21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1603 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 mei 2019

1 BTW fraude en de Nederlandse aanpak

Tijdens het vorige AO Ecofin van 14 mei jl. werd mij gevraagd naar de aanpak van btw-fraude. Dit mede na aanleiding van diverse artikelen in de media.

Laat ik voorop stellen dat ik blij ben met alle aandacht die btw-fraude krijgt. In de media is misschien een beeld ontstaan dat er in Europa niets of weinig aan de aanpak van btw-fraude wordt gedaan. Niets is minder waar. Er is de laatste paar jaar juist heel veel gedaan.

Hieronder volgt een korte impressie wat we in Nederland allemaal doen aan de bestrijding van btw-fraude op operationeel en politiek niveau alsmede binnen de internationale samenwerking. Ook zal ik kort aangeven waar we in de nabije toekomst mogelijk naartoe gaan in de aanpak van deze fraude.

2 Coördinatiepunt btw-fraude

Kort samengevat draagt bij btw-carrouselfraude een ondernemer (ploffer) geen btw af aan de Belastingdienst, terwijl hij die btw wel in rekening brengt en ontvangt. Deze fraude is op grote schaal ontstaan na de opheffing van de fiscale grenzen binnen de EU in 1993.

Sinds 1996 heeft Nederland gekozen voor een gecoördineerde landelijke aanpak vanuit het Coördinatiepunt btw-fraude van de FIOD. Deze aanpak is effectief door de samenwerking met onder meer de kantoren van de Belastingdienst, opsporingsteams van de FIOD, het Openbaar Ministerie en het Ministerie van Financiën. Ook het bedrijfsleven wordt in specifieke gevallen actief betrokken bij de aanpak van de fraude.

Sinds een aantal jaren beschikt Nederland over een detectietool specifiek gericht op btw-carousselfraude. Fraudesignalen komen binnen en worden geanalyseerd. Hierbij ligt de nadruk niet alleen op het ontdekken en afvoeren van de zogenaamde ploffers maar juist ook op het in kaart brengen van de totale keten. Bedrijven die handelen in risicoproducten worden hiervan door middel van waarschuwingsbrieven op de hoogte gesteld. Indien daartoe aanleiding is wordt vervolgens door de FIOD een strafrechtelijk onderzoek ingesteld, onder leiding van het Openbaar Ministerie.

Naast de plofketens besteden we in Nederland ook veel aandacht aan de zogenoemde conduit of doorvoerbedrijven. Zij voorzien de plofketens in andere lidstaten immers van de handel om te kunnen frauderen. Een aantal van deze zaken heeft geleid tot belangrijke arresten van het Europese Hof van Justitie in de strijd tegen de btw fraude.

3 Snel reageren is noodzakelijk

In Nederland reageren we snel op signalen. Zo kunnen wij bij het ontdekken van nieuwe ploffers binnen zeer korte tijd de btw-nummers afvoeren, waardoor de fraudeurs weer nieuwe plofbedrijven in stelling moeten brengen als zij de fraude voort willen zetten.

Bovendien zijn er verleggingsregelingen ingevoerd, indien dit na analyse de gewenste oplossing bleek te zijn. Bijvoorbeeld als er onverwacht en op grote schaal met een nieuw product of dienst een carrouselfraude wordt opgezet, zoals in 2009 met CO2-emissierechten. In 2017 is kort na het ontdekken van fraude met de handel in belminuten (VoIP) een verleggingsregeling ingevoerd voor telecommunicatiediensten. Hiermee werd direct de fraude in die sector stilgelegd doordat er geen btw meer wordt gefactureerd en de fraudeur daardoor geen btw meer in handen krijgt. Zo maken we het de fraudeurs moeilijker!

4 Internationale samenwerking

Ook internationaal wordt er goed samengewerkt. Sinds 2010 werken we samen in Eurofisc, een early warning systeem waarin alle lidstaten actief samenwerken in de strijd tegen btw fraude. Eurofisc is een Nederlands/Frans initiatief.

Ik zal een recent voorbeeld geven van deze samenwerking. In januari van dit jaar kreeg Nederland via Eurofisc van de Noorse collega’s signalen dat er mogelijk btw-fraude werd gepleegd met zogenoemde Garanties van Oorsprong.1 De fraude die hiermee gepleegd zou kunnen worden is vergelijkbaar met de eerder genoemde fraude met CO2-emissierechten.

