

Ik gaf aan dat behoud van biodiversiteit van groot belang is en dat Europese samenwerking van belang is om verlies aan waarden tegen te gaan. Er moet integratie komen met andere beleidsterreinen, zoals het GLB en het GVB. Hierover zou discussie moeten worden gevoerd in de Landbouwraad. Nederland heeft zich ingezet voor realistisch beleid en flexibiliteit in de uitvoering; in een economisch barre tijd moeten de ambities sporen met de financiële mogelijkheden. De Raadsconclusies houden hier rekening mee. Ook zijn nationale ervaring en omstandigheden belangrijk bij de implementatie.

Stappenplan voor een efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen

De Raadsconclusies inzake het stappenplan voor een efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen zijn ongewijzigd aanvaard. De Commissie heeft weliswaar wijzigingsvoorstellen gedaan voor een meer actiegerichte tekst maar, ondanks sympathie hiervoor bij enkele lidstaten, heeft het Pools voorzitterschap vastgehouden aan de tekst. De Commissie toonde zich teleurgesteld en gaf aan grotere groei alleen mogelijk te achten bij een verbeterde concurrentiepositie door middel van een efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Nadere concrete voorstellen zullen volgen; zo werkt de Commissie aan een green single market package.

Aan lidstaten werd gevraagd aan welke onderwerpen in het Stappenplan prioriteit zou moeten worden gegeven. Ik gaf aan dat voor een transformatie naar de groene economie nog wel actie nodig is en dat het Stappenplan daarbij kan helpen. De Nederlandse prioriteiten zijn stimulering van samenwerking met het bedrijfsleven, duidelijkheid voor consumenten over welke producten en diensten duurzaam zijn, en actieve betrokkenheid bij het resource efficiency platform. Ik benadrukte hierbij dat het bedrijfsleven nauw betrokken moet worden en dat er een manier moet zijn waarop zij de milieuprestaties van producten en ketens kunnen meten.

Klimaattop Durban

De Commissie toonde zich enthousiast over de in Durban behaalde resultaten. Een volgende stap is het verder brengen van de resultaten richting Qatar. De Milieuraad van maart zal in eerste instantie de discussie moeten voeren over de door de EU voor 1 mei 2012 in te dienen doelstelling voor de tweede verplichtingenperiode van het Kyoto Protocol, het vaststellen van een EU standpunt over de overschotten van AAU’s (Assigned Amount Units) en het uitwerken van de afspraken over LULUCF (Land Use, Land-Use Change and Forestry). De EU heeft een leidende rol gespeeld en heeft strategische allianties gebouwd. Deze moet de EU nu uitbouwen. De verwachtingen van de EU zijn gegroeid, ook met betrekking tot de nationale reductiepaden. Het enthousiasme werd door het merendeel van de lidstaten gedeeld. Ook werd aangegeven dat nu moet worden doorgepakt. Ik gaf aan dat de EU begin 2012 intern positie moet bepalen voor inschrijving van het EU-doel in het Kyoto protocol en voor onze AAU-overschotten. Ook moeten we nadenken over de dynamische rol van ontwikkelingslanden in het nieuwe mondiale protocol en over de gereedschappen die dat protocol moet bieden om de private sector beter te betrekken. Ik heb aangegeven dat – onder voorwaarden – wat Nederland betreft de EU ambitie voor 2030 een reductie van 40% zou kunnen zijn.

Diversenpunten

Emissiehandelssysteem voor Luchtvaart

De Commissie meldde dat de Secretaris Generaal van ICAO heeft aangegeven zich onder druk gezet te voelen om te werken aan een mondiale oplossing. Hier moeten volgens de Commissie echter niet te snel conclusies aan worden verbonden. In 2012 treedt het ETS-systeem voor luchtvaart zoals vastgelegd in de regelgeving in werking. De Commissie gaf aan de dialoog met derde landen (Rusland, de VS, China) te continueren. Op 21 december zal het Europees Hof uitspraak doen over de zaak die door enkele Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen is gestart. De Commissie gaat er vanuit dat bij een voor de EU positieve uitspraak deze door de VS gerespecteerd zal worden. Ik heb aangegeven dat Nederland het EU beleid steunt maar zorgen heeft over de concurrentiepositie van Europese luchtvaartmaatschappijen en luchthavens. Nederland is en blijft voorstander van een mondiale aanpak en steunt de Commissie in hetgeen zij doet om het gelijke speelveld niet te laten verstoren.

