21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1176 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 augustus 2012

Hierbij bieden wij u de geannoteerde agenda aan van de informele Raad Buitenlandse Zaken («Gymnich») van 7 en 8 september 2012.

De minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M. Knapen

Geannoteerde agenda Gymnich, 7–8 september 2012

Hoge Vertegenwoordiger Ashton heeft ervoor gekozen voor dit Gymnich-overleg hoofdzakelijk horizontale thema’s te agenderen.

Water en buitenlands beleid

In 2025 zal bijna 2/3 van de wereldbevolking leven in gebieden met waterschaarste. Waterconflicten kunnen hierdoor toenemen; «trade offs» tussen belangen van verschillende economische sectoren, bevolkingsgroepen en landen dreigen. De toename van de wereldbevolking en veranderende consumptiepatronen in opkomende economieën zorgen voor een exponentieel stijgende vraag naar water. De waterbehoefte van groeiende steden kan in toenemende mate ten koste gaan van de watervoorziening in gebieden stroomafwaarts en verontreiniging van oppervlakte- en grondwater bedreigt toenemend de kwaliteit en kwantiteit van grondwater in belangrijke voedselproducerende regio’s. Conflicten als gevolg hiervan kunnen ook de EU bedreigen.

Tijdens Gymnich bespreken de ministers van Buitenlandse Zaken onder voorzitterschap van HV Ashton de rol van de EU op het gebied van het thema water in de volle breedte, van meer traditionele ontwikkelingssamenwerkingsactiviteiten tot het bestrijden en voorkomen van conflicten over water. Het kabinet meent dat de EU via een geïntegreerde benadering, waarvan diplomatie, internationale coördinatie, het bevorderen van heldere juridische afspraken, ontwikkelingssamenwerking en bevordering van wetenschappelijke samenwerking deel uitmaken, kan bijdragen aan het tegengaan van conflicten over water. Op terreinen als deze kan HV Ashton haar coördinerende rol als vice-voorzitter van de Europese Commissie waarmaken.

Water is een van de vier speerpunten van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid van Nederland. Nederland richt zich op het verbeteren van waterproductiviteit in de landbouw, verbeterd stroomgebiedbeheer, veilige delta’s, veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen. In het kader van conflictpreventie wordt ingezet op het verminderen van spanningen over waterbeheer in vijf stroomgebieden (Brahmaputra, Nijl, Niger, Senegal en West Bank Aquifer) en op verbeterde regelgeving op het gebied van water in vijf partnerlanden, w.o. de Palestijnse Gebieden. Het kabinet zal zoeken naar synergie tussen de inspanningen om conflicten over water te voorkomen van de EU en van Nederland.

Onderwijs en buitenlands beleid

HV Ashton beoogt een oriënterend debat over onderwijs en buitenlands beleid, met bijzondere aandacht voor de rol van onderwijs in landen die met gewapende conflicten of grote natuurrampen te maken hebben en bij herstel en wederopbouw na ernstige crises. Dit initiatief sluit aan bij de toegenomen internationale aandacht voor de veelal slechte onderwijssituatie in fragiele staten.

In de brief over het speerpunt veiligheid en rechtsorde (TK 32 605, nr. 94) schetst het kabinet zijn aanpak van ontwikkelingssamenwerking in (post-)conflictgebieden en fragiele staten. Daarbij onderschrijft het kabinet dat onderwijs een specifieke rol speelt bij vredesopbouw. Toegang tot goed onderwijs voor alle bevolkingsgroepen kan interne spanningen in een land verminderen en zo de stabiliteit en veiligheid bevorderen. Het is daarnaast belangrijk dat onderwijs goed aansluit op de arbeidsmarkt en economische groei in fragiele staten en bijvoorbeeld de landen van de Arabische Regio stimuleert door ondernemerschap te bevorderen. Nederland ondersteunt een programma van UNICEF waarin onderwijs wordt ingezet om de menselijke veiligheid en sociale cohesie in circa tien (post-)conflictlanden te bevorderen.

Het kabinet verwelkomt de oriënterende discussie tijdens Gymnich. De gecombineerde functie van Hoge Vertegenwoordiger en vice-voorzitter van de Europese Commissie biedt kansen voor een meer geïntegreerde inzet van de EU op het gebied van vredesopbouw en conflictpreventie, met bijzondere aandacht voor onderwijs. Een geïntegreerde benadering vergt dat bijvoorbeeld tijdens politieke dialogen en internationale coördinatie aandacht wordt besteed aan de toegang tot onderwijs en de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. In het EU-ontwikkelingssamenwerkingsbeleid voor onderwijs kan daarnaast meer nadruk worden gelegd op fragiele staten.

Overige

Naar verwachting zal aan de agenda nog een actueel onderwerp worden toegevoegd. Wanneer bekend is om welk onderwerp het gaat, zullen wij uw Kamer hierover informeren.

Naar boven