Deze signalen zijn meteen internationaal besproken bij diverse vergaderingen van Eurofisc. In alle lidstaten zijn door de fraude experts gesprekken gevoerd met hun nationale issuing bodies (organisaties die deze rechten uitgeven) van dergelijke Garanties van Oorsprong. Zo zijn in Nederland constructieve gesprekken gevoerd met CertiQ. Dankzij dit snelle internationale optreden heeft voor zover ons bekend enkel in België een zeer beperkte derving van btw-inkomsten plaatsgevonden. De markt van deze Garanties van Oorsprong wordt door ons en andere lidstaten gemonitord zodat indien nodig snel tot nadere actie kan worden overgegaan.

Eurofisc heeft ook ondersteuning geboden aan de ontwikkeling van het Transactie Netwerk Analyse (TNA) systeem. Dit is een IT-tool waarmee veel sneller en completer dan via handmatige analyse frauduleuze handelsnetwerken in beeld kunnen worden gebracht. Deze maand is TNA gelanceerd. Hiervoor verwijs ik u graag naar het persbericht van de Europese Commissie.2

5 Nieuwe ideeën

De richtlijn wijzigen om btw-fraude (volledig) te stoppen is niet eenvoudig en misschien zelfs niet nodig. Dat dit niet eenvoudig is getuigt het feit dat het tijdelijke systeem zoals ingevoerd in 1993 (voor aanvankelijk 4 jaar) na een kwart eeuw nog steeds bestaat. Nederland is kritisch op het door de Europese Commissie voorgestelde definitieve systeem. Ik verwijs voor een nadere analyse naar de eerdere brief van 29 maart 2018 waarin uitgebreid wordt ingegaan op de nieuwe risico’s die bij invoering van dat systeem zouden ontstaan.3

Met de voorgestelde rigoureuze wijziging van het btw-systeem wordt de btw fraude niet voorkomen en mogelijk zelfs vergroot. Het voorstel leidt niet tot de nagestreefde vereenvoudiging voor het bedrijfsleven. Wel wordt een nieuw financieel risico in het systeem geïntroduceerd doordat ook over grensoverschrijdende handel btw moet worden geheven.

Tot nu toe hebben juist operationele methoden als Eurofisc, samenwerking en data-analyse ervoor gezorgd dat de fraude steeds sneller en beter wordt bestreden zonder dat wetgeving ingrijpend hoeft te wijzigen en het bedrijfsleven onnodig wordt belast.

Daarom investeer ik liever in effectieve fraudebestrijding waarbij het bonafide bedrijfsleven zo min mogelijk last ondervindt. Dat is het geval met voorgaande voorbeelden, maar ook bij het verkennen van de inzet van andere moderne technologie zoals blockchain. Dit is naar mijn mening minder het geval bij een anti-fraude maatregel als split payment. Dit is een methode waarbij de btw die de leverancier aan zijn afnemer in rekening brengt door de afnemer op een aparte rekening wordt betaald. Hierdoor kan de leverancier niet vrijelijk over deze btw beschikken en er dus ook geen fraude mee plegen. Voor een nadere analyse verwijs ik naar mijn brief van 13 mei 2019.4

De afgelopen maanden is er ook in Brussel intensief onderhandeld over een nieuwe detectie tool in de strijd tegen e-commerce btw-fraude. Op basis van het delen en analyseren van specifieke betaalinformatie van alle lidstaten worden ondernemers gesignaleerd die geen of niet op de juiste wijze btw afdragen. Dit voorstel is van december 2018 en hier wordt mogelijk op de juni Ecofin al door de lidstaten overeenstemming over bereikt. Dit is weer een voorbeeld waar we in Europees verband snel actie nemen om effectief btw-fraude aan te pakken.

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel


X Noot
1

Noorwegen heeft een verdrag met de EU gesloten en is daarna ook actief geworden binnen Eurofisc.

X Noot
3

Kamerstuk 22 112, nr. 2528

X Noot
4

Kamerstuk 22 112, nr. 2796

Naar boven