Voorstel herziening richtlijn GGO’s (Genetisch Gemodificeerde Organismen)

Er is op dit dossier weinig vooruitgang geboekt onder het Pools voorzitterschap. Twee lidstaten hebben het inkomend Deens voorzitterschap opgeroepen om behandeling weer ter hand te nemen.

Richtlijn voor Brandstofkwaliteit

De Commissie hield een betoog voor het voorstel om naar analogie van biobrandstoffen een volgsysteem voor brandstoffen op te zetten. In het bijzonder benoemde de Commissie olie gewonnen uit teerzanden; de winning hiervan gaat niet alleen gepaard met een hoge koolstofintensiteit maar ook met andere schadelijke effecten zoals landschapsverwoesting en waterverontreiniging. De Commissie gaf aan dat voorafgaand aan het voorstel de Commissie meer dan 2 jaar heeft geluisterd naar stakeholders en dat de opinies van deze stakeholders zijn meegenomen in het voorstel. Een aantal lidstaten stelde kritische vragen bij het commissievoorstel; met name waar het ging om de administratieve lastendruk in verhouding tot de verwachte milieuwinst. Ik heb aangegeven dat de Nederlandse wetgeving is aangepast zonder extra administratieve lasten, daarbij wordt een aparte waarde voor teerzanden gehanteerd. Ook steunde ik het verzoek aan de Commissie om een impact assessment uit te voeren.

Conventie over duurzame ontwikkeling van de Karpaten

De Commissie gaf aan blij te zijn met een overkoepelende strategie in deze regio voor biodiversiteit. Er zijn al verbanden tussen de Donau-strategie en het Karpatenverdrag. De EU is gevraagd om toe te treden tot dit verdrag, en de Commissie is al betrokken bij een aantal van de projecten. De Commissie wil de resultaten van deze projecten afwachten alvorens eventueel als lid toe te treden als Commissie.

Financieel instrument voor het milieu (LIFE)

De Commissie presenteerde het nieuwe voorstel en gaf aan het LIFE programma te willen uitbouwen om de overgang van de economie naar een low carbon resource efficiënt economy te begeleiden. Tegelijkertijd is het een platform om kennisuitwisseling te bevorderen. Volgens de Commissie borduurt het voorstel voort op LIFE+, maar het nieuwe voorstel moet efficiënter en ambitieuzer zijn. Vereenvoudiging is nodig en cofinanciering gaat naar 70%. Het nieuwe LIFE-programma moet een steun zijn voor milieu efficiënt hulpbronnenbeleid, milieubeheer en informatieverstrekking. Het moet makkelijker worden om geïntegreerde LIFE-projecten op te zetten. Er kan drie keer zo veel aan klimaat worden gedaan als in het vorige LIFE+ programma. Door lidstaten werd benadrukt hoe belangrijk LIFE is, mede vanwege toegevoegde waarde ten opzichte van andere bestaande fondsen.

Rapport implementatie gefluoreerde broeikasgassen

De Commissie gaf aan het verslag te hebben goedgekeurd op 26 september. Analyse toonde aan dat, bij juiste toepassing van de verordening, de helft van de geraamde emissies tot 2050 kan worden gereduceerd. De Commissie meldde de gefluoreerde broeikasgassenverordening te willen verbeteren, dit zal volgend jaar plaatsvinden. Op dit moment vindt er een consultatie plaats.

Verdere stappen op EU-niveau om het gebruik van plastic draagtassen terug te dringen

Bij dit diversenpunt, op verzoek van Italië, gaf Italië aan gemeenschappelijk EU-beleid op dit onderwerp van belang te vinden, en meende dat er op EU-niveau consensus bestaat over het nut van een verbod op het gebruik van plastic draagtassen. De Commissie zou een termijn kunnen vaststellen om tegemoet te komen aan deze acties. Italië kreeg bijval van enkele lidstaten.

