20 487
Natuur- en Milieu-educatie

nr. 35
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 juni 2009

Met deze brief informeer ik u over de innovatie-impuls zoals ik die aan Artis beschikbaar stel en de voorwaarden waaronder deze beschikbaar is.

Inhoud en aanleiding

Mijn inzet om de verbinding tussen jongeren en natuur, voedsel en landbouw te versterken, geef ik vorm middels verschillende wegen. Zo zet ik in samenspraak met mijn collega-bewindslieden bijvoorbeeld in op de realisatie van voldoende groene maatschappelijke stages en op optimaliseren van de Natuur- en Milieueducatie, waarover ik uw Kamer reeds heb geïnformeerd.

Een belangrijk aandachtspunt is het bereiken van de (groot)stedelijke jongeren op een voor hen aansprekende manier. Juist deze groep jongeren wil ik in aanraking laten komen met (de wereld achter) natuur en voedsel. Met mijn impuls voor Artis, denk ik deze groep effectief te kunnen bereiken en dit is voor mij aanleiding geweest om meerjarig te investeren in dit vernieuwende concept, dat past binnen de doelstellingen van het natuur- en milieueducatiebeleid.

Mijn ondersteuning zal uitsluitend worden ingezet op de vernieuwing en versterking van de educatieve functie en richt zich op de ontwikkeling van vernieuwende educatieve concepten op en rond het – buiten de dierentuin Artis gelegen en daarmee publiek toegankelijke – Kennisplein. Het openbare karakter van het plein in de nabijheid van Artis, biedt een ideaal podium voorlichting en educatie gericht op (groot)stedelijke jongeren.

Voorwaarden

Dierentuinen kunnen, volgens mij, juist omdat zij veel (jonge) bezoekers trekken, een goed begin zijn van een «educatieve ontdekkingstocht» naar natuur- en milieugerelateerde thema’s. Via het primair en voortgezet onderwijs hebben in 2008 al 100 000 leerlingen lessen gevolgd in Artis.

Mijn innovatie-impuls richt zich met name op het bereiken en motiveren van grootstedelijke jongeren. De bereikte jongeren zouden idealiter op meerdere momenten in aanraking moeten komen met hetgeen gepresenteerd wordt, waaronder ook het bezoeken van projecten buiten de stedelijke omgeving.

Voor deze forse opgave heb ik € 5 miljoen beschikbaar gesteld, met een looptijd van 7 jaar. In de voorwaarden voor de toekenning van deze impuls leg ik veel nadruk op de (voorbeeld) werking naar andere dierentuinen, kennis- en educatiecentra en natuurmusea.

Ik laat – conform mijn reactie op de evaluatie van het Dierentuinenbesluit – aan dierentuinen zelf de invulling van de educatieve doelstelling over. Ik wil daarin niet regulerend te werk gaan.

Met deze eenmalige, meerjarige vernieuwingsimpuls wil ik graag samen met andere partijen zoals de gemeente Amsterdam, andere departementen, ngo’s, kennisinstellingen en het bedrijfsleven bijdragen aan de vernieuwing van de natuur- en milieueducatie, in lijn met andere investeringen in het kader van voorlichting en educatie.

Juist om de interesse van (groot)stedelijke jongeren te prikkelen en hen in aanraking te brengen met natuur, kan een aanpak via een platform als Artis en het te ontwikkelen Kennisplein in hun directe nabijheid, een krachtig middel zijn.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg