Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de Europese Conventie, te weten:

- de motie-Jurgens inzake meerderheidsbesluitvorming financiële perspectieven (28473, nr. 158j);

- de motie-Platvoet c.s. inzake meerderheidsbesluitvorming artikel 99 (28473, nr. 158r).

(Zie vergadering van 17 juni 2003.)

De voorzitter:

Ik geef allereerst het woord aan de heer Stekelenburg.

De heer Stekelenburg (PvdA):

Voorzitter. Ik wil voorstellen om de stemming over de motie-Jurgens op stuk nr. 158j uit te stellen tot de volgende week. Er moet nog nader overleg plaatsvinden over een kleine wijziging die overigens wel grote gevolgen zou kunnen hebben. De heer Jurgens wil daar graag bij betrokken zijn. Overigens levert uitstel geen problemen op met besluitvorming over de Conventie.

De voorzitter:

Overeenkomstig het verzoek van de heer Stekelenburg stel ik voor, de motie-Jurgens (28473, nr. 158j) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring.

Mevrouw Broekers-Knol (VVD):

Mevrouw de voorzitter. De VVD-fractie kan op dit moment niet overzien wat de consequenties van aanvaarding van de motie-Platvoet zijn en zal er derhalve tegen stemmen.

In stemming komt de motie-Platvoet c.s. (28473, nr. 158r).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, het CDA, GroenLinks, D66 en de OSF voor de motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven