21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1545 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 september 2018

Hierbij zend ik u de geannoteerde agenda voor de Eurogroep en informele Ecofinraad van 1 en 2 oktober te Brussel.

Het is mogelijk dat nog punten worden toegevoegd aan de agenda of dat bepaalde onderwerpen worden afgevoerd of worden uitgesteld tot de volgende vergadering.

Middels de geannoteerde agenda wordt u tevens geïnformeerd over de Nederlandse reactie op de openbare raadpleging van de Commissie over Bindende waarde inlichting.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Geannoteerde agenda ten behoeve van de Eurogroep en Ecofinraad 1 en 2 oktober

Eurogroep 1 oktober

Reguliere samenstelling

Thematische discussie werking automatische stabilisatoren

Document: Niet openbaar

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de werking van automatische stabilisatoren. Automatische stabilisatoren zijn in de begroting ingebouwde mechanismes die de conjunctuurbeweging afvlakken zonder invoering van nieuwe maatregelen. Een notitie van de Europese Commissie dient als basis voor de discussie.

Nederland is het eens met de meeste observaties in de notitie van de Europese Commissie. Automatische stabilisatoren zijn een effectief mechanisme voor schokabsorptie en volledige naleving van de eisen van het Stabiliteits- en Groei Pact (SGP) is nodig om automatische stabilisatoren volledig hun werk te laten doen. Daarnaast moeten de huidige economisch gunstige tijden worden aangegrepen voor het opbouwen van buffers door lidstaten met hoge publieke schuldenniveaus.

Wat betreft de vraag hoe automatische stabilisatoren kunnen worden versterkt, geeft Nederland de voorkeur aan stabilisatoren die volledig automatisch zijn. Dit beperkt de noodzaak voor politieke besluitvorming, waarmee wordt voorkomen dat stabilisatoren pas vertraagd worden ingezet.

Nederland is het niet eens met de observatie dat een stabilisatiefunctie op EU-niveau automatische stabilisatoren kan complementeren. De Europese Commissie stelt dat de veiligheidsmarges in het SGP niet altijd voldoende zijn en dat er meer nodig is om grote schokken op te vangen. Nederland vindt daarentegen dat lidstaten binnen het SGP al genoeg ruimte hebben voor schokabsorptie, indien zij op hun middellangetermijndoelstelling (Medium Term Objective, MTO) zitten. Mochten de SGP-normen in uitzonderlijk slechte tijden toch nog worden overschreden, dan heeft dat niet gelijk consequenties. Lidstaten die door de financiële markt afgesloten raken kunnen door het ESM ondersteund worden, met de bijbehorende condiotionaliteit. Verdergaande private risicodeling via het afmaken van de bankenunie en versterking van de kapitaalmarktunie is volgens Nederland een effectievere manier voor verbeterde schokabsorptie. Een stabilisatiefunctie op EU-niveau brengt daarnaast moral hazard met zich mee, waardoor de kans dat lidstaten voldoende buffers opbouwen verder afneemt.

Wisselkoersontwikkelingen

Document: Inflation in the euro area Euro Exchange Rate Surveillance (niet openbaar)

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

De Europese Commissie zal een presentatie geven van de ontwikkelingen op het gebied van de wisselkoers van de euro. De wisselkoers van de euro is dit jaar in nominale effectieve termen met ongeveer twee procent geapprecieerd. De appreciatie van de euro hangt vooral samen met de aanzienlijke depreciatie van de valuta van enkele opkomende economieën, zoals Turkije. De bespreking in de Eurogroep dient ter voorbereiding van internationale bijeenkomsten, zoals de G7 en de jaarvergadering van het IMF, waar tevens over de wisselkoersontwikkeling van de euro en andere valuta kan worden gesproken.

Inclusieve samenstelling

Toekomst EMU – Hervorming ESM

Document: N.v.t.

