Vragen van de leden Beckerman en Alkaya (beiden SP) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht dat energiebedrijven met miljardenclaims klimaatbeleid tegenhouden (ingezonden 20 juni 2018).

Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 12 juli 2018).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «De dreiging van het Energy Charter Treaty: miljardenclaims remmen klimaatbeleid»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe oordeelt u over het feit dat multinationals met miljardenclaims democratisch tot stand gekomen klimaatbeleid proberen te torpederen?

Antwoord 2

Het Energiehandvestverdrag stelt regels ten aanzien van alle aspecten van handel in energie, zoals de doorvoer, investeringen en investeringsbescherming. Op basis van de afspraken over investeringsbescherming kunnen investeerders uit landen die partij zijn bij het Energiehandvestverdrag een procedure starten tegen een andere staat die partij is bij het Energiehandvestverdrag wanneer zij schade lijden door onrechtmatig handelen van deze staat. Het is aan de investeerder om dit aan te tonen. Het verdrag biedt investeerders daarmee minimale rechtsbescherming in het buitenland. Recent is het Energiehandvestverdrag met name gebruikt door investeerders die opkomen tegen maatregelen van overheden om subsidies voor hernieuwbare elektriciteit energie in te trekken.

Vraag 3

Hoe oordeelt u over de uitspraak in het artikel dat de lopende claims tezamen een hoger bedrag vormen dan geheel Afrika nodig heeft om aan de klimaatdoelen van het Akkoord van Parijs te kunnen voldoen? Acht u dit een wenselijke ontwikkeling?

Antwoord 3

Op dit moment is geen enkel Afrikaans land lid van het Energiehandvestverdrag. Daarnaast betekent het feit dat een investeerder een claim heeft ingediend nog niet dat deze claim zal worden toegewezen. Het kabinet ziet dan ook geen link tussen het bereiken van de klimaatdoelen van het Akkoord van Parijs door Afrikaanse landen en de hoogte van lopende claims onder het Energiehandvestverdrag.

Vraag 4

Hoe oordeelt u over het feit dat «Nederlandse» claims veelal worden ingediend door brievenbusfirma’s, waardoor Nederland op deze wijze een fors deel van de ruim 35 miljard euro aan schadeclaims faciliteert?

Antwoord 4

Het kabinet vindt het onwenselijk dat in Nederland gevestigde brievenbusfirma’s via Nederland gebruik maken van het Energiehandvestverdrag. Het Secretariaat van het Energiehandvestverdrag bereidt een heronderhandeling van het Energiehandvestverdrag voor. Deze onderhandelingen zullen in 2019 van start gaan. Het kabinet zal er daarbij onder meer voor pleiten dat brievenbusfirma’s worden uitgesloten van bescherming onder het Energiehandvestverdrag.

Vraag 5

Aan welke claims is Nederland tegemoet gekomen? Welke claims lopen er in Nederland nog?

Antwoord 5

Er is nog nooit een claim ingediend tegen Nederland onder het Energiehandvestverdrag.

Vraag 6

Welke gevolgen kan dit verdrag hebben voor de geplande vermindering van de gaswinning? Kunt u volledig naar waarheid beweren niet gevoelig te zijn voor dreigementen van Shell en Exxon? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 6

Zoals de Kamer gemeld op 29 maart 2018 (Kamerstuk 33 529, nr. 457), wordt de gaswinning uit het Groningenveld op zo kort mogelijke termijn volledig beëindigd. Inmiddels is er een Akkoord op Hoofdlijnen gesloten met Shell en ExxonMobil. Hierover is uw Kamer geïnformeerd (Kamerstuk 33 529, nr. 394). Dit Akkoord is een gebalanceerd pakket aan afspraken waarin is overeengekomen dat Shell en ExxonMobil geen claim zullen indienen voor het gas dat niet gewonnen wordt. Het Energiehandvestverdrag heeft geen gevolgen voor de vermindering van de gaswinning.

Vraag 7

Wat betekenen deze claims voor de haalbaarheid van internationaal klimaatbeleid en de doelen van het Akkoord van Parijs?

Antwoord 7

Het kabinet heeft in het Regeerakkoord een ambitieuze klimaat- en energieagenda geformuleerd en zal daar uitvoering aan geven. De afspraken in het Energiehandvestverdrag staan hieraan niet in de weg. Integendeel, Nederland is partij bij het Protocol bij het Energiehandvestverdrag betreffende energie-efficiëntie en daarmee verband houdende milieuaspecten, waarin staten juist aangemoedigd worden op een efficiënte en duurzame manier met energievoorziening om te gaan.

Vraag 8

Bent u bereid in internationaal overleg te pleiten voor het uitzonderen van milieu en klimaatbeleid in het Energy Charter Treaty? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 8

Het Secretariaat van het Energiehandvestverdrag bereidt de heronderhandeling van het Energiehandvestverdrag voor. Deze onderhandelingen zullen in 2019 van start gaan. Het kabinet zal daarin pleiten voor het expliciet opnemen van een bepaling die het recht van overheden om te reguleren in het publiek belang garandeert, ook voor het milieu en klimaatbeleid. Het kabinet is er geen voorstander van om milieu en klimaatbeleid volledig uit te zonderen van de bescherming van het Energiehandvestverdrag. Ook overheidsmaatregelen die ten goede komen aan het milieu of klimaat kunnen investeerders namelijk op onrechtmatige wijze schade toebrengen.

Naar boven