Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de richtlijn voor reanimatie (ingezonden 31 juli 2015).

Mededeling van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 19 augustus 2015)

Vraag 1

Kent u het bericht «Richtlijn voor reanimatie negeert situatie Nederland»?1

Vraag 2

Is het waar dat tot nu toe onterecht werd aangenomen dat 50% van de gereanimeerde 70-plussers hersenschade aan reanimatie ondervindt, terwijl uit recent onderzoek blijkt dat die maar 10% is? Zo ja, welke gevolgen had deze onterechte aanname voor de keuze om al dan niet gereanimeerd te willen worden? Zo nee, wat is er dan niet waar?

Vraag 3

Deelt u de mening van de directeur van de Nederlandse Reanimatieraad dat ouderen op basis van onjuiste informatie angst hebben voor reanimatie? Zo ja, wat kunt u doen om de voorlichting over reanimatie en de gevolgen daarvan te verbeteren? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Deelt u ook de mening van de genoemde directeur dat «we veel meer naar de vitaliteit van de ouderen [moeten] kijken, dan ons blindstaren op de vermeende negatieve effecten van een reanimatie»? Zo ja, hoe gaat u dit bevorderen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Wat is de stand van zaken van het door u eerder aangekondigde onderzoek naar de mogelijkheden om een uniforme, neutrale (niet aan een bepaalde stichting of vereniging gelieerde) Niet-Reanimeren-penning uit te (laten) geven?2

Mededeling

De vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over de richtlijn voor reanimatie (ingezonden 31 juli 2015) (2015Z14475) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is, dat het inwinnen van nadere informatie meer tijd vergt.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.


X Noot
1

Trouw d.d. 30 juli 2015

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2994

Naar boven