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: Unanimiteit

Toelichting:

De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de Economische en Monetaire Unie (EMU), ter opvolging van de Eurotop van 29 juni jongstleden. Tijdens de Eurotop van 29 juni dit jaar is een verklaring opgesteld over de EMU.1 Daarin staat onder andere dat er consensus was onder de lidstaten om het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) de backstop van het SRF te maken en tegelijkertijd het ESM te versterken. Daarbij zal gewerkt worden op basis van alle elementen van een ESM-hervorming uit de brief van de voorzitter van de Eurogroep aan president Tusk.2 In de Eurotop van december 2018 zal weer gesproken worden over de toekomst van de EMU. Om in december besluiten te kunnen nemen over al deze elementen, wordt in de Eurogroep de komende tijd over deelonderwerpen gesproken.

Afgelopen Eurogroep is gesproken over de hervorming van het ESM, met in het bijzonder aandacht voor de gemeenschappelijke achtervang (common backstop) van het gemeenschappelijk resolutiefonds (Single Resolution Fund; SRF). De Kamer is, zoals gebruikelijk, door middel van het verslag van de Ecofin en Eurogroep op de hoogte gesteld van de uitkomst van deze bespreking. Waarschijnlijk zal de Eurogroep nu opnieuw spreken over het hervormen van het ESM en in het bijzonder over mogelijke aanpassing van het instrumentarium van het ESM, eventuele nieuwe instrumenten en de rol van het ESM binnen de totstandkoming van programma’s.

Het kabinet staat positief tegenover een grotere rol van het ESM binnen de totstandkoming van programma’s. Het ESM heeft zich inmiddels bewezen als nieuwe instelling en verschillende lidstaten hebben steunprogramma’s succesvol afgerond. In deze programma’s was het ESM formeel enkel verantwoordelijk voor de financiering van programma’s. Het onderhandelen en het monitoren van beleidsvoorwaarden is momenteel belegd bij de Europese Commissie, die hierover in overleg treedt met de ECB, en waar mogelijk het IMF. Het kabinet is van mening dat het proces omtrent steunprogramma’s in de toekomst nog slagvaardiger kan worden ingericht door het ESM een grotere rol te geven.

Het kabinet is niet overtuigd van de noodzaak van nieuwe instrumenten bovenop hetgeen het ESM reeds tot zijn beschikking heeft. Volgens het kabinet heeft het ESM, met onder andere leningen met een bijbehorend aanpassingsprogramma en preventieve kredietlijnen, al voldoende instrumenten in handen om lidstaten die in de problemen verkeren een helpende hand te bieden. Het principe moet daarbij blijven dat het ESM enkel steun verleent als dit onontbeerlijk is voor de financiële stabiliteit van het eurogebied of zijn lidstaten. Tot slot hecht het kabinet aan het behoud van de waarborgen die gelden binnen de huidige instrumenten, zoals passende toegangscriteria en voorwaarden en het behoud van de huidige besluitvormingsprocedure, waarbij normaliter met unanimiteit besloten wordt.

Ecofinraad 2 oktober

Btw quick fix

Document: Voorstel voor een Richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft harmonisering en vereenvoudiging van bepaalde regels in het btw-stelsel en tot invoering van het definitieve stelsel voor de belastingheffing in het handelsverkeer tussen de lidstaten

Aard bespreking: Besluitvorming (algemene oriëntatie)

Besluitvormingsprocedure: Unanimiteit

Toelichting:

Tijdens de Ecofin van juni staat het voorstel over onder meer de zogenaamde quick fixes voor de btw op de agenda. Het voorzitterschap streeft naar het bereiken van een akkoord op dit dossier. Het voorstel is gericht op een fraudebestendiger en eenvoudiger btw-systeem.

