21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1230 MOTIE VAN HET LID VOORDEWIND C.S.

Voorgesteld 13 maart 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Egypte onder leiding van president Morsi een grondwet heeft aangenomen waarin de rechten van minderheden als vrouwen en kopten onvoldoende zijn gewaarborgd, zoals het recht op geloofsverandering, dat er nog altijd minderheden het slachtoffer worden van godslasteringswetten en dat er plannen zijn om de vrijheid van ngo's en demonstranten te beperken;

van mening dat Egypte te weinig positieve stappen zet op het gebied van het waarborgen van mensenrechten en het vormen van een rechtsstaat;

overwegende dat voor een aantal EU-gelden, waaronder de 500 miljoen euro macrofinanciële steun, niet duidelijk is welke mensenrechtencriteria worden gesteld en of Egypte daaraan voldoet, maar dat de gelden afhankelijk worden gemaakt van een eventuele deal tussen Egypte en het IMF;

verzoekt de regering, binnen de EU alle steunverlening aan Egypte te koppelen aan mensenrechtencriteria en dus niet alleen aan de leningen van het IMF,

en gaat over tot de orde van de dag.

Voordewind

Omtzigt

Van der Staaij

Naar boven