Vragen van de leden Jasper vanDijk en Leijten (beiden SP) aan de Ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de negatieve gevolgen van het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de VS (TTIP) voor de volksgezondheid (ingezonden 15 augustus 2016).

Antwoord van Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 14 september 2016)

Vraag 1

Wat is uw oordeel over het onderzoek «Final interim-- Technical Report» van Ecorys en het artikel «Ongezond genieten door vrijhandelsverdrag TTIP»?1 2

Antwoord 1

De Europese Commissie voert voor grote handelsakkoorden een Sustainability Impact Assessment uit naar de economische en sociale gevolgen en de impact op het milieu door het handelsakkoord. Het kabinet is voorstander van deze analyses om daarmee zowel de positieve als de negatieve gevolgen van handelsakkoorden in kaart te brengen. Bij de onderhandelingen over het handelsakkoord tussen de EU en de VS, het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP), is op 29 juli jl. een tussenrapportage van deze analyse gepubliceerd, het zogenaamde «Final interim- Technical Report». De analyse wordt uitgevoerd door Ecorys. Naar verwachting verschijnt het finale rapport in december 2016.

In het artikel «Ongezond genieten door vrijhandelsverdrag TTIP» gaat de auteur in op één van de deelbevindingen van het rapport, namelijk dat de prijzen van suiker, tabak en alcohol kunnen dalen na verlaging van invoertarieven. Dit kan volgens de auteur negatieve gevolgen hebben voor de volksgezondheid als burgers hierdoor meer ongezonde producten gaan consumeren. Het artikel benadrukt ook de bevinding van Ecorys dat overheden voldoende mogelijkheden houden om maatregelen te nemen in het algemeen belang, bijvoorbeeld op het terrein van volksgezondheid.

Het kabinet deelt niet de stellige conclusie van de auteur dat TTIP negatieve gevolgen zou hebben voor de volksgezondheid. Zoals ook in het artikel wordt benoemd, concludeert Ecorys dat de EU-lidstaten de vrijheid behouden om zo nodig maatregelen te nemen ter bescherming van de volksgezondheid.

Vraag 2

Verwacht u dat de import- en exporttarieven van suiker, alcohol en tabak dankzij TTIP tot nul zullen worden gereduceerd, en dat de consumentenprijzen van deze producten derhalve zullen dalen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 2

De VS en de EU hanteren geen exporttarieven. Als de importtarieven van suiker, alcohol en tabak verder zouden worden gereduceerd, is het mogelijk dat de consumentenprijzen van producten die deze grondstoffen gebruiken dalen. De prijs van producten wordt door meer aspecten bepaald, zoals bijvoorbeeld transport en arbeid.

Verlaging van importtarieven voor andere producten, zoals groente en fruit, is eveneens onderwerp van de besprekingen. In eerdere Kamervraagbeantwoording op 19 juni 2015 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2629) verwees het kabinet naar het voorbeeld van tomatensap zonder toegevoegde suikers. Dit is een product dat doorgaans als gezond wordt beschouwd. Op dit moment moet een Amerikaanse exporteur een importtarief van 16,8% aan de EU betalen. Dit tarief wordt vervolgens doorberekend in de uiteindelijke prijs aan de Europese consument.

Vraag 3, 4 en 5

Deelt u de mening van Ecorys dat tariefdrempels tot doel hebben om consumenten te beschermen tegen de negatieve gevolgen van ongezonde producten? Hoe rijmt u dat met uw eerdere antwoord, namelijk «De hoogte van invoertarieven hangt niet samen met de vraag hoe gezond een product is»?3

Deelt u de mening dat het goedkoper worden van ongezonde producten zoals suiker, alcohol en tabak als gevolg van TTIP, een bedreiging kan vormen voor de volksgezondheid?

Vindt u het ook onaanvaardbaar dat de gezondheid van mensen met lagere inkomens naar verwachting zwaarder getroffen zal worden dan die van mensen met een hoger inkomen? Wat onderneemt u om deze ontwikkeling tegen te gaan?

Antwoord 3, 4 en 5

Ecorys stelt in zijn analyse niet dat invoertarieven het doel hebben om consumenten te beschermen. Voor de bescherming van consumenten tegen negatieve gevolgen van (overmatig) gebruik van bepaalde producten zijn diverse (wettelijke) maatregelen voorhanden. De beleidsvrijheid om deze maatregelen te nemen blijft bestaan in handelsakkoorden.

In de analyse van Ecorys wordt ook verwezen naar een studie van Stuckler uit 2012. Uit deze studie blijkt dat consumptie van suiker, tabak en alcohol niet is gestegen in midden- en hoge inkomenslanden die een handelsakkoord met de VS hebben gesloten. Op basis hiervan concludeert Ecorys dat veranderingen in het consumptiepatroon niet slechts aan een handelsakkoord kunnen worden toegewezen. Overheidsbeleid heeft een grotere invloed en EU-lidstaten behouden de ruimte om het consumptiepatroon op een wenselijke manier te beïnvloeden.