Het voorstel omvat twee onderdelen. In het eerste onderdeel is opgenomen dat het bestemmingslandbeginsel het uitgangspunt is voor het definitieve btw-systeem. Het tweede onderdeel benoemt vijf verbeterpunten ten aanzien van het bestaande systeem, namelijk: 1) vereenvoudiging en harmonisatie van de regels voor voorraad op afroep; 2) vermelding van het btw-identificatienummer van de klant op de listing als een materiële voorwaarde om een intra-EU levering van goederen van btw vrij te stellen; 3) vereenvoudiging van de regels, om te zorgen voor rechtszekerheid bij ketentransacties; 4) harmonisatie en vereenvoudiging van de regels voor het bewijs van intracommunautair vervoer van de goederen om een intracommunautaire levering van goederen van btw vrij te stellen. Deze maatregel wordt separaat geregeld in een wijzigingsvoorstel voor een Uitvoeringsverordening; 5) een koepelvrijstelling ter reparatie van de arresten van het Hof van Justitie, waar de reikwijdte van de bestaande koepelvrijstelling werd ingeperkt tot activiteiten van algemeen belang.

Tijdens de onderhandelingen is het oorspronkelijke voorstel van de Commissie zodanig aangepast dat de huidige tekst alleen nog verbeterpunten bevat, zonder de koppeling met de door Nederland niet gewenste invoering van de figuur van de certified taxable person. Bij deze «betrouwbare» ondernemers kan de btw op intracommunautaire goederenleveringen worden verlegd naar de afnemer. Nederland was ook kritisch over de aanvankelijk in het voorstel opgenomen hoekstenen voor een definitief btw-systeem. Op 24 mei heeft de Commissie een apart voorstel over het beoogde definitieve systeem gepubliceerd waarin nadere details zijn opgenomen. Tijdens de onderhandelingen is ook een nieuw verbeterpunt toegevoegd, namelijk het herstel van de koepelvrijstelling op korte termijn op Europees niveau. Nederland is er tevreden mee dat verschillende onderdelen van het voorstel er na de onderhandeling beter uitzien. Nederland steunt het voorstel voor aansluiting bij het bestemmingslandbeginsel en is positief over de verbeterpunten. Nederland kan instemmen met het voorstel.

Btw algemene verleggingsregeling

Document: Voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG Betreffende het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft de tijdelijke toepassing van een veralgemeende verleggingsregeling voor leveringen van goederen en diensten boven een bepaalde drempel

Aard bespreking: Besluitvorming (algemene oriëntatie)

Besluitvormingsprocedure: Unanimiteit

Toelichting:

Tijdens de Ecofin zal geprobeerd worden een algemene oriëntatie te bereiken over het voorstel voor een tijdelijke toepassing van een algemene verleggingsregeling voor leveringen van goederen en diensten boven een bepaalde drempel. Inmiddels is het voorstel drie keer geagendeerd op de Ecofin voor een politiek akkoord (juni 2017 en mei en juli 2018), maar is het dossier steeds geblokkeerd. Het Oostenrijks voorzitterschap blijft werken aan het bereiken van een akkoord. Nederland juicht dit toe en staat net als de overgrote meerderheid van lidstaten positief ten opzichte van het voorstel. De verwachting is echter dat de eerdere blokkade (samenhang met de onderhandelingen over het voorstel over e-publicaties) nog niet is opgeheven.

In het kader van de strijd tegen btw-carrouselfraude wordt het voor lidstaten die aan bepaalde voorwaarden voldoen mogelijk gemaakt via een derogatieverzoek, tijdelijk een algemene verlegging van verschuldigde btw naar de afnemer van de levering of dienst in het binnenland toe te passen. Met dit voorstel wordt het voor lidstaten mogelijk de verschuldigde btw op binnenlandse diensten en levering tussen ondernemers te verleggen naar de afnemer van die prestatie. Bij de toepassing van deze algemene verleggingsregeling zal bij Business to Business (B2B)-leveringen en diensten, geen sprake meer zijn van een gefractioneerde betaling. In plaats daarvan vindt de gehele btw-afdracht plaats door de laatste schakel in de keten, die levert aan de (particuliere) eindconsument. Op dit moment is het al mogelijk de verleggingsregeling toe te passen in bepaalde fraudegevoelige sectoren. Met dit voorstel wordt deze verleggingsregeling uitgebreid naar alle binnenlandse leveringen van goederen en diensten bij een transactie van boven de 15.000 euro (oorspronkelijk 10.000).