De Commissie gaf aan het probleem heel serieus te nemen. Daarbij zei de Commissie ook dat wetgeving disproportioneel kan werken, en ziet dan ook meer in stimuleringsprogramma op maat om gewoonten te veranderen.

Gemeenschappelijk plan voor industriële rampen

Hongarije bracht dit punt op om schadevergoeding te regelen waarmee schade bij rampen kan worden gedekt en om preventiemaatregelen te nemen. Reden voor het verzoek is, dat ongelukken kunnen leiden tot zware gezondheidseffecten. Ook heeft Hongarije behoefte aan een EU-breed risicospreidingsinstrument, mede naar aanleiding van de Hongaarse ramp met de aluminiumfabriek in 2010. Volgens Hongarije heeft een dergelijke risicospreiding geen gevolgen voor de begroting, bedrijfsbijdragen zijn zeer beperkt en het voorstel zou bijdragen aan Europees verzekeringsstelsel.

De Commissie gaf aan dat er wel al instrumenten zijn om industriële ongelukken aan te pakken, zoals Seveso en de Milieuaansprakelijkheidsrichtlijn.

Conferentie water, energie en voedselveiligheid

Duitsland vroeg steun voor verdere discussie in het kader van «Rio2012» en voor verdere concretisering van de «Nexus-aanpak», waarbij de sociologische, economische en de ecologische dimensie van duurzame ontwikkeling worden geïntegreerd.

REACH en de kandidaatslijst van zeer risicovolle stoffen

De Commissie bevestigde de ambitie om 136 gevaarlijke stoffen op de lijst te zetten, maar er zijn nog niet veel stoffen aangemeld. De Commissie verzocht lidstaten dan ook om een bijdrage te leveren. De Commissie houdt toezicht op de voortgang bij de kandidatenlijst, en in maart zal dit punt terugkomen op de agenda.

REACH: Verslag en toetsing in het licht van het concurrentievermogen van de EU

Tsjechië gaf aan met Slowakije al een verklaring te hebben afgegeven op de Concurrentiekrachtraad hierover, en stelde dat het REACH-systeem voor het Midden- en Kleinbedrijf een grote last is. Tsjechië vroeg de Commissie om de Raad regelmatig bij te praten. Tsjechië kreeg bijval van enkele lidstaten. De evaluatie van REACH wordt nu voorbereid, het wordt een herschikking, geen herziening is voorzien. De Commissie streeft naar een praktische benadering. Extra administratieve lasten worden zoveel mogelijk voorkomen, met name voor MKB. Ook het vergunningsproces zal zo eenvoudig mogelijk moeten blijven.

In verband met het late tijdstip memoreerde het Poolse voorzitterschap een hele reeks van diversenpunten die niet tot verdere discussie leidde. In hoofdzaak betrof het informatie over (voorbereidende) conferenties. De onderwerpen waren:

  • Conferentie migrerende soorten;

  • Mondiaal kwikverdrag;

  • Conferentie Rio+20;

  • Expert bijeenkomst inzake biodiversiteit;

  • Expert workshop over samenwerking in het kader van klimaatbeleid;

  • Conferentie desertificatie;

  • Conferentie verdrag van Bazel;

  • Bijeenkomst ministers Milieubeheer Visegrad-landen, Bulgarije en Roemenië;

  • Herziening besluit inzake bewaking uitstoot broeikasgassen (Monitoring Mechanism Decision).

Werkprogramma van het inkomend Deens voorzitterschap

Het inkomend Deens Voorzitterschap streeft twee hoofddoelstellingen na:

  • Professioneel leiderschap bieden;

  • Een bijdrage leveren aan de verduurzaming van de economie.

Onder hoofde professioneel leiderschap wil Denemarken zo ver mogelijk komen met de lopende agenda. Raadsconclusies zijn voorzien over de structuur van het 7e (MAP) Milieu-actieprogramma. Met verduurzaming wil Denemarken de veelvoud van crises waar de wereld zich nu in bevindt het hoofd bieden. Denemarken wil stappen zetten naar een kringloopeconomie. Als primaire kader ziet Denemarken het 7e MAP. De voorbereiding van Rio+20 wordt ook een hoofdpunt van Denemarken.

Naar boven