Ecorys stelt dat mensen met lagere inkomens relatief meer aan voedsel uitgeven en daardoor een grotere impact zouden merken van verlaging van importtarieven. Dit hoeft echter niet te leiden tot een toename in consumptie. Het is ook mogelijk dat deze consumenten de extra koopkracht besteden aan andere producten of diensten, zoals een sportvereniging.

In dezelfde analyse concludeert Ecorys dat TTIP ook kan leiden tot meer medische innovatie en tot goedkopere medische hulpmiddelen door samenwerking op gebied van regelgeving.

Vraag 6

Welke overheidstaak is in uw ogen belangrijker: het verkleinen van de sociaaleconomische gezondheidsverschillen of de economische ruimte bieden om (zeer) ongezonde producten op de markt te brengen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 6

Het kabinet zet zich in voor een goede gezondheid van alle Nederlandse burgers. Hier hebben we ons bijvoorbeeld met de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties aan verbonden. Daarnaast zet de Nederlandse overheid zich in voor ambitieuze, duurzame en gebalanceerde handelsakkoorden. Er zou in handelsakkoorden bijvoorbeeld een sterkere link met internationaal verantwoord ondernemen, zoals verwoord in de ILO-conventies en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen, moeten worden opgenomen.

Vraag 7

Kunt u garanderen dat overheden onder TTIP voldoende ruimte houden om de negatieve gevolgen van het goedkoper worden van ongezonde producten terug te dringen? Zo ja, op wat voor manier?

Antwoord 7

Ja, beleidsruimte om maatregelen te nemen ter bescherming van mens, dier, plant en milieu blijven bestaan. Ecorys bevestigt ook dat beleidsruimte voldoende gewaarborgd in de nu voorliggende TTIP-tekstvoorstellen.

Vraag 8

Vindt u het ook wrang dat de maatregelen die de regering samen met de Europese Commissie neemt om een gezonde levensstijl te bevorderen (zoals prijsmaatregelen), door TTIP en het vrijhandelsverdrag tussen de EU en Canada (CETA) teniet worden gedaan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8

De maatregelen die het kabinet samen met de Europese Commissie neemt, blijven van toepassing en onze inzet voor een goede gezondheid van Nederlandse burgers blijft onverminderd. TTIP en CETA zouden deze maatregelen niet teniet doen.

Vraag 9

Deelt u de mening dat TTIP een bedreiging kan vormen voor de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN? In hoeverre geldt dit tevens voor CETA?

Antwoord 9

Nee, TTIP en CETA zouden geen bedreiging vormen voor het realiseren van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. De EU en de lidstaten behouden de volledige beleidsvrijheid. TTIP en CETA zouden daarnaast ook bijdragen aan het behalen van meerdere van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen, zoals toegang tot energie en economische groei in ontwikkelingslanden, waarover uw Kamer eerder is geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1547).

Vraag 10

Klopt het dat er op dit moment over geen enkel hoofdstuk uit TTIP overeenstemming is bereikt?4

Antwoord 10

Ja.

Vraag 11

Klopt het dat de hete hangijzers in de onderhandelingen over TTIP momenteel publieke aanbesteding, investeringsgeschillenbeslechting (ISDS) en landbouwproducten zijn, zoals blijkt uit een intern rapport van het Duitse Ministerie van Economische Zaken? Kunt u de verschillende standpunten van de VS en EU omtrent deze onderwerpen toelichten?5

Antwoord 11

In de geannoteerde agenda’s die uw Kamer ontvangt ter voorbereiding op de Raden Buitenlandse Zaken Handel geeft het kabinet regelmatig een stand van zaken van de TTIP-onderhandelingen. Op basis van de geconsolideerde teksten die voor parlementariërs ter inzage liggen op het Ministerie van Buitenlandse Zaken, kunnen de leden van uw Kamer een inschatting maken waar de opvattingen van partijen uiteen liggen.

Vraag 12

Heeft de VS het Europese alternatief voor ISDS inderdaad verworpen? Wat voor gevolgen heeft dit voor de onderhandelingen?

Antwoord 12

Tijdens de 14e onderhandelingsronde die in juli 2016 plaatsvond hebben de EU en de VS voor de derde keer inhoudelijk gesproken over investeringen. De VS heeft de EU-voorstellen voor investeringsbescherming in beraad.

Vraag 13

Denkt u nog altijd dat TTIP er gaat komen, gelet op het feit dat de weerstand tegen het verdrag steeds sterker wordt?6

Antwoord 13

Ik heb recentelijk aangegeven dat afronding van de TTIP-onderhandelingen in 2016 lastig zal zijn en dat de bal nu in het kamp van de VS ligt.

Vraag 14

Kunt u – desgewenst in een aparte brief – uitgebreid reageren op de bevindingen van Ecorys, ruim vóór het Algemeen Overleg over de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) Handel van 14 september a.s., en daarbij ingaan op alle onderzochte gevolgen van TTIP?

Antwoord 14

De analyse van Ecorys is een tussenrapportage. Zodra het definitieve rapport is gepubliceerd, zal het kabinet een uitgebreide reactie geven.

Naar boven