Nederland steunt het voorstel om lidstaten de mogelijkheid te bieden tijdelijk een algemene verleggingsregeling te hanteren. Het voorstel biedt lidstaten die zeer ernstige btw-carrouselfraude ondervinden en geen andere mogelijkheid hebben dit goed te beteugelen naar verwachting een effectieve maatregel. Nederland is vooralsnog zelf niet van plan in te zetten op deze vorm van fraudebestrijding, maar is geïnteresseerd in de effecten daarvan in lidstaten die de maatregel wel willen inzetten. Nederland heeft sinds 2007 tot nu toe verzoeken om een pilot van lidstaten voor het invoeren van een algehele verlegging gesteund, onder de voorwaarde dat de pilot gepaard gaat met het vergaren van informatie over de verschuiving van de fraude en hoe het toezicht kan worden vormgegeven om afdracht van belastingen te verzekeren.

Btw e-publicaties

Document: N.v.t.

Aard bespreking: Besluitvorming (politiek akkoord)

Besluitvormingsprocedure: Unanimiteit

Toelichting:

Het voorzitterschap wil een politiek akkoord bereiken over het richtlijnvoorstel e-publicaties. Nederland kan dit van harte steunen. Nederland heeft eerder aangedrongen op afronding van dit dossier en heeft teleurstelling geuit toen het in juni 2017 niet lukte om een akkoord te bereiken. Destijds kon geen akkoord worden bereikt omdat het dossier politiek werd gekoppeld aan het dossier inzake de algemene verleggingsregeling.

Nederland is voorstander van de gelijke behandeling van digitale en fysieke publicaties. Het is op basis van de btw-richtlijn momenteel niet mogelijk om elektronische diensten tegen het verlaagde btw-tarief te belasten. Met dit voorstel wordt een uitzondering gemaakt voor bepaalde elektronische diensten, zijnde: de levering, ook bij uitlening door bibliotheken, van boeken, kranten en tijdschriften, voor zover niet uitsluitend of hoofdzakelijk reclamemateriaal en voor zover niet uitsluitend of hoofdzakelijk bestaande uit muziek of video. Hiermee wordt een gelijke btw-behandeling van elektronische en fysieke publicaties tegen het verlaagde btw-tarief mogelijk gemaakt.

Enkele lidstaten mogen reeds, op basis van vastgelegde derogaties, voor fysieke publicaties lagere btw-tarieven toepassen dan het in de btw-richtlijn bepaalde minimum btw-tarief van 5%. Dit voorstel biedt de mogelijkheid om de btw-tarieven voor e-publicaties af te stemmen met de reeds geldende btw-tarieven voor gedrukte publicaties. Ook biedt het voorstel de mogelijkheid voor alle lidstaten om een sterk verlaagd btw-tarief of nultarief toe te passen op zowel fysieke als elektronische publicaties.

Europees semester 2018 – terugblik

Document: N.v.t.

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

In de Ecofin zal gesproken worden over het Europees Semester, het kader waarbinnen de EU-landen hun economisch beleid coördineren. Middels het Europees Semester wordt gestreefd naar gezonde overheidsfinanciën, macro-economisch evenwicht in de EU en het implementeren van structurele hervormingen door lidstaten. Deze bespreking biedt lidstaten de gelegenheid om verbeterpunten voor het aankomende semester te benoemen.

Het kabinet is van mening dat de werking van het Europees Semester de afgelopen jaren verbeterd is, onder meer doordat landenspecifieke aanbevelingen zich meer richten op de belangrijkste uitdagingen in de lidstaten. Hoewel er de afgelopen jaren stappen zijn gezet met het terugdringen van begrotingstekorten, kampen sommige eurolanden nog met een relatief hoge overheidsschuld. Nederland pleit derhalve voor een strikte toepassing van de vereisten uit het Stabiliteits- en Groeipact (SGP). Nederland pleit er ook voor om de vereiste begrotingsinspanning van lidstaten in de landenspecifieke aanbevelingen op te nemen.

