Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid
en Justitie over de onderzoeken naar de aanslag op de MH17 (ingezonden 7 oktober 2014).
Antwoord van de Ministers Opstelten (Veiligheid en Justitie) en Timmermans (Buitenlandse
Zaken) (ontvangen 15 oktober 2014)
Vraag 1
Wanneer ontvangt de Tweede Kamer een voortgangsrapportage over de onderzoeken naar
de MH17?
Antwoord 1
De Onderzoeksraad voor Veiligheid heeft op 9 september jl. een rapport van eerste
bevindingen (preliminary report) gepubliceerd. De OvV streeft ernaar om het eindrapport
in juli 2015 op te leveren.
Verder is uw Kamer bij brief 9 oktober 2014 opnieuw geïnformeerd over de nasleep van
de ramp met Malaysia Airlines vlucht MH17 (Kamerstuk 33 997, nr. 20). Deze brief bevat tevens de meeste recente stand van zaken met betrekking tot de
(voortgang van) het strafrechtelijk onderzoek.
Vraag 2
Heeft u Oekraïne gevraagd om de overeenkomst tussen het Oekraïense National Bureau
of Air Accident Investigation (NBAAI) en de Onderzoeksraad voor Veiligheid openbaar
te maken en bent u bereid om deze overeenkomst onverwijld openbaar te maken?
Antwoord 2
De overeenkomst kan pas openbaar worden gemaakt als ook Oekraïne daarmee instemt.
Het gesprek daarover tussen de OvV en Oekraine is nu gaande. Zodra en indien Oekraïne
instemt met openbaar maken, zal de OvV de overeenkomst plaatsen op zijn website.
Vraag 3
Heeft het Openbaar Ministerie de regering geïnformeerd en om toestemming gevraagd
alvorens zij een geheime overeenkomst tekende met haar counterparts in Oekraïne, België,
Australië en later Maleisië? Heeft de regering toestemming gegeven voor het ondertekenen
van deze overeenkomst?
Antwoord 3
De overeenkomst waaraan de vraagsteller refereert betreft een afspraak tot het oprichten
van een gemeenschappelijk onderzoeksteam. Het OM is tot het instellen van een dergelijk
JIT (Joint Investigation Team) bevoegd en maakt van deze bevoegdheid met regelmaat
gebruik in grensoverschrijdende strafrechtelijke onderzoeken. De ondertekening van
het JIT inzake het onderzoek naar de ramp met vlucht MH17 vond plaats met medeweten
en instemming van het kabinet.
Vraag 4, 5, 6 en 7
Wanneer is de overeenkomst getekend en wanneer en hoe werd hij rechtsgeldig? Wat is
de formele status van de overeenkomst?
Wanneer trad Maleisië toe tot de overeenkomst en was dat op dezelfde voorwaarden?
Nu het bestaan van de overeenkomst publiek is, kunt u deze overeenkomst publiek maken?
Klopt het dat de overeenkomst veto-rechten bevat voor landen? Zo ja, welke?
Antwoord 4, 5, 6 en 7
Een overeenkomst tot het instellen van een gemeenschappelijk onderzoeksteam (een JIT)
heeft betrekking op de wijze en intensiteit van samenwerking in een strafrechtelijk
onderzoek. De overeenkomst is rechtsgeldig sinds deze op 7 augustus jl. werd ondertekend.
Sinds 19 augustus is ook Maleisië aangesloten bij het JIT. Binnen het JIT gelden voor
alle landen voorwaarden met betrekking tot de wijze waarop informatie wordt verzameld,
gedeeld en gebruikt. Dergelijke voorwaarden alsmede doelbinding zijn gebruikelijk
bij internationale strafrechtelijke samenwerking. Deze overeenkomst is niet openbaar,
aangezien het hier een document betreft met operationele werkafspraken in een lopend
strafrechtelijk onderzoek.
Vraag 8
Zijn er in of bij de overeenkomst afspraken gemaakt over het mogelijk vervolgen van
landen die meedoen aan de afspraak?
Antwoord 8
Het JIT is beperkt tot de opsporingsfase en in het kader hiervan zijn geen afspraken
over vervolging gemaakt.
Vraag 9
Is de afspraak tussen de landen op enig moment voorgelegd aan het parlement of een
aantal parlementsleden van één van de deelnemende landen (Oekraïne, België, Australië,
Nederland, Maleisië)? Zo ja, aan wie en wanneer?
Antwoord 9
Het kabinet beschikt niet over informatie met betrekking tot de wijze waarop de goedkeuring
van het JIT tot stand is gekomen in de andere deelnemende landen.
Vraag 10
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het Algemeen overleg over de MH17 op 15 oktober
aanstaande?