Daarnaast blijft het volgens het kabinet belangrijk om de werking van de macro-economische onevenwichtighedenprocedure (MEOP) en de implementatie van de landenspecifieke aanbevelingen te verbeteren. Om draagvlak voor de analyses verder uit te bouwen denk het kabinet dat de Europese Commissie transparanter worden over waarom geconstateerde onevenwichtigheden wel of niet buitensporig zijn. Ook is het belangrijk dat de Europese Commissie, wanneer dat nodig is, gebruik maakt van het instrumentarium dat zij tot haar beschikking heeft om implementatie van hervormingen af te dwingen. Tot slot kan betrokkenheid op politiek niveau, bijvoorbeeld door middel van discussies in de Ecofin bijdragen aan het politieke draagvlak voor implementatie van de landenspecifieke aanbevelingen. Hierbij is het volgens het kabinet van belang dat de discussies zich focussen op landen met de grootste onevenwichtigheden.

Anti-witwastoezicht

Document: Aangepast voorstel voor een Verordening3 en Mededeling Versterking van het Uniekader voor prudentieel en antiwitwastoezicht voor financiële instellingen4.

Aard bespreking: Presentatie Commissie

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

Tijdens de Ecofin zal de Europese Commissie hun voorstellen presenteren met betrekking tot het versterken en centraliseren van het anti-witwastoezicht op de financiële sector.5 Voorstellen hiertoe zijn aangekondigd tijdens de recente Staat van de Unie van Juncker. Er is geen discussie voorzien.

Het toezicht op banken is Europees geregeld, maar het anti-witwastoezicht met betrekking tot de financiële sector is voornamelijk nationaal belegd. De Commissie wil het anti-witwas toezicht op Europees niveau versterken door het mandaat van alle drie de Europese toezichthouders op het gebied van anti-witwassen te centraliseren bij de Europese Bankautoriteit (EBA), en tegelijkertijd meer bevoegdheden verstrekken aan deze toezichthouder. De voorgestelde bevoegdheden voor de EBA zijn verstrekkend en de impact daarvan kan nog niet voldoende worden overzien.

Het Commissievoorstel bevat daarnaast ook voorstellen tot versterking van de informatiedeling en samenwerking tussen de verschillende toezichthouders. Nederland is groot voorstander van de gedane voorstellen tot versterking van informatiedeling en samenwerking tussen de verschillende toezichthouders. Deze voorstellen vergen geen wetswijzigingen.

De voorstellen van de Commissie ten aanzien van de EBA vereisen meer tijd om te worden bestudeerd. Het toezicht op anti-witwassen is nationaal belegd maar vereist ook samenwerking op Europees niveau. Het is gezien recente witwasschandalen wenselijk om nader te analyseren of herziening van dat stelsel nodig is.

Er is veel steun onder lidstaten voor de voorstellen tot versterking informatiedeling en samenwerking. Meerdere lidstaten zijn kritisch op het gevolgde proces door de Commissie, waarbij weinig tijd is gegund de voorstellen te bestuderen.

Voorbereiding G20-vergadering

Document: EU Terms of Reference for the G20 Finance and Central Bank Ministerial and Central Bank Governors meeting 11–12 October 2018 (niet openbaar)

Aard bespreking: Aanname EU Terms of Reference

Besluitvormingsprocedure: Gekwalificeerde meerderheid

Toelichting:

Op 11 en 12 oktober vindt onder Argentijns voorzitterschap in Bali de G20-vergadering voor Ministers van Financiën en Centrale Bank presidenten plaats (en marge van de IMF Jaarvergadering). De voorbereiding van de EU-inbreng wordt vooraf gecoördineerd middels een Terms of Reference (ToR).

In de G20-ToR roept de EU de G20 op om de positieve economische vooruitzichten te gebruiken om de economische risico’s voor de toekomst aan te pakken. Hierbij zou de aandacht moeten verschuiven naar het opnieuw opbouwen van financiële buffers en het waarborgen van langetermijngroei.

De EU benadrukt het belang van een openwereldeconomie en rules based multilateralisme. Ook benadrukt de EU dat het van belang is om voortgang te boeken met de implementatie van financiële regelgeving. Daarnaast wordt opgeroepen tot voortgang van het werk van de Financial Stability Board op het gebied van cybersecurity en de uitdagingen die voortvloeien uit technologische veranderingen, zoals crypto-assets. De EU roept de G20 vervolgens op om de hoogste prioriteit te geven aan het vinden van oplossingen voor de belasting van de digitale economie. Op het gebied van internationale belastingen is het tevens van belang dat de G20 het werk ten aanzien van fiscale transparantie intensiveert en dat het onder het Turks voorzitterschap omarmde Base Erosion and Profit Shifting (BEPS)-raamwerk wordt geïmplementeerd en gemonitord. De EU verwelkomt de prioriteit van het Argentijnse G20-voorzitterschap ten aanzien van de financiering van infrastructuur.

Nederland kan zich goed vinden in de EU-inzet zoals uitgedrukt in de ToR. Nederland zal verder, conform de Kamerbrief van 1 december 2017,6 aandacht vragen voor de reductie van schulden en voor inclusieve groei met behulp van structurele hervormingen.

EU IMFC Statement

Document: EU IMFC Statement Annual Meeting 2018. Na de IMF-Wereldbank jaarvergadering zal het statement op https://www.imf.org/en/News worden gepubliceerd.

Aard bespreking: Aanname IMFC-verklaring

Besluitvormingsprocedure: Gekwalificeerde meerderheid

Toelichting:

De Ecofinraad zal spreken over de verklaring van het EU-voorzitterschap voor de vergadering van de International Monetary and Financial Committee (IMFC). De IMFC-vergadering vindt tijdens de jaarvergadering van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank op vrijdag 12 oktober plaats.

De EUIMFC-verklaring benadrukt het belang van het opbouwen van budgettaire buffers en het verminderen van onevenwichtigheden nu het economisch momentum nog sterk is, terwijl onzekerheden en risico’s groeien. In de verklaring herbevestigen de EU-lidstaten hun inzet voor de 15e quotaherziening. Ze pleiten voor een ophoging van de quota’s omdat het IMF over voldoende middelen moet beschikken en een op quota gebaseerd instituut moet zijn. Het pleiten voor een quotaverhoging is geen positie over de gewenste omvang van het Fonds, omdat deze naast quota’s ook bestaat uit de New Arrangements to Borrow (NAB) en de Bilateral Borrowing Arrangments (BBA). Daarnaast zijn de EU-lidstaten voor behoud van de huidige quotaformule, waarin zowel BBP als openheid belangrijke variabelen zijn voor het bepalen van het quota-aandeel. De EU-lidstaten verwelkomen de herziening van het IMF schuldlimietenbeleid.

Voor Nederland is de nadruk op het afbouwen van schulden, het opbouwen van buffers en het doorvoeren van structurele hervormingen van belang omdat dit de gezondheid van overheidsfinanciën op de lange termijn bevordert. Daarnaast is de verklaring dat de EU-lidstaten voor het behoud van de huidige quotaformule pleiten gewenst, aangezien de Nederlandse en Europese representatie in het IMF bovengemiddeld gebaat zijn bij de indicator openheid in de formule.

Reactie openbare raadpleging Bindende waarde inlichting

Middels deze agenda wordt uw Kamer tevens geïnformeerd over de reactie van Nederland op de verkennende openbare raadpleging Bindende waarde inlichting. Bij de verkennende openbare raadpleging Bindende waarde inlichting heeft de Europese Commissie het initiatief genomen te onderzoeken of er aan de kant van onder meer bedrijven, instellingen en overheden belangstelling bestaat voor bindende inlichtingen op het terrein van de douanewaarde. Bijgaand vindt u deze reactie.